Onderwijs is de belangrijkste vorm van kennisvalorisatie
Cultuurpsycholoog Ruud Abma bezoekt een themadag over kennisvalorisatie. Hij is verbaasd dat er met geen woord over universitair onderwijs gesproken wordt.
Waarin onderscheidt een universiteit zich van een onderzoeksinstituut? Die vraag is steeds moeilijker te beantwoorden. Laten we voorlopig even vasthouden dat bezinning en reflectie op het eigen functioneren een typerend kenmerk is van de academische cultuur.
Woensdag vond aan de faculteit Sociale Wetenschappen in Utrecht een 'Valorisatieparade' plaats, die precies dat tot doel had. Valorisatie is zoveel als: de maatschappelijke waarde van je wetenschappelijke werk zien laten of, in de woorden van het Rathenau-Instituut: hoe je “met jouw onderzoek een bijdrage kunt leveren aan de samenleving”.
Het gaat bij valorisatie dus om onderzoek. En het gaat ook om de financiering van onderzoek. “Een stevige maatschappelijke positionering van je onderzoek biedt ook kansen op de oververhitte markt voor onderzoeksfinanciering.” En daar ging het dan ook over: de maatschappelijke positionering van onderzoek. Op zich niks mis mee, maar tijdens de workshops die ik bijwoonde rezen bij mij (en anderen) toch een paar vragen.
In de workshop 'Hoe selecteert een krant onderzoeksnieuws?' ging het vooral over het aantrekkelijk presenteren van je onderzoeksresultaten: 'Kies een pakkende titel', 'Vermijd jargon', 'Zorg voor illustraties' en 'Vertel het aan je oma'. Dat aantrekkelijk presenteren is niet bedoeld voor de krantenlezers, maar voor de journalist. Die moet 'aanslaan' op waar jij mee komt.
Als je onderzoek doet naar cognitieve strategieën bij kinderen om routes te onthouden, moet je het 'framen' als 'Vanaf welke leeftijd kan mijn kind zelfstandig naar school fietsen' (ook al geeft je onderzoek helemaal geen antwoord op die vraag). Opvallend was ook de lage dunk die de journaliste, Iris Pronk, had van de communicatieafdelingen van universiteiten: op een handout had ze een paar - inderdaad afgrijselijke - persberichten ter illustratie gekopieerd.
In de workshop 'Analytic Storytelling' bood Stijn Cornelissen een heldere strategie aan om onderzoeksresultaten voor leken bevattelijk te maken: begin met wat algemeen geaccepteerde feiten rond je onderwerp, laat dan zien dat er zwaar weer op komst is als er niets gebeurt, formuleer daarover een onderzoeksvraag en presenteer vervolgens jouw onderzoeksuitkomsten als een mogelijke remedie voor het probleem.
Dat de logica van de presentatie afwijkt van die van het onderzoek bleek al snel: veel universitair onderzoek wordt opgezet vanuit wetenschapsinterne vragen (en met wetenschapsinterne doelen). Er is dus eerst een onderzoeksvraag en een onderzoeksantwoord, en de kunst is dan daarbij een passende maatschappelijke probleemsituatie te vinden. Is het eigenlijk niet beter bij het opzetten van je onderzoek direct met de maatschappelijke relevantie rekening te houden?
Daarover werd verschillend gedacht. Beate Volker (sociologie) en Marcel van den Hout (klinische psychologie) verklaarden eensgezind dat het bij wetenschap ging om het opsporen van fundamentele mechanismen, dat wetenschap waardenvrij moest zijn en dat het formuleren en oplossen van maatschappelijke problemen een zaak van de politiek was. Valorisatie is dan meer een kwestie van goede communicatie. Loes Keijsers, gepromoveerd onderzoekster maar ook auteur van het populairwetenschappelijke boek Waarom tieners zo irritant kunnen zijn, vond juist dat haar onderzoeksvragen (en publicaties) er beter op werden nu ze door haar boek meer in contact met ouders kwam.
De cruciale vraag voor de sociale wetenschappen is dus: kiezen we voor fundamenteel onderzoek met een goede communicatieafdeling of laten we ons in onze onderzoeksvragen van meet af aan leiden door maatschappelijk relevante doelen? Eerlijk gezegd lijkt het laatste me op den duur onvermijdelijk. Het publiek verwacht van sociale wetenschappers toch inzichten die zowel superieur als nuttig zijn. Alleen het eerste is niet genoeg voor het behoud van geloofwaardigheid.
Wat me tijdens de hele parade bleef bezighouden is de vraag: hoe zit het met het universitaire onderwijs? Er werd met geen woord over gesproken. Valorisatie stond in de 'parade' echt ten dienste van het onderzoek. Toch valt goed te verdedigen dat het universitaire onderwijs de belangrijkste vorm van kennisvalorisatie is die de academie te bieden heeft. Het is zelfs haar unique selling point...
Dit artikel verscheen eerder op het blog van Ruud Abma.