Wetenschap op verkeerd spoor
Net als wielrenners zitten wetenschappers gevangen in een glitterwereld die pervers gedrag uitlokt, zegt geneeskundedecaan Frank Miedema. Jammer dat we dat moeten horen van de fraudeur zelf.
Diederik Stapel siert menig overzichtslijstje van 2012. Waar komt de ongelofelijke verbijstering en afwijzing over zijn daad vandaan? Die vraag stelt hij zich in zijn eigen, mede daardoor lezenswaardige, boek. Stapel poneert de stelling dat de verontwaardiging zo massaal is vanwege de onrealistisch hoge verwachtingen die men kennelijk heeft van wetenschappers.
Daar heeft hij een punt. Wetenschappers zijn gewone mensen, die net als bankiers en wielrenners gevangen zijn in een supercompetitief systeem dat pervers gedrag uitlokt. De extreme reactie op fraudeurs lijkt op een chirurgische poging om zo snel mogelijk het ontstoken weefsel te verwijderen. In de hoop dat de infectie niet systemisch is en de rest van het lichaam nog niet is aangestoken.
Dat is een illusie. De commissie die de fraude van Stapel onderzocht voelt wel aan dat mogelijk sprake is van een systeemfout. Maar kijkt weg van het feit dat wetenschap een grootschalig en economisch systeem is. Ook wetenschap berust op economische principes en marketing, PR, de hype en waan van de dag, waar competitie is voor de mooie banen, subsidies en prijzen.
Stapel is in de ban geraakt van deze competitieve glitterwereld en is collega's, promovendi, reviewers en editors, decanen en rectoren en journalisten gaan geven waarom ze vroegen. Het was gemakkelijk. Hij verzon mooie heldere vragen en uitkomsten en die verhalen waren goed aan de man te brengen.
Als gevolg kreeg hij prestigieuze persoonsgebonden subsidies van NWO en een transfer van Groningen naar een goedbetaalde baan in Tilburg. Maar, zegt hij: “Ik ben het wetenschappelijke neefje van Nick Leeson, speculerend met empirieloze theorieën en theorietjes in plaats van met grote sommen geld. Mijn wangedrag heeft de sluier van de heiligheid van de wetenschap weggetrokken ... in die in toga gehulde hoogleraar ging een rommelaar schuil ... .”
Als er niets verandert, zullen kwesties als met Stapel in toenemende mate voorkomen. Want universiteitsbestuurders, decanen, subsidiegevers zoals NWO, reviewers, editors van tijdschriften, groepsleiders en promovendi; allen zijn gevangen in een systeem dat stuurt op aantallen publicaties, promoties en zelfs persmomenten. En laten we de Shanghai en THE-rankings niet vergeten.
Evaluaties zijn nu vooral gebaseerd op korte termijn 'bean counting', in plaats van de productie van bruikbare hoogwaardige kennis die door collega's en/of maatschappelijke stakeholders als zodanig wordt herkend. Er is behoefte aan betere procedures en verscherpt toezicht, ja, maar net als bij de banken ook aan herbezinning op welk onderzoek we belonen en hoe we de resultaten evalueren.
Maar ondanks dat velen in dat systeem 'het spel spelen' , is fraude en onzorgvuldig onderzoek op geen enkele manier te vergoelijken. De megafrauderende speculanten hebben ook geen excuus omdat veel van hun collega's speculeren en in waardeloze financiële producten handelen. De signalen die ze geven moeten we echter niet negeren.
De revival van inhoudelijke en maatschappelijke criteria in onderzoekevaluatie is vooral in Engeland al een paar jaar gaande. Paradoxaal genoeg heeft Stapel zelf als decaan blijkbaar een dergelijk initiatief genomen in het MERIT-programma dat hij schreef voor de Tilburgse Universiteit. In zijn boek schetst hij hoe hij ontspoorde, maar ook dat hij zag dat de wetenschap op een verkeerd spoor is geraakt.
Het is irritant om dat te moeten vernemen van een onderzoeker die het systeem ver over de grens van het acceptabele heeft bespeeld, maar laten we die irritatie omzetten in een gezamenlijke reformatie die de wetenschap weer op relevante inhoudelijke doelen tracht te richten. Want daar is wetenschap om begonnen!