Tijdens laatste verkiezingsdebat

Woningnood door internationals? Dat is 'zondebokkenpolitiek'

Verkiezingsposters
Foto DUB

Zo’n 60.000 woningen staan leeg omdat beleggers ze liever niet verhuren maar doorverkopen als de prijs is gestegen, zei lijsttrekker Laurens Dassen van Volt. De overheid zou leegstand moeten verbieden, vindt hij.

Dassen stond tegenover Wybren van Haga (BVNL), die juist meent dat de overheid zich nergens mee moet bemoeien. De overheid heeft de markt kapot gemaakt met “allerlei debiele maatregelen”, is zijn stelling, en de vraag naar woningen is gestegen door de komst van migranten. Daarbij noemde hij ook de internationale studenten.

Zondebokken
“De hele campagne hoor ik minder, minder, minder”, zei Dassen. “Minder buitenlandse studenten, minder vluchtelingen, minder arbeidsmigranten. Maar dat zijn niet de mensen waardoor wij in een wooncrisis zitten. Dat is zondebokkenpolitiek. Het echte probleem is juist dat de overheid het overgelaten heeft aan de markt.”

Dassen en Van Haga waren het eigenlijk maar op één punt eens: je moet woningen kunnen splitsen, zodat bijvoorbeeld studenten weer makkelijker een huis kunnen delen. Van Haga noemde ook het “verbod” op studentenhuizen. “Studenten zijn massaal de grote steden uitgejaagd.”

“Dit moeten we aanpakken”, vond ook Dassen. “We moeten zorgen dat die woningen gesplitst kunnen worden.” Maar volgens hem heeft de markt het laten afweten. Dat is de reden dat studenten zo moeilijk een kamer kunnen vinden, stelde hij. “Omdat er te weinig gebouwd is.”

Regels snoeien
De derde lijsttrekker in dit debat was Chris Stoffer van de SGP. Die koos positie tussen de twee anderen in: hij wilde minder regels en snellere vergunningen, zodat je bijvoorbeeld makkelijker om beschermde diersoorten of regels voor monumenten heen kunt. Markt en overheid moeten elkaar opzoeken, vond hij.

Dassen bleef erbij dat de overheid meer regie moet nemen. Hij verwees naar voormalig VVD-minister Stef Blok, die trots zei: “Ik ben de eerste VVD’er die een heel ministerie heeft doen verdwijnen!” Dat ging om het ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer in 2010. Volt-lijsttrekker Dassen schamperde: “Nou, zie waar we nu staan.”

Maar Van Haga vond het juist prima. “Ja, goed gedaan. Hoe minder overheid, hoe beter. De staat bouwt geen huizen, dat doen ondernemers en bouwbedrijven, en die worden nu het land uitgejaagd.”

SGP-leider Stoffer zag het anders. Je moet gewoon “regels snoeien”, was zijn oplossing. De Rijksoverheid moet zich er minder mee bemoeien en gemeenten “in hun kracht zetten”. 

Advertentie