Een derde van schapen Tolakker overleden
‘We deden elke dag een rondje euthanasie’
In september graasden er nog 260 schapen van de Tolakker op verschillende weilanden op het Utrecht Science Park. De grazers zijn enerzijds nuttig voor het beheer van het land en anderzijds belangrijk voor studenten Diergeneeskunde die in de praktijk kunnen ervaren hoe het eraan toegaat op een boerenbedrijf. Sinds de uitbraak van het blauwtongvirus lopen studenten en verzorgers elke dag een rondje over de weilanden om zieke schapen uit de wei te halen en naar de stal te brengen. Zieke schapen krijgen de best mogelijke verzorging. Toch lukt het maar beperkt om zieke schapen weer beter te maken.
Blauwtong
Dierenarts en universitair hoofddocent Ruurd Jorritsma is actief betrokken bij de ziektegevallen op de Tolakker. “Blauwtong is een virusziekte die wordt overgebracht door knutten, familie van de mug. Het virus veroorzaakt schade in kleine bloedvaten en daar kunnen schapen heel erg ziek van worden. In het begin worden de schapen sloom en krijgen ze pijn in hun mond waardoor ze gaan kwijlen. Hierdoor hebben ze minder zin in eten en zijn ze niet actief. Een blauwe tong zien we eigenlijk maar beperkt.” Student Marjelle: “Schapen met blauwtong hebben ook moeite met ademen en sommige dieren willen dan niet meer eten. Ze tandenknarsen ook hard, wat een erg naar geluid is om te horen.”
Het is lastig voor de studenten om met zoveel zieke schapen te dealen, zeggen Marjelle en Sanne, masterstudenten Gezondheidszorg Landbouwhuisdieren en Veterinaire Volksgezondheid die in hun laatste jaar zitten. Sanne: “Voor de een is het moeilijker dan voor de ander. Het ligt er ook een beetje aan hoe intensief je met de dieren omgaat denk ik. Ik heb er zelf niet nachten wakker van gelegen, maar het doet wel wat met je. Je neemt het wel mee naar huis.”
Hetzelfde geldt voor Marjelle die thuis ook schapen heeft. Over de Tolakker zegt ze: “We deden elke dag een rondje euthanasie en dat is best heftig. Soms laat je een ziek schaap nog leven, omdat die bijvoorbeeld nog goed eet, maar dan kan de aftakeling ineens toch heel snel gaan. Dan krijgt het schaap ineens stuiptrekkingen en gaat het uit zichzelf dood. Dan denk je wel, oh hadden we toch maar euthanasie gepleegd.”
Leerzaam
Als er toch iets positiefs uit de gehele ervaring kan worden gehaald, is het dat de studenten er veel van hebben kunnen leren. Marjelle: “We hebben de ziekte elke dag kunnen zien en ermee kunnen werken. We hebben bijvoorbeeld onderzocht welke behandeling het meest effectief is. Bovendien werden de afwegingen van euthanasie echt een centraal punt van de dag waar we heel veel mee hebben kunnen oefenen.” Sanne is het daarmee eens: “Het was voor ons heel nuttig om echt goed na te denken over de keuze van euthanasie. We hebben eerst met de studenten naar de dieren gekeken en een keuze proberen te maken: dit schaap laten we gaan en dit schaap laten we leven. Daarna hebben we het dan met de dierenarts en veehouder van de Tolakker overlegt.”
Daarnaast gaat een deel van de overleden schapen naar de afdeling Pathologie. Docent Jorritsma: “Die dienen voor het onderwijs zodat ook andere studenten er veel van kunnen leren.” Maar ook op grotere schaal valt er wat te leren. Ruurd: “Er is ook een maatschappelijke discussie gaande: hoe kan dit nou? Wat doe je er aan? Waarom is er nog geen vaccin? Sanne: “Ja, en ook het verdriet van de veehouders. Hoe ga je daarmee om?”
Toekomst
Op dit moment lijkt de storm even te zijn gaan liggen, vanwege de koudere periode waarin knutten niet actief zijn. Er zijn recent geen nieuwe ziektegevallen ontdekt, wel zijn er nog een aantal schapen ziek. Toch zijn de studenten op hun hoede: “Gaan we op deze voet verder als het volgend jaar weer warm wordt?” De docent benadrukt dat farmaceutische bedrijven al bezig zijn met vaccins en medicijnen. Maar of die er volgend jaar al zijn, is nu nog onbekend.