De thesis: studente brengt ode aan first ladies
Eleanor Roosevelt, Jacqueline Kennedy en Hillary Clinton. De bachelorthesis van Justine Feitsma is een ode geworden aan het werk en leven van deze first ladies. "Het frustreert mij dat first ladies nooit echt de erkenning hebben gekregen die ze verdienen."
Inmiddels volgt Justine Feitsma de master Politiek & Maatschappij in Utrecht, maar haar thesis over first ladies schreef ze ter afsluiting van haar opleiding aan het University College Roosevelt in Middelburg. En niet onverdienstelijk. Ze kreeg een A voor haar thesis, het hoogste cijfer in het Amerikaanse puntenstelsel.
“Het begon allemaal uit een interesse voor journalistiek en voor vrouwen in de geschiedenis. Ik had al een kleiner onderzoek gedaan naar Eleanor Roosevelt. Eleanor was in de periode dat haar man president was, van 1933 tot 1945, zeer controversieel voor een vrouw in die tijd. Ze was de eerste first lady die persconferenties gaf, en die columns schreef in kranten. Ze had zelfs haar eigen radioprogramma. In die periode is mijn interesse voor first ladies gegroeid, en besloot ik om mijn onderzoek uit te breiden met andere presidentsvrouwen en hun relatie tot de media.”
Tijdens het schrijven van haar thesis werd ze gegrepen door het onderwerp. “Mijn scriptiebegeleider moest elke keer lachen als ik weer eens totaal verliefd was op een first lady, vooral Eleanor Roosevelt. Die vrouw heeft fantastische dingen gedaan. Ze was een overtuigd mensenrechtenactiviste, en trad als eerste presidentsvrouw in de openbaarheid met haar uitgesproken meningen over rassenkwesties en burgerrechten.”
Wat fascineert je zo aan first ladies?
“De meeste mensen hebben er geen weet van, maar wat deze vrouwen gedaan hebben is echt waanzinnig. Van de ene kant waren ze puur voor de mooi, moesten als ‘de vrouw van’ charmant zijn en de ideale echtgenote uithangen. Maar aan de andere kant was hun invloed natuurlijk enorm. Moet je voorstellen: de president van het machtigste land van de wereld die elke avond naast je in bed kruipt, vertelt over zijn zorgen en politieke overwegingen en bouwt op jou als sparringpartner. Die dubbele rol boeit mij enorm. Het frustreert mij dat first ladies nooit echt de erkenning hebben gekregen die ze verdienen. Ik zou dat wel van de daken willen schreeuwen.”
Wat heb je precies onderzocht?
“Ik heb me in mijn thesis beperkt tot drie first ladies: Eleanor Roosevelt, Jacqueline Kennedy en Hillary Clinton. Van deze drie vrouwen heb ik bekeken in hoeverre zij in de openbaarheid traden, wat hun relatie was tot de pers en hoe hun invloed en reputatie hierdoor werden bepaald. Het liefst had ik alle first ladies van de twintigste eeuw geanalyseerd, maar dat was qua tijd en omvang van de thesis onmogelijk. Ik vond het verbijsterend om te ontdekken dat er nog maar weinig onderzoek is gedaan naar first ladies. Hun rol is – ook door historici – altijd vooral als symbolisch beschouwd.”
Wat is je belangrijkste conclusie?
“Mijn veronderstelling was aanvankelijk dat first ladies door de invloed van de opkomende massamedia steeds invloedrijker zijn geworden. Maar hier bleek weinig verband tussen te zitten. De manier waarop een first lady de media gebruikt, hangt vooral af van haar eigen achtergrond en karakter en die van haar man. De tijdsgeest, en de manier waarop men naar vrouwen keek, speelde natuurlijk ook een rol.
“Hoewel aan het begin van de twintigste eeuw de middelen veel beperkter waren dan bijvoorbeeld in de tijd van Hillary Clinton, vind ik dat Eleanor Roosevelt zichzelf het beste heeft gemanifesteerd. Op sommige momenten nam ze zelfs een ander standpunt in dan haar man. Op een bepaalde manier had zij ook haar tijd mee: zij was de eerste presidentsvrouw die zelf naar buiten trad. Er was nog geen code, ze kon zichzelf laten zien volgens haar eigen regels.”
Hoe heb je onderzoek gedaan?
“Ik heb heel veel primair bronmateriaal bestudeerd. Dagenlang heb ik geluisterd naar speeches, campagnevideo’s en radioprogramma’s van de first ladies. Ik heb hun columns en autobiografieën gelezen en me proberen in te leven in hun leven en standpunten. Ik had het gevoel dat ik de vrouwen echt leerde kennen, omdat ik beelden van ze zag en hun stemmen kon horen. Daarnaast heb ik ook veel secundaire bronnen gelezen: analyses en artikelen over de first ladies en hun relatie tot de media.”
Ben je tevreden met het resultaat?
“Tevreden ben ik eigenlijk nooit. Vooral het schrijven van de conclusie was vreselijk frustrerend, omdat ik mijn bevindingen moest samenvatten in een paar pagina’s. Inmiddels wist ik zoveel van het onderwerp, dat die conclusie afbreuk deed aan het complete plaatje dat ik in mijn hoofd had.
“Ook ben ik perfectionistisch wat betreft het schrijven. Ik houd van goed lopende teksten met een mooie retoriek. Soms ging ik zo op in dit schrijfproces, dat ik de hoofdgedachte uit het oog verloor en moeite had met structureren. Ik heb geleerd om grenzen te stellen en onderwerpen af te bakenen. Uiteindelijk is mijn thesis 71 pagina’s lang geworden. Best netjes toch?”
Hoe beviel het studeren aan het university college in Middelburg?
“Ik heb in Middelburg een hele mooie tijd gehad. Ik trof gelijkgestemden, studenten die ook veel interesses hebben en die hongerig zijn naar kennis. We discussieerden veel samen over allerlei maatschappelijke onderwerpen. Ook aan de docenten en de scriptiebegeleiding heb ik heel veel gehad.
“Ik koos voor de brede bachelor aan de Roosevelt Academy, omdat ik na de middelbare school geen studiekeuze kon maken. Ik vond heel veel dingen interessant: geschiedenis, klassieke talen, Engels. Ik was bang dat de keuze voor één vakgebied te weinig uitdaging bood. Het university college leek me een mooie en uitdagende basis, en dat klopte: ik heb drie jaar lang ontzettend hard gewerkt.
Hoe zie je je toekomst?
“Wat de toekomst na mijn master brengt: geen idee! Maar ik heb dromen genoeg: bij presidentscampagnes werken in de Verenigde Staten, bij de Verenigde Naties werken, lobbyen voor vrouwenrechten, misschien kom ik wel in de Nederlandse politiek terecht.”