Laat UU experimenteren met het betrekken van burgers bij de politiek
Overal waar de vertegenwoordigende democratie aan de orde is, speelt het gevoel van niet betrokken zijn. Of het de Tweede Kamer is, de gemeenteraad, of de ondernemingsraad, de medezeggenschap op universiteit en hogeschool. Alle vertegenwoordigende organen krijgen kritiek te verduren, en allemaal hebben ze moeite om mensen te vinden.
Je kunt misschien best nog even vooruit met die vertegenwoordigende democratie. Maar wat zou de opkomst op 21 maart zijn? Uit welke bevolkingsgroepen? Welke leeftijden? En waarom zien we de komende weken vooral landelijke debatten en veel te weinig lokale.
Zodra het over concrete zaken gaat, komen velen wel in actie. Dan is er ineens meer bereidheid tot participatie. Maar daar hebben we dan weer geen goede werkwijze voor. Frustratie alom. Soms lijkt het of de juridische kaders die ooit fel bevochten zijn, nu innovatie belemmeren.
De Utrechtse verkiezingsprogramma’s koken niet over van inspiratie hoe de politiek komende vier jaar burgers en bedrijven zal betrekken bij de ontwikkeling van de stad. Gelukkig verdwijnen verkiezingsprogramma’s meestal in een la zodra het op coalitievorming aan komt. In zo’n lokaal regeerakkoord zou raadplegen van de burgers best voor kunnen komen. Daarin kan staan hoe dat gaat gebeuren, met welke experimenten.
Stel, de volgende coalitie wil op deze toer. Dan zou de UU met haar ambities als Civic University, vanuit het strategisch onderzoeksthema Instituties, daar een impactvol onderzoeksprogramma tegenaan moeten kunnen zetten. Dat gebeurt ook al bij de variaties in Utrechts beleid rond de Bijstand. De universiteit, met zoveel expertise aan boord, zou een overzicht moeten publiceren van alle manieren waarop het raadplegen van burgers inmiddels elders gebeurt. Compleet met de ervaringen ermee.
De UU zou als geen ander geïnteresseerd moeten zijn in verkenningen. Verkenningen met maatschappelijke en institutionele impact. Voor de lokale gemeenschap. En voor zichzelf. Want de structuur van de medezeggenschap in het hoger onderwijs kraakt ook regelmatig. Reden genoeg om te verkennen of en wat er buiten de lijntjes te kleuren valt. Want het zou jammer zijn als we de intelligentie van de gemeenschap niet weten in te zetten. Dat geldt voor de stad, voor arbeidsorganisaties, en ook juist voor de universiteit zelf.