Willen Nederlandse studenten samenwonen met internationals?
De overheid vindt mixed housing belangrijk, maar hebben studenten daar wel behoefte aan? De Utrechtse International Student Housing Assistance (ISHA) is een onderzoek begonnen. De Warande in Zeist had gemengde huizen waar Nederlandse en internationale studenten samenwoonden, maar dat initiatief is gestopt.
Internationale studenten maken een groot deel uit van de Nederlandse studentenpopulatie. Nederland telt dit studiejaar ruim 70.000 internationale studenten, een recordaantal. Drie jaar geleden sprak het ministerie van OCW al het voornemen uit om al die buitenlandse studenten beter met de Nederlanders te laten integreren. Mixed housing, het gemengd laten samenwonen van alle studenten, werd een speerpunt in het actieplan Make it in the Netherlands.
Om dat ‘mixen’ in Utrecht beter te laten verlopen, doet ISHA nu een onderzoek. ISHA is een samenwerkingsverband van internationale-studentenorganisatie ESN, studentenunie Vidius en koepelorganisatie van SSH-huurders BoKS en informeert buitenlandse studenten over de Utrechtse kamermarkt. Uit het onderzoek moet blijken in hoeverre Nederlandse studenten openstaan om met internationals samen te wonen. Ook wil de studentenorganisatie weten wat er nodig is om beide groepen studenten naar tevredenheid samen te huisvesten.
Thijs de Boer van Vidius en ISHA: “SSH heeft afspraken met de onderwijsinstellingen over het aantal te reserveren kamers. Ze reserveren er vaak te weinig. Dit om leegstand te voorkomen. In het tweede semester zijn er bijvoorbeeld altijd minder studenten dan in het eerste.”
Als alle gereserveerde kamers vergeven zijn, betekent dat dat internationale studenten op zoek moeten naar alternatieve woonruimte, wat vaak neerkomt op een huis met Nederlandse studenten.
“Het idee bestaat dat Nederlandse studenten niet met internationale studenten willen samenwonen,” zegt Denise Swanborn van ESN en ISHA. “Maar we spreken ook veel studenten die het wel degelijk graag willen.” Dat geldt overigens ook voor de internationale studenten. “Zij komen vaak naar Nederland om juist de Nederlandse cultuur te leren kennen en met de Nederlanders in aanraking te komen. Dat gaat een stuk lastiger als je alleen met andere internationale studenten woont.”
Over logistieke problemen en feestende studenten
Het onderzoek van ISHA moet dus meer licht werpen op de vraag of huisvesters meer mixed housing moeten aanbieden en zo ja op welke manier. Studentenhuisvester SSH heeft al enige ervaring opgedaan met deze woonvorm. Op bijna iedere etage van complex De Warande in Zeist was er een kamer gereserveerd voor een internationale student. Een jaar geleden stopte SSH hiermee. Nu wonen op slechts enkele etages nog internationale studenten samen met Nederlandse studenten.
Jesse van Mourik van SSH: “Het werd logistiek te bewerkelijk om shortstayers op elke verdieping te hebben. De shortstaykamers zijn door ons gemeubileerd en wij houden er het schilderwerk en de reparaties bij. Het is voor ons daarom veel handiger om de shortstaykamers op aparte etages te hebben.”
Lianne Blondeau is lid van de bewonerscommissie van de Warande. Ze woont al vier jaar in het complex, en tot de beleidswijziging van SSH werd één van de zeven kamers in haar eenheid steevast bewoond door een shortstay-student. “De shortstay-studenten die er woonden, leken zich vaak niet zo thuis te voelen. Ze kwamen weinig van hun kamer af of waren juist zelden thuis. Als we afspraken maakten over het huishouden kwamen ze die vaak niet na. Ze leken zich minder verantwoordelijk te voelen voor het huis waar ze woonden.”
Te verschillende levensstijlen
Hoe dat kwam? Volgens Lianne zijn de levensstijlen van Nederlandse studenten en kort verblijvende internationale studenten op de Warande gewoon te verschillend. “Veel internationale studenten willen graag veel feesten. Dat doen Nederlandse studenten natuurlijk ook, maar toch in iets mindere mate. Daarbij komt dat sommige huizen op de Warande best serieus zijn.”
Het idee dat internationale studenten door het samenwonen met Nederlandse studenten sneller een sociaal netwerk opbouwen, is iets wat Lianne in de praktijk niet zag gebeuren. “Het is voor internationale studenten best lastig daar tussen te komen.”
Ook Jesse van Mourik van SSH zegt dat het plaatsen van shortstayers tussen Nederlandse studenten door die laatste groep niet altijd positief werd ervaren. “Nederlandse studenten vinden een kamer via het hospiteersysteem, aan de shortstayers werd een kamer toegewezen. De bewoners konden dus niet een nieuwe huisgenoot uitkiezen. Daar komt bij dat een shortstaystudent maar kort blijft. Je bouwt met iemand die maar een half jaar in je huis woont minder snel een band op.”
'De doelgroep moet het ook willen'
Ook al vindt de overheid het belangrijk dat internationale en Nederlandse studenten meer contact krijgen, voor SSH is mixed housing de afgelopen jaren geen speerpunt geweest, zegt Van Mourik. “We hadden en hebben geen specifiek beleid om internationals te laten integreren.” Wel zegt ze dat SSH de uitkomst van het onderzoek van ISHA met belangstelling in de gaten houdt. “We vinden mixed housing zeker belangrijk, maar de doelgroep moet het ook willen. Veel internationale studenten trekken naar elkaar toe, gewoon omdat ze meer met elkaar gemeen hebben. En als Nederlandse studenten daarnaast zeggen dat ze het te veel gedoe vinden, dan houdt het op.”
Lianne gelooft dat apart wonen toch beter werkt. Nederlandse en buitenlandse studenten integreren toch wel, zegt ze. “Er wordt van alles georganiseerd om ze aan elkaar te koppelen, bijvoorbeeld het buddyproject van Buddy go Dutch. Daarbij wordt een internationale student gekoppeld aan een Nederlandse, op basis van interesse. Dat werkt beter dan dat je een willekeurige internationale student tussen Nederlanders plaatst.”
Lees ook het verhaal van een studentenhuis in de Utrechtse Bloemenbuurt waar een meisje uit Centraal Europa samenwoont met drie Nederlandse studenten. "We all love frikandellen."
Wil je de aflevering van 3Hoog lezen waarin een internationale student schittert? Klik hier.