Werkstress van de ergste soort

Het is momenteel slecht toeven in de bètafaculteiten van ons land, ziet hoogleraar Marian Joëls. Als het gebrek aan middelen en visie van blijvende aard is, zal het volgens haar alleen maar slechter gaan. Vandaag jij, morgen … ?

In een week tijd is verschillende mij bekende onderzoekers in Leiden en Utrecht de wacht aangezegd omdat het structurele tekort van de faculteiten toch een keer opgelost moet worden. “Dat is heel goed”, hoor ik enkele voortvarende buitenstaanders van liberale signatuur zeggen. “De markt bepaalt wat goed is en blijft; dat dorre hout moet hoognodig gekapt worden.”

Dor hout, pardon? Ik kan niet voor iedereen die een ontslagbrief heeft ontvangen spreken, maar de onderzoekers die ik ken zijn stuk voor stuk bovengemiddeld productief en succesvol. Ze publiceren in prestigieuze tijdschriften, ze hebben mooie persoonlijke subsidies ontvangen, zoals de NWO-VIDI of Aspasia-premie, en hun onderwijs is meermalen bekroond. De objectieve wetenschappelijke wereld vond hen dus niet zo lang geleden in verhouding tot anderen talentvol en waard om in geïnvesteerd te worden.

Nee, deze mensen ontberen niet het talent maar de bescherming om met hun talent iets te kunnen doen. Ze misten allemaal iemand die de linkse directe aan zag komen en zich tijdig politiek breed maakte zodat de klap niet daar maar elders viel. Als je meent dat talent op zich voldoende is om te overleven dan leef je in de verkeerde eeuw.

In zo’n week bekruipen mij sombere gedachten. Natuurlijk, de karavaan trekt verder en er zullen ongetwijfeld collega’s zijn die denken “deze gifbeker is aan mij voorbijgegaan, ik leef nog, over tot de orde van de dag”. Maar als je een stap opzij doet, besef je dat dit soort beslissingen de bodem onder het wetenschappelijke bestaan weghalen. Hodi tibi, cras mihi.

Als stress-onderzoeker weet ik dat dit soort gebeurtenissen werkstress van de ergste soort zijn. De situatie vertoont alle kenmerken die ik studenten altijd voorhoud als de hallmarks van stress. 1) Een gebrek aan informatie: als je hoort wat er aan de hand is, is het al te laat. 2) Totaal gebrek aan controle: je bent geheel machteloos om de situatie ten goede te keren. Eenmaal genomen besluiten zijn over het algemeen onomkeerbaar, al is het maar om psychologische redenen. 3) Gebrek aan waardering: in vaktermen frustrated non-reward. Waarom heb je je altijd ingezet voor de zaak? Waarom al die uren in het weekend en ’s avonds doorgewerkt? Die inzet wordt niet beloond.

Ik begrijp deze onderzoekers. Met iets meer moeite begrijp ik ook de decanen die de beslissing moeten nemen. Er moet iets gebeuren en wat ze ook besluiten: iemand is het kind van de rekening; een ondankbare taak. Ik begrijp niet de oorzaak, het permanente gebrek aan middelen om de wetenschap op peil te houden, het gebrek aan visie om een investering te doen die een uitzonderlijk hoge return of investment heeft.  Ik begrijp niet waarom dat 200 kilometer naar het oosten zo goed wordt ingezien, maar niet hier, niet in Nederland.

Zolang wij als wetenschappers niet in staat zijn die boodschap over te brengen, blijft het budget ontoereikend, en zijn we bezig om de schade te minimaliseren in plaats van de winst te maximaliseren.

Advertentie