Bijzonder
Hoge boekenkasten en verrijdbare trappen. Dafne Jansen heeft er een nostalgisch gevoel bij. Maar bibliotheken veranderen.
Het bemensen van de balie van Bijzondere Collecties was nu niet direct het meest sexy onderdeel van mijn taakomschrijving. Toen ik in 2002 als informatiespecialist aan het werk ging in de Letterenbibliotheek leek het me vooral leuk om letterenstudenten (bij voorkeur diegenen die met literatuurwetenschap of moderne letterkunde bezig waren) wegwijs te maken in de bibliotheek. Maar na een paar ‘diensten’ was ik bekeerd.
Misschien kwam het door het geweldige ritueel: de aanvrager vulde een briefje in en kwam dat afgeven aan de balie, vaak begeleid door persoonlijke instructies zoals “het is een erg zwaar boek, misschien moet u een kar meenemen”. Misschien was het het bijzondere depot, dat opende met een grote ouderwetse sleutel en waar de boekenkasten tot het plafond kwamen. Maar eigenlijk denk ik dat vooral het idee dat er in die collectie allerlei uniek materiaal klaar lag om ontdekt te worden het meest tot mijn verbeelding sprak.
Zo kreeg ik op een dag een mailtje van een Spaanse onderzoeker, die had ontdekt (lang leve internet en de online catalogus!) dat wij een exemplaar van Discurso de todos los diablos van Quevedo in huis hadden, dat hij graag zou willen bestuderen. Het ging volgens hem om een tot nu toe onbekende editie.
Enige emails in gebrekkig Engels (hij) en gebrekkig Spaans (ik) en een paar foto’s en jpegs later, waren we er over uit dat het inderdaad om een bijzondere vondst ging. Ik nam contact op met de toenmalige conservator, die direct actie ondernam en het betreffende boekje met voorrang liet scannen. De Spaanse onderzoeker was dolgelukkig, en bedankte ons uitvoerig in levende lijve toen hij in Utrecht op congres was, en later ook nog eens zwart op wit toen zijn proefschrift verscheen.
Toen de verbouwing van de Letterenbibliotheek zich aandiende, werd besloten geen nieuw depot te bouwen in de binnenstad. De boeken en manuscripten verhuisden naar het koele en donkere depot op de Uithof. Al denk ik dat ze daar klimatologisch nog beter zijn ondergebracht dan destijds in de Letterenbibliotheek, bekruipt me toch een gevoel van nostalgie als ik terugdenk aan die hoge boekenkasten en de bijbehorende verrijdbare trappen waar ik met mijn milde hoogtevrees soms lichtelijk op stond te duizelen. Vooral dat ene onooglijke boekje van Quevedo, waar die Spaanse onderzoeker zo gelukkig mee was ...
We zijn inmiddels tien jaar verder, en het digitaliseren van onze Bijzondere Collecties is al ver gevorderd. Maar er ligt nog steeds een berg werk, en daar is ieder jaar weer geld en mankracht voor nodig, ook al is digitaliseren misschien niet direct het meest sexy onderdeel van de taakomschrijving van de Universiteitsbibliotheek ...
Ook een bijzondere herinnering aan de Utrechtse Bijzondere Collecties? Kijk hier.
Niet alleen het boek van Quevedo, maar ook vele andere rariora zijn tot in detail te bestuderen via http://bc.library.uu.nl/nl/frontpage
En voor de liefhebber: de meeste documenten kunnen ook gewoon uit een depot opgehaald worden en in de leeszaal op de zesde verdieping ‘live’ ingezien worden.