Bewust van je hersenpan
Het is Brain Awareness Week. Hoogleraar Neurowetenschappen Marian Joels hield een lezing voor 12-jarige scholieren in NEMO en werd verrast door de rake observaties van haar publiek.
Ieder jaar in de derde week van maart wordt aandacht gevraagd voor de Hersenen. Onderzoekers zijn die week niet achter hun bureau of in het laboratorium te vinden maar op pad om overal in Nederland de hersenen aan de man te brengen.
In samenwerking met het UMCU organiseert de Hersenstichting Nederland onder andere jaarlijks de Nationale Hersenlezing. Mocht u interesse hebben om te komen luisteren, dan moet ik u helaas naar volgend jaar verwijzen. De stormen die het puberbrein teisteren, dit jaar vakkundig belicht door Eveline Crone, zijn als onderwerp dermate populair dat de Domkerk alle belangstellenden niet kon huizen. Daarom moet uitgeweken worden naar de Jaarbeurs, met als bijkomend voordeel dat de lezing nu ook voor iedereen te verstaan is –zij het wel in een minder imponerende ambiance.
Mijn taak was dit jaar om in Nemo een zaal vol 12-jarigen toe te spreken over hersenonderzoek. Een waar genoegen, vooral omdat dit nog net de leeftijd des onderscheids is waarbij al enige kennis aanwezig is maar de belangstelling nog niet weggedrukt wordt onder allesoverheesende levensvragen zoals ‘waarom leef ik?’ en ‘zou hij net zo verliefd op mij zijn als ik op hem?’. Nee, ze zaten er nog gretig en onbevangen bij.
Zo’n lezing voor 12-jarigen is een leerzame (lach)spiegel, waar je toch altijd weer iets van opsteekt. De spreekster voor mij had het over het mogelijke gebruik van stamcellen in de menselijke hersenen. De eerste verrassing was dat de zaal muisstil was toen het echt moeilijk werd. Populaire plaatjes gaven een wat joelerige sfeer maar zodra het menens werd, met ingewikkelde proeven en grafieken, dan kon je een speld horen vallen. Onderschat dus nooit je publiek.
De tweede openbaring was dat er buitengewoon slimme vragen werden gesteld die de spreekster duidelijk niet op de automatische piloot kon beantwoorden. ‘Waarom kun je niet stamcellen van een kat gebruiken?’ En ‘hebben kinderen meer stamcellen dan volwassenen?’ Een collegezaal met studenten zou het hen niet verbeteren.
De derde eye-opener was dat je altijd moet nadenken over de indruk die je slides achterlaten. Op de laatste slide bedankte de spreekster haar medewerkers, met van iedereen een fotootje. Een jongetje op de voorste rij stelde heel kien de vraag ‘Wordt hersenonderzoek alleen door vrouwen gedaan?’
Toen pas realiseerde de spreekster zich dat ze inderdaad grotendeels vrouwelijke medewerkers liet zien, geflankeerd door 3 (kale!) mannen. Haar grote frustratie is al jaren dat ze in haar instituut de enige vrouwelijke werkgroepleider is, temidden van veel manlijke collega’s. Maar de aselecte steekproef die de leerlingen vandaag kregen voorgeschoteld schetsten een heel ander beeld.
Toch was het een rake observatie, zeker als je weet dat onder de studenten en promovendi in het hersenonderzoek de vrouwen tegenwoordig veruit in de meerderheid zijn. Dus voor de mannen onder u die dit lezen: U bent van harte welkom in het hersenonderzoek, het is een fascinerend onderwerp. Kom volgend jaar eens luisteren in de derde week van maart.