Elke student een tablet
Ze zijn bijna niet meer weg te denken uit de collegezalen, een derde van de studenten verschuilt zich erachter, en wat ze er nou eigenlijk op doen is voor de docenten vaak een raadsel. De laptop is een integraal onderdeel geworden van het studentenbestaan en voor sommige studenten onmisbaar tijdens college om aantekeningen te maken, of de sociale banden te onderhouden.
Mijn voorspelling is dat het ook zo zal gaan met de tablets. Na het gebruik van een Archos 70b eReader (een budget tablet), een iPad 2 (een van de beste tablets op de markt) en een Sony PRS600 (standaard e-reader) ben ik ervan overtuigd dat tablets en e-readers de toekomst zijn, ook voor de universiteit en de studenten.
Er moet wel wat veranderen voordat de Universiteit Utrecht zich echt een digitale leeromgeving mag noemen. Voordat de Universiteit klaar is voor het grootschalig gebruiken van tablets, moet er aan een aantal basisvoorwaarden voldaan worden.
Allereerst moet men een goed functionerende digitale leeromgeving creëren. Ten tweede moeten de verschillende processen die hiervan de basis vormen geprofessionaliseerd worden en in een eenduidig format gegoten worden. Ten derde moeten er experts zijn die snel kunnen reageren bij een storing of probleem.
Voordat deze stappen gemaakt kunnen worden is er echter ook iets anders nodig. Die allereerste stap is reeds gedaan met de iPad-tests onder studenten en docenten. Deze kleine steekproef geeft in de beginfase inzicht in wat nodig is voor verdere ontwikkeling.
Tijdens deze testperiode waren een aantal problemen mij redelijk snel duidelijk. Allereerst zijn de digitale readers die de universiteit sinds ongeveer anderhalf jaar beschikbaar stelt, van matige kwaliteit. De documenten in de readers verschillen sterk van kwaliteit en bruikbaarheid. Daardoor verschillen de readers in hun geheel ook in praktisch nut. Pagina’s die scheef, op lage resolutie, in verkeerde volgorde, of simpelweg onleesbaar gescand zijn zorgen voor meer frustratie dan gebruiksgemak. Daarnaast was het niet makkelijk de reader op de iPad 2 te krijgen in vergelijking met de Archos, welke op Android draait, of de Sony.
Aan het videoaanbod van de Universiteit Utrecht schort nog het nodige. Er worden bij sommige opleiding weblectures opgenomen, maar bij Geschiedenis heb ik nog nooit een camera in de collegezaal gezien.
De UU kan op videogebied nog veel leren van de Vrije Universiteit. Deze universiteit biedt studenten meer mogelijkheiden om de colleges nog eens na te kijken via een videostream op internet. Voor een tentamen nog even dat belangrijke college nog een keer volgen, of voor verduidelijking van de eerder gemaakte aantekeningen. Ook de enorme toegevoegde waarde van het later volgen van een college door een ziekte afwezige student lijkt mij overduidelijk.
Natuurlijk vervangt de videostream niet het college. Directe interactie met de docent en medestudenten is bij zo’n video natuurlijk niet mogelijk, terwijl dat onvervangbaar is.
Er kan veel verbeterd worden aan het fenomeen Blackboard. Onder studenten, en misschien wel belangrijker, bij docenten, is er veel onduidelijkheid over het goed gebruiken van Blackboard. Sommigen gebruiken het naar hartenlust, terwijl het systeem bij andere colleges compleet genegeerd wordt en readerteksten en presentaties via de mail rondgestuurd worden.
Dat is enorm zonde, want Blackboard biedt veel mogelijkheden. Naast het aanbieden van readers, die volgens mij ook prima via dit systeem verspreid kunnen worden, en de eerder genoemde videofeed, zou het zeer bruikbaar kunnen zijn voor overleg tussen studenten en contact met de docent.
Voordat dit goed kan werken is het geven van een goede en uitgebreide cursus of instructie over de mogelijkheden van het gebruik van Blackboard aan docenten en studenten zeer aan te raden. Zodra docenten weten om te gaan met de digitale mogelijkheden van deze tijd, en studenten weten wat er mogelijk is binnen de programma’s en sites van de universiteit, is de tijd rijp voor het invoeren en het gebruiken van tablets op grote schaal. Dan kunnen tablets voor zowel studenten als docenten van toegevoegde waarde zijn.
Wanneer dit stadium aangebroken is, en de faciliteiten zijn erop berekend, zou de universiteit moeten onderzoeken of er een afspraak te maken is met Sony, Samsung, Apple of aan andere aanbieder. Op deze wijze kunnen de kosten van een tablet iets gedrukt worden, en zijn er professionals beschikbaar voor ondersteuning, cursussen, en mogelijk zelfs ontwikkeling van gespecialiseerde apps.
Het zou zonde zijn om in dit essay niet even kort de voordelen en nadelen van de drie verschillende platformen te vergelijken. De iPad 2 heeft een scherper beeldscherm, is sneller, werkt soepeler en is esthetisch mooier dan de andere twee.
Het lijkt een uitgemaakte zaak, maar het pronkstukje van Apple heeft toch ook wel een paar nadelen. Allereerst, en ik weet dat ik hiermee vele mensen voor de schenen schop, het is Apple. Wat ik hiermee probeer te zeggen is dat de jongens in Californië nog steeds te eigenwijs zijn. Het gebruiken van eigen bestandsformaten, het verplichte gebruik van iTunes en niet onbelangrijk, de beperkte mogelijkheid om eigen apps te ontwikkelen.
De Android-gestuurde tablet waarmee ik ervaring heb was op vele vlakken inferieur aan de iPad 2, maar het gemak waarmee ik nieuwe bestanden op de tablet plaatste, was een prettige verrassing. Daarbij heeft deze Archos een enorm voordeel, namelijk de prijs verschilt ongeveer 350 euro ten opzichte de iPad 2. Er is ook mogelijk een SD-kaartje in de Archos te steken, waardoor het intern geheugen uitbreidbaar en uitwisselbaar is.
Nu de Sony. Dit apparaat is compleet anders dan de tablets. Geen kleurenscherm, geen WiFi, geen apps, niets. Waarom noem ik deze e-reader dan wel? Het gebruik van een tablet op de universiteit is in mijn ervaring nu nog voornamelijk voor het lezen van readerteksten, en voor dat doel is de Sony veel beter geschikt dan de iPad of de Archos. Het lezen is een stuk fijner voor de ogen, de accu gaat veel langer mee, en dat is uiteindelijk wat je zoekt. Toch? Momenteel wel, maar kijk ook naar de toekomst.
Stel dat elke student in bezit was van een iPad 2 of een Samsung Galaxy Tab 10.1. Dan kunnen ze gebruik maken van snelle videostreaming, draadloze internettoegang, aardige notitieprogramma’s en een goed functionerende Blackboard-app.
Stel nu dat alle Letterenstudenten tegelijkertijd besluiten om naar de UBB te gaan. Het eeuwige probleem van te weinig werkplekken is opeens niet eeuwig meer! Mensen zitten in de binnentuin, op de banken in de portaal, verspreid door alle panden van de Drift. Met tablet op schoot, aangesloten op het snelle UU-netwerk. Oordopjes in om nog een keer het college van gisteren te kijken en beluisteren, zoeken door de catalogus of Omega, eventjes op Twitter kijken wie er nog meer aan het studeren is en zin heeft in een bakkie koffie. Dit is de toekomst.