Adieu Yvonne?

Tijdens het carnaval van de democratie, het CDA-congres over deelname aan het PVV-kabinet, was onze voorzitster, Yvonne van Rooy, verschillende keren prominent in beeld. Dat doet natuurlijk onmiddellijk de vraag rijzen: wat heeft zij gestemd – voor of tegen?

Toen deze pikante vraag afgelopen zaterdag voor ’t eerst bij mij opkwam, sprak ik mijzelf (‘mijzelve’ zeggen CDA’ers) bestraffend toe, omdat ik daarin een uiting van ongezonde nieuwsgierigheid bespeurde. Enige reflectie leerde mij dat ik weer eens te streng was geweest. Het voorzitterschap van ons College van Bestuur is een publieke functie. Het is inmiddels ook een semi-politieke functie.

De Raad van Toezicht bestaat of bestond in ieder geval uit politici, zoals CDA’er Hans van den Broek. Het is ondenkbaar dat iemand dit bastion van commissarissen kan veroveren zonder politiek netwerk. En net zoals je als burger mag weten waar je burgermeester staat, mag je dat als lid van de universitaire gemeenschap ook van je voorzitter van het CvB.

Te meer daar deze functionaris de universiteit representeert, wat tegenwoordig een verwaarloosd begrip is. Er wordt overal maar lukraak gestemd, alsof daarmee alle problemen opgelost kunnen worden, maar wie of wat vervolgens wie of wat representeert – personen, partijen, opvattingen, meningen? – blijft ongewis.

In ons geval is het echter duidelijk: bij openbare gelegenheden representeert Yvonne van Rooy de Universiteit Utrecht. Dit CDA-congres was een openbare gelegenheid, dus heeft zij de Universiteit Utrecht gerepresenteerd.

Daarmee wordt de pikante vraag ook een brandende. Want als de voorzitter van het CvB de Universiteit Utrecht vertegenwoordigt, moeten we immers haar stem als representatief voor onze UU beschouwen. Dus: wat heeft de UU gestemd?

Voorwaar zeg ik u, de zaken zijn nog allemachtig veel ingewikkelder dan ik ze voorstel. Want het kan zijn dat de belangen van de Universiteit Utrecht geschaad worden door het uitbrengen van een stem die keurig de principiële opvatting van de meerderheid van de universitaire gemeenschap vertegenwoordigt.

Laten we afdalen van de stratosferische hoogten van de abstracties en eens eventjes concreet worden. Welnu, ik kan mij niet aan de indruk onttrekken dat de meerderheid van de universitaire gemeenschap, emeritus Arabist Hans Jansen wellicht uitgezonderd, tegen is, dus tegen CDA deelname aan het kabinet dat gaat regeren met gedoogsteun van de PVV. Dus als Yvonne van Rooy de opvatting van de universiteit op het CDA-congres zou hebben gerepresenteerd, had zij tegen dienen te stemmen.

Gesteld evenwel dat zij bevroedde dat het CDA-congres in meerderheid voor zou stemmen, dan zou de toekomstige Minister van Onderwijs van het PVV-kabinet ons deze tegenstem wel eens lelijk kunnen gaan aanrekenen. Ergo, het is, althans op korte termijn, in het belang van de UU om voor CDA deelname te stemmen.

Een penibel conflict tussen principes en belangen, zo heikel dat het van wijsheid zou getuigen om maar eventjes buiten beeld te blijven. Maar nee, eigenwijs: media exposure was haar devies. Nu is Yvonne van Rooy beslist niet één van de domsten. Zij zal dus terdege hebben beseft dat zij als vertegenwoordigster van de Universiteit Utrecht in een hachelijke toestand verzeild zou raken.

Daaruit kunnen we afleiden dat zij daar niet op de voorste rij zat met de pet van de UU op, maar als privépersoon, oftewel voor zichzelf. En dat kan maar één ding betekenen: dat zij toe is aan een nieuwe uitdaging, zoals zij bij haar aantreden overigens al meteen enthousiast meedeelde. (‘De kans dat ik mijn pensioen hier haal, is dus inderdaad niet erg groot.’)

In dat geval heeft ze net als de Limburgers Maxime Verhagen en Camiel Eurlings voor samenwerking met de PVV gestemd. Laten we ons niet laten misleiden door zogenaamde CDA-bronnen, die iets anders beweren en Marja van Bijsterveldt tippen. De Universiteit Utrecht rest niets anders dan om Yvonne, bij haar aantreden als Minister van Onderwijs in het kabinet van zetbaas Rutte, even enthousiast toe te roepen: ‘Chapeau Yvonne! Chapeau!

Advertentie