De gemeente vindt een studentenhuis in de straat een eng idee

Utrecht: een leuke, bruisende studentenstad met een mooie binnenstad, een bruisend verenigingsleven, en schattige cafeetjes. Maar wat heb je eraan als je geen kamer weet te vinden? Het is voor studenten in Utrecht nou eenmaal een gegeven dat het vinden van een kamer gelijk staat aan het vinden van een pot goud. Er is een studentenwoningtekort van meer dan 8000 kamers en het tekort blijft de komende jaren groot. Volgens de vorige week gepubliceerde Landelijke Monitor Studentenhuisvesting 2019 scoort Utrecht van alle studentensteden in Nederland het slechtst op het gebied van vraag en aanbod. Gelukkig gloort er een sprankje hoop aan de horizon in Utrecht: de coalitie heeft deze zomer nieuw beleid aangenomen over het omzetten van woningen naar kamers. Gretig openden wij, de plaatselijke jongerenpartijen van de coalitie, het nieuwe beleid. Gaan we nu eindelijk meer studentenhuizen krijgen?

Enge wezentjes
We zijn bang van niet. Als je de gemeente wilt geloven, zijn studenten namelijk enge wezentjes die in staat zijn de gehele buurt te verpesten met hun komst. Het omzetten van panden in studentenhuizen werd als een ‘toenemende druk op de leefbaarheid in Utrecht ervaren’, en met het nieuwe beleid zouden ‘alle woningen beschermd kunnen worden tegen (..) omzetting, woningvorming en splitsing’. Is dit wat de gemeente wil? De stad beschermen tegen het creëren van nieuwe studentenhuizen? Dit doet de studenten tekort. De student moet niet consistent beleidsmatig worden achtergesteld aan de buurt.

Elk vergunningsverzoek voor het oprichten van een studentenhuis wordt uitgebreid aan de belangen van de buurt getoetst. Hierbij worden onder andere de wijkagent en de wijkregisseur geconsulteerd, worden er gedaan bij welzijnsorganisaties, mag er geen sprake mag zijn van clustervorming, en ga zo maar door. Dit is heel leuk voor de buurt, maar wie geeft de garantie dat de belangen van de student niet compleet worden ondergesneeuwd?

Schokkend is dat volgens het nieuwe beleid het ook simpelweg in een hele buurt verboden kan worden om huizen om te zetten in studentenwoningen vanuit een ‘volkshuisvestelijk en stedenbouwkundig oogpunt’. Dit doet bij ons toch de vraag rijzen welke magische, destructieve krachten er blijkbaar aan studenten worden toegeschreven, wanneer het nodig is ze aan de hand van zulke vage criteria compleet uit bepaalde buurten te weren.

Onbegrip over crisis
Dit alles spreekt van een enorm onbegrip voor de grootte van de wooncrisis onder studenten. Studenten vechten in Facebookgroepen om een kamer van zes vierkante meter voor 400 euro in Kanaleneiland, en dan hebben we het nog niet over de internationale studenten die noodgedwongen wonen in vakantiewoningen. Zij kunnen simpelweg niet heen en weer reizen vanaf Zweden, Oostenrijk of China. Waarom wordt hun belang in het vinden van een kamer niet beschermd, maar worden de buurten in Utrecht krampachtig beschermd tegen een paar studenten in hun straat?

Het nieuwe omzettingsbeleid biedt geen enkele garantie voor studenten dat het vinden van een kamer de komende jaren makkelijker gaat worden. De Jonge Democraten, DWARS en studentenbelangenbehartiger Vidius vragen daarom dat er door de gemeente en de coalitie wordt gegarandeerd dat de belangen van de student om in Utrecht te wonen, naast de belangen van de buurt, concreet zullen worden beschermd. Een dak boven je hoofd is ook voor studenten een basisbehoefte, en daar mag de gemeente zich best hard voor maken. Gun studenten hun plekje in Utrecht!

Advertentie