Crowdsourcing werkt goed, blijkt uit thesisonderzoek UU-student

Werk uitbesteden via internet aan mensen die je niet kent, in plaats van dit te laten doen door eigen werknemers. Dat is crowdsourcing, het thesisonderwerp van masterstudent Business Informatics Frederik Mijnhardt. “Kantoren zijn in de toekomst niet meer nodig.”

“Een hip maar vaag begrip”, noemt Frederik zijn thesisonderwerp crowdsourcing. “Niemand kent er een exacte definitie voor.” Frederik doet een poging: “Crowdsourcing is het delegeren van taken aan een grote, ongedefinieerde groep mensen, vaak op internet. Het lijkt op outsourcing, maar het verschil zijn de medewerkers: dit is bij crowdsourcing geen groep vaste werknemers. De crowd komt met ideeën, of levert werk.
"De ontwikkeling van crowdsourcing is volgens Frederik ontzettend fascinerend. In zijn onderzoek – waarvoor hij een half jaar stage liep bij een Amerikaans bedrijf in Barcelona – liet hij teksten vertalen door een ongedefinieerde groep mensen in plaats van door ingehuurde vertalers. De teksten kwamen vrijwel foutloos terug, zegt Frederik. “Crowdsourcing is goedkoop en flexibel. Het heeft de toekomst, dat weet ik zeker.” Over een paar weken krijgt hij zijn masterdiploma.
Ben je een echte whizzkid?
“Ja en nee. Als kind en op de middelbare school was ik zo veel met computers bezig, dat Informatica studeren voor de hand lag. Maar tijdens mijn studie maakte ik ook kennis met een andere kant van werken met computers: de bedrijfsmatige. Gaandeweg werd ik gegrepen door het bedrijfsleven en stelde ik mezelf constant de vraag welke uitwerking een computersysteem op mensen en organisaties heeft. Welk systeem past bij dit bedrijf? Hoe kan een systeem bedrijfsprocessen slimmer maken? Die vragen vond ik veel interessanter dan urenlang puzzelen op een heel klein probleempje in de software. Vanwege die interesse in de menselijke en economische kant van technologie heb ik gekozen voor de Engelstalige onderzoeksmaster Business Informatics.”
Wat bracht je bij crowdsourcing?
“Het succesverhaal van een Canadese goudmijnexploitant was één van mijn inspiratiebronnen. De onderneming was zo gefrustreerd, omdat hun eigen geologen in de mijnen geen goud meer konden vinden, dat ze het publiek om hulp vroegen. Het bedrijf bood een miljoen dollar als iemand een plek kon aanwijzen waar nieuwe goudaders in de mijnen zaten. Het bedrijf zette alle geologische data online, en kreeg vervolgens van meer dan 1000 mensen uit meer dan 50 landen een reactie. Eén van die reacties leidde tot de vondst van een nieuwe ader. Door dit voorbeeld ben ik gaan nadenken over programma’s om crowdsourcing te faciliteren en standaardiseren.”

Wat heb je precies onderzocht?
“Ik heb mijn onderzoek gedaan bij CA Technologies, een ict-bedrijf uit de Verenigde Staten. Ik reisde af naar hun Europese onderzoeksafdeling in Barcelona en bedacht samen met collega’s in het bedrijf een crowdsourcing systeem voor vertalingen van teksten. Onze belangrijkste vraag was of we met dit systeem vertalingen zou krijgen als ware ze vertaald door beroepsvertalers. Kan een crowd kwalitatief goede teksten produceren?
“Zo’n 150 vertalers, native speakers en andere professionals werkten op freelancebasis samen via internet aan de teksten, die door middel van een crowdsourcingprogramma weer terug in de organisatie kwamen. Deze teksten heb ik vervolgens aan een grondige analyse onderworpen, om de kwaliteit van de vertaling te beoordelen.”
Project geslaagd?
“Ja, de resultaten waren boven verwachting goed. De fouten die in de teksten overbleven, hadden voornamelijk te maken met specifieke bedrijfstaal of jargon. Dat zijn zaken die mensen met weinig kennis van het bedrijf, simpelweg niet kunnen weten. Maar de grammaticale en semantische aspecten van de teksten waren prima in orde.
Het mooie is dat we niet precies weten wie aan de teksten heeft meegewerkt. In het onderzoek hebben we alleen gevraagd naar een gebruikersnaam en het opleidingsniveau. De kennis van een grote groep mensen blijkt dus verbluffend dicht bij de waarheid te liggen.”
Wordt het programma nog verder ontwikkeld?
“CA Technologies is het programma nu verder aan het uitwerken, daar ben ik best een beetje trots op. Uit onderzoek blijkt dat organisaties crowdsourcing nog voornamelijk gebruiken voor het outsourcen van problemen of taken die niet heel risicovol zijn voor het bedrijf. Voor mij als informaticus is het een uitdaging om een crowdsourceprogramma zo te bouwen dat bedrijven gewaagde vraagstukken wel de wereld in durven brengen. Crowdsourcing heeft zoveel voordelen, als problemen straks niet meer door vaste medewerkers worden opgelost, zijn er geen kantoren meer nodig!”
Hoe was je verblijf in Spanje?
"Dat was ontzettend leuk. Je kan daar fantastisch 's avonds terrasjes afgaan en je geniet natuurlijk van het lekkere weer. Ik merkte ook meteen de cultuurverschillen met Nederland. In Spanje is een half uur later op een afspraak komen bijvoorbeeld geen probleem! Eén en al feesten was het overigens ook niet: ik werkte voor een groot Amerikaans bedrijf en maakte uiteindelijk een bovengemiddelde werkweek.”
Hoe is het schrijven en onderzoeken je vergaan?
"Het onderzoek tijdens mijn verblijf in Barcelona was erg leuk en uitdagend. Maar er was in die periode weinig ruimte om mijn thesis te schrijven. Dat heb ik gedaan toen ik terug in Nederland was. In het begin liep dat schrijven niet zo heel snel. Dit veranderde nadat ik mijn experiment had afgerond en het allemaal een stuk vlotter liep. Die aandacht verdelen tussen je onderzoek en het schrijven zorgde wellicht voor een kleine writer’s block! Nu ben ik bezig met de laatste verbeteringen en hoop ik de laatste versie binnen twee à drie weken in te leveren.”
Wat ga je na je studie doen?
“Ik wil zo goed als zeker het bedrijfsleven in. Een functie als strategie consultant of IT-consultant lijkt me erg interessant. Het mooie van de master Business Information is dat ik de bedrijfsmatige en commerciële kant van ict goed heb leren kennen, en dat ik tegelijkertijd een grondige technische basis heb. Ik ben straks niet alleen maar een consultant die zomaar iets roept, maar ook de technische aspecten aan de achterkant kent. Dat lijkt me een grote meerwaarde.”