Stereotiep, zit heel diep
Directeur Studium Generale Melanie Peters ziet dat veel vrouwelijke wetenschappers de media schuwen. En dat terwijl rolmodellen zo hard nodig zijn.
Vorige week kwam het rapport 'Vrouwen in de media' (pdf) uit. Een feest van herkenning, behalve dat het geen feest was. Nog steeds is maar een op de vier deskundigen in de media een vrouw. Ook bij Studium Generale zullen –wijzigen op het programma voorbehouden – dit voorjaar 30 mannen en maar tien vrouwen op het podium staan. Dat er nog steeds te weinig vrouwelijke hoogleraren zijn, is maar een deel van het probleem. Ook dat kwam deze week ruimschoots in het nieuws.
Andere keuzes
Bij het maken van een nieuw interdisciplinair programma beginnen we meestal met een lijstje vrouwen. Dat dan even snel slinkt, als we het kunnen bedenken. De door ons begeerde vrouwelijke sprekers, blijken erg serieus in hun werk en zeggen vaak zich eerst nog te willen inwerken. Of ze voelen zich niet bevoegd om een breed verhaal te houden en verwijzen liever naar een (mannelijke) collega, die er veel meer van zou weten, maar die wij op grond van onze research eigenlijk veel minder interessant vonden. Ook zijn ze de toppers erg gewild door anderen; voor een gasthoogleraarschap aan de Sorbonne of in Zuid-Afrika of voor het lidmaatschap van een commissie die binnenkort een rapport moet uitbrengen. Maar de meest gehoorde redenen om niet te komen spreken, zijn de verjaardag van een kind (bij de mannelijke sprekers ooit eenmaal gehoord) of meewillen met een van de ouders naar het ziekenhuis. Goede motieven en natuurlijk hoeft een spreker helemaal geen reden op te geven, het is al een gunst als ze voor ons publiek hun verhaal willen doen. Het geeft alleen aan dat deze vrouwen andere keuzes lijken te maken dan mannen.
Wat doe je er aan?
Toch lukt het in elk programma een aantal vrouwelijke rolmodellen neer te zetten. En vaak hebben ze zich inderdaad gehaast van een begrafenis of oppas die te laat kwam, om in de Aula van het Academiegebouw vol verve een lezing te geven. Bescheidenheid en andere prioriteiten, meer verantwoordelijkheid voor familie, het speelt allemaal en rol. Ook zichtbaarheid is een issue. Vrouwen blijven minder lang informeel napraten, wat voor elke carrière van belang is, zo blijkt uit onderzoek. Laatst nog verontschuldigde iemand zich om een taart te bakken om elf uur ‘s avonds. Of die gelukt was vroeg ik de week daarop? Ja, hij leek wel van de bakker, was het compliment geweest van vakgroepsgenoten. Tja, voortaan dus gewoon kopen bij de bakker, is een makkelijk advies. Ooit las ik in de Mother's guide to surviving the first year of motherhood: "don’t wake if you can sleep and don’t bake what you can buy". De sectie 'zelfhulp' van de lokale bibliotheek is sowieso een aanrader. Van 'de lachende Boeddha' tot de 'Seven habits of happy families', je kunt het er allemaal lenen en aan het eind weet je dat geen enkele wereldreligie of welk managementboek dan ook je kan voorbereiden op het echte leven, je moet het zelf doen. Maar je houdt er een paar praktische tips aan over met betrekking tot 'work-life balance'.
Hormonen
Wat mij het meest trof in interviews naar aanleiding van het rapport over vrouwen in de media was de kritiek van de kijker. Naast het feit dat er minder vrouwelijke deskundigen zijn en ze minder vaak teruggevraagd worden omdat ze aan tafel bij Pauw of waar dan ook weigeren in te gaan op vragen buiten hun vak (en dat doet het niet zo leuk op TV), kregen vrouwen negatieve reacties van het publiek, tot schunnige e-mails aan toe (of ze ook hadden geslapen op de boot van Pauw). Nu denk ik dat dat in de wetenschap toch net anders ligt, mij is dit ten minste nog niet ter ore gekomen, maar het valt zo vaak op bij discussies in de zaal, dat vragenstellers kritisch zijn op vrouwelijke sprekers, terwijl ze smullen van een geleerde heer. Die past blijkbaar meer in het beeld van de professor. Wat daarbij niet helpt, is dat vrouwen met de jaren soms pinniger en onhebbelijker kunnen worden, terwijl zelfs de meest horkerige man onder invloed van afnemend testosteron zich nog makkelijk kan ontwikkelen tot een voorbeeldige gentleman. De hormonen mogen hier de schuld van krijgen. En misschien dat die ook verklaren waarom juist vrouwen kritischer zijn op elkaar. Studie van de aap laat zien dat vrouwtjesapen sterk zijn in groepen en de rangen daarom gesloten moeten blijven. Opvallend gedrag is bedreigend voor de veiligheid van de groep. Zo ook bij de mens; wie exentrieke schoenen draagt, verbeeldt zicht te veel, wie denkt iets te weten, of iets heeft gepresteerd, moet erg oppassen voor kritiek van de andere vrouwtjes(apen).
Applaus
En toch, moeten we ons hierbij neerleggen? Nee natuurlijk. We hebben rolmodellen nodig. Laten we kritisch blijven op de inhoud, daarvoor zijn we een universiteit, maar minder onnodig kritisch op de persoon. En sprekers, wees minder kritisch op jezelf. Die snottebel op je revers is vanuit de zaal en op camera niet te zien. Gelukkig zijn er veel goede voorbeelden. Geef ze een keer een extra groot applaus!!!