Veel ouders zijn bang dat hun kind tijdens de studie financiële problemen krijgt
Negen van de tien ouderparen blijft hun kind financieel steunen als deze het huis verlaat om te studeren. Ze vragen zich wel af of hun kind goed genoeg met geld kan omgaan. Een vijfde van de ouders zou hun kind graag meer geld geven, maar krijgt dat financieel niet voor elkaar.
Dit blijkt uit een onderzoek van het platform Wijzer in Geldzaken. Eind juli 2016 heeft dit platform een onderzoek laten doen onder zeshonderd ouders van wie het kind ging studeren.
Vrijwel alle ouders voelen zich financieel verantwoordelijk voor hun studerende telg. Zo proberen ze hun aankomende student financieel voor te bereiden op een zelfstandig leven. Ze helpen mee om de te verwachten uitgaven op een rijtje te zetten, geven advies over een betaalbare huurprijs en brengen de kosten van de opleiding en verzekeringen in kaart.
De meeste ouders vinden het belangrijk dat hun kind goed met geld kan omgaan. Maar 80 procent vraagt zich af of het financieel gezien wel goed zal gaan met hun kind. Als risico’s zien ze dat hun kind te weinig inkomsten zal hebben, te veel geld zal uitgeven of hun geld verkeerd zal besteden. Een klein percentage (6 procent) heeft er zelfs slapeloze nachten van.
De meeste ouders voelen zich verantwoordelijk voor het financiële welzijn van hun kind en willen daar aan bijdragen. Veel ouders hebben gespaard voor de studie van hun kind. Met name ouders met een kleiner inkomen hadden meer willen bijdragen aan de studie als ze dat hadden kunnen opbrengen.
De meeste ouders vragen hun kind naar zijn financiële situatie, zo’n 12 procent gaat ook echt de bankafschriften controleren.
Sommige ouders stellen ook voorwaarden. Ongeveer 20 procent wil alleen bijdragen als de studieresultaten goed genoeg zijn.
Voor een derde van de gezinnen betekent het gaan studeren van hun kind dat ze zelf minder geld overhouden. De helft zegt dat het niet zoveel uitmaakt en een kleine 20 procent denkt meer te besteden te hebben als hun kind gaat studeren.