De ergernis zit me hoog. Al maanden ben ik bezig met mijn thesis en met wetenschappelijke precisie kruip ik vooruit. Het begon met een probleemstelling. Mijn onderzoeksvraag moest scherper toen deze te vaag bleek, elke keuze in mijn onderzoek moet ik verantwoorden in het methodologisch hoofdstuk. Consequent zijn en doordachtheid wordt elke stap geëist. Om dit in alle rust te kunnen doen, zoek ik dagelijks een studieplek in de UB. Dit is problematisch, want deze is zeker in tentamentijd afgeladen. De universiteit ziet ook problemen in de UB en grijpt in. Het Open Acces beleid ten spijt, welk probleem is niet na te gaan.

Zonder goed onderbouwde verantwoording roept de directie van de UB opeens dat er in de avonduren en in het weekend een toegangscontrole is in de bibliotheek. De probleemstelling staat er bij: er is teveel last van “ordeverstorend gedrag”. Als ik zo’n onduidelijke definiëring van mijn probleemstelling inlever, krijg ik deze linea recta terug van mijn begeleidster met in het rood de woorden ‘leg uit’. DUB stuurde ongetwijfeld zijn beste verslaggevers naar de UB voor deze uitleg, maar ‘de bibliotheek wil liever niets zeggen over de aard van de incidenten’. Of het nou diefstal is, de HU-studenten die hier blokken of de grote groep eindexamenscholieren die met hun Samengevat-bundel in mei neerstreken is niet duidelijk. We weten alleen dat er meer meldingen zijn van orde verstorend gedrag en dat er soms zelfs mensen zijn verwijderd uit het gebouw.
De uitwerking maakt mij nog chagrijniger. De eerste controleavond liet ik mijn lenerspas zien, maar dit was niet goed. Ze willen een foto-ID hebben. De onherkenbaar vervormde en zeven jaar oude foto op mijn collegepas biedt uitkomst. Iedere man met donker haar had met deze pas naar binnen kunnen lopen. Ook een paspoort of identiteitspas voldoet. Misschien heeft onderzoek uitgewezen dat mensen mét een identificatiebewijs bij zich minder lawaai maken of niet stelen. Er is geen bron in een theoretisch kader vermeld waaruit dit blijkt. Mijn vermoeden is dat alleen vergeetachtige mensen terug zullen moeten fietsen naar huis. Dat zorgt wel voor meer ruimte. Elk identiteitsbewijs voldoet dus. Er zit bijna vier weken toegang op en ik merk weinig verandering in de UB, op de oppervlakkige controle na. Geen naam wordt opgeschreven, geen kaart op echtheid gecontroleerd. De controle voelt als een zinloos ritueel bij elke pauze die ik hou in het weekend. Van mijn begeleidster moeten nodeloze zaken geschrapt worden uit mijn onderzoek. Ik vraag me serieus af of hier wat verbeterd is, maar dit controleren is niet mogelijk zonder de probleemstelling. Het gelaten ondergaan is de enige optie.

Het is zondagochtend half 11 en een meisje probeert zo door te lopen maar wordt gemaand door de portier haar pas te laten zien. Het meisje draait zich treurig om en loopt weg, maar de portier zegt dat ze met een rijbewijs ofzo ook naar binnen mag. “Heb ik niet”, zegt ze met een jonge stem: “Ik ben veertien”. Ik sta perplex, ik had haar zeker zestien geschat. De eveneens verbaasde portier zegt dat het m niet gaat worden en ze druipt af. Voor het eerst zie ik een meetbaar resultaat van deze aanpak, maar ik ben nog niet tevreden. Vandaag geen Open Acces voor haar. Morgen kan ze echter gewoon terugkomen: tussen 8 en 17u. Zinloos dit, schrappen maar!