Nebraska: ontroerende en humoristische roadmovie
Nebraska, de nieuwe film van Alexander Payne, was publieksfavoriet op het Internationaal Filmfestival Rotterdam, is genomineerd voor 6 Oscars en won 2 Golden Globes. Vanaf 27 februari is de film te zien in de Utrechtse bioscopen.
Op de afgelopen editie van het Internationaal Filmfestival Rotterdam was het al snel duidelijk dat Nebraska er met de publieksprijs vandoor zou gaan. De film van Alexander Payne (The Descendants, About Schmidt) stond vanaf de eerste dag bovenaan de lijst van publieksfavorieten en bleek hier niet vanaf te stoten zijn. Al eerder werd Nebraska genomineerd voor onder andere 6 Oscars en 5 Golden Globes. Niet slecht, helemaal voor een regisseur die nogal wat weerstand ondervond tijdens de productie van zijn film. Zo stond zijn studio erop dat beroemde acteurs de hoofdrollen zouden vertolken en was de distributeur erop tegen dat de film in zwart-wit gemaakt zou worden. Payne negeerde de gestelde eisen en kreeg geen spijt van zijn beslissingen.
Nebraska gaat over een knorrige en verwarde oude man, Woody Grant (Bruce Dern), die ervan overtuigd is dat hij de lotto gewonnen heeft. De brief die hij ontvangen heeft, is echter oplichterij. Maar hoezeer zijn vrouw en zoons hem dat ook proberen duidelijk te maken, Woody moet en zal zijn prijs ophalen bij het kantoor in Nebraska. Desnoods lopend. Zijn zoon David (Will Forte) besluit zijn vader te helpen en rijdt samen met hem van Montana naar Nebraska. Onderweg stoppen ze in het geboortedorp van Woody, waar ze met familie en oude vrienden herinneringen ophalen.
Schijn bedriegt echter en de nostalgische sfeer slaat al snel om in een grimmige situatie. Zodra bekend wordt dat Woody miljonair is, liggen de aasgieren op de loer. Zijn beste maat had Woody ooit een groot geldbedrag geleend en ook diverse familieleden zouden het waarderen als hun financiële steun nu eens terugbetaald wordt. Het gaat uiteraard niet per se om het geld, maar om het gebaar. Wanneer de situatie uit de hand dreigt te lopen, besluiten Woody en David hun reis voort te zetten. Al is het vanwege Woody's slechte gezondheid nog maar de vraag of ze Nebraska ooit zullen halen.
Het feit dat David zijn vader door dik en dun steunt, levert ontroerende momenten in de film op. De relatie tussen vader en zoon wordt, evenals de Amerikaanse maïsvelden, op mooie wijze in beeld gebracht. Payne heeft echter ook veel ruimte overgelaten voor humor. Grappige dialogen en (onverwachte) droogkomische situaties volgen elkaar op en dit houdt het tragische verhaal luchtig. De violen blijven achterwege en de humor is eerder Brits dan typisch Amerikaans te noemen.
Het filmen van Nebraska, waar Payne overigens zelf geboren is, in zwart-wit draagt bij aan zowel de nostalgie van die goede oude tijd als aan de macabere sfeer in het tweede deel van de film. Het blijkt een goede keus van Payne geweest te zijn, maar origineel is het niet. Sinds The Artist (2011, Michel Hazanavicius) lijkt zwart-wit weer een trend te zijn in Amerika en Europa. Toch blijft het mooi dat een hedendaags verhaal gecombineerd wordt met een stukje filmgeschiedenis, vooral als het zoals in Nebraska functioneel gebeurt.
Nebraska draait vanaf 27 februari in de bioscoop.