Bibliothecaris bashen

Een academische bibliothecaris wordt aangeklaagd vanwege zijn professionele mening. Dat maakte UB-medewerker Dafne Jansen niet eerder mee. De affaire rondom Edwin Mellen Press en Dale Askey heeft de primeur, helaas.

In de Nederlandse media heb ik nog weinig gelezen over de bizarre zaak rondom uitgever Edwin Mellen. De samenvatting luidt als volgt.

Dale Askey, in 2010 werkzaam aan Kansas State University (zowel als lid van de wetenschappelijke staf als medewerker bij de universiteitsbibliotheek), schrijft een blogpost waarin hij zich negatief uitlaat over een uitgeverij Edwin Mellen Press. In juni 2012, twee jaar na het verschijnen van The curious case of Edwin Mellen Press, worden Askey en zijn werkgever aangeklaagd door de Edwin Mellen Press voor het exorbitante bedrag van 4,5 (!) miljoen dollar.

Askey’s blogpost wordt daarmee ‘gepromoveerd’ tot lastercampagne en hij en zijn werkgever mogen opdraaien voor “de geleden schade”. Opmerkelijk, want Askey uit zich vaker kritisch over een uitgeverij; in 2011 blogde hij bijvoorbeeld over Peter Lang Verlag.

Voor- en tegenstanders vallen in de Amerikaanse media over elkaar heen in discussies over academische vrijheid, vrijheid van meningsuiting en de verschillen tussen de Amerikaanse en Canadese grondwet (Askey woont en werkt inmiddels in Ontario).

Ik heb geen juridische achtergrond, dus in discussies over de grondwet wil ik me niet mengen. Maar ik werk wel al mijn hele professionele leven aan de universiteit, en was van 2004-2008 als vakspecialist verantwoordelijk voor de bibliotheekcollectie op het gebied van Duitse taal en cultuur, Literatuurwetenschap en Genderstudies.

Misschien komt het door onze gedeelde achtergrond. Misschien kan ik me 12 jaar in een universitaire bibliotheek gewoon niets voorstellen bij een kwaadwillende vakspecialist. Hoe het ook komt, ik word er verschrikkelijk kwaad van.

In universiteitsbibliotheken staat alles, zeker dit laatste decennium, stevig onder druk. Het collectievormingsbudget, maar ook het aantal formatieplaatsen. Simpelweg betekent dat, dat steeds minder mensen verstand moeten hebben van steeds meer vakgebieden, en dat er steeds minder geld beschikbaar is om publicaties aan te schaffen en daarmee de collectie op peil te houden.

Sommige UB’s proberen het probleem (deels) te ondervangen door approval plans; je sluit een deal met een tussenpersoon die op basis van het profiel van jouw instelling en het beschikbare budget periodiek een selectie interessante titels toestuurt. Maar hoe beter je deze titels controleert (en ongeschikte titels retourneert), hoe minder tijdwinst je met deze constructie op de korte termijn boekt (op de langere termijn zou je profiel in theorie na iedere zending moeten verbeteren). Op andere plaatsen - zo ook in Utrecht - focust de bibliotheek op een nauwere samenwerking met de wetenschappelijke staf op gebied van collectievorming.

Welke methode er ook wordt toegepast, het staat voor mij als een paal boven water dat er altijd iemand nodig blijft met verstand van zaken. Hoe ziet de fondslijst van een uitgeverij er uit? Is er een redactieraad die beoordeelt of een manuscript een toegevoegde waarde heeft voor de fondslijst? Wordt er gebruik gemaakt van externe reviewers om manuscripten op inhoud te beoordelen? Hoe adequaat is de redactionele controle en vormgeving? Een goede vakspecialist loopt deze (en nog veel meer punten) in gedachten regelmatig af, bijvoorbeeld als er weer eens een nieuwe catalogus op zijn of haar bureau terecht komt.

Askey voelde zich, gedwongen door krimpende budgetten, verplicht om alle suggesties die via approval plans binnen kwamen, buitengewoon kritisch te beoordelen. Je kunt je geld immers maar een keer uitgeven. De publicaties van Edwin Mellen Press scoorden steevast te laag, en daar wilde hij zijn collega’s op attenderen.

Ook kwaad? Teken de petitie Edwin Mellen Press: End libel suit against Dale Askey and McMaster-university

Advertentie