'Leg de pers maar eens uit waar je onderzoek over gaat'

Jazeker, de dinosaurussen zijn uitgestorven aan de gevolgen van een meteorietinslag. En na dit nieuws - dat voor velen ook weer geen nieuws was - kwam UU-promovendus Johan Vellekoop groot in het nieuws. Want zijn onderzoek leverde het bewijs.

Het waren een paar frustrerende jaren voor UU-promovendus Johan Vellekoop. Al twee jaar leurden Vellekoop en zijn co-onderzoekers met het onderzoek, maar geen wetenschappelijke tijdschrift wilde het hebben. “Al die tijd zat ik op de data. Ik wilde het van de daken schreeuwen! Maar dat kon nog niet.”

Bij het Amerikaanse tijdschrift PNAS duurde het een hele tijd voor ze een reactie kregen. “Eerst was daar een redacteur spoorloos, later waren ze de reviewer die er naar zou kijken kwijt,” zegt Vellekoop. Toen dat opgelost was, hadden ze eindelijk beet. Zijn onderzoek werd gepubliceerd.

Geen zonlicht, geen eten
Het persbericht over de dinosaurussen en een meteorietinslag was nog niet uitgestuurd of de telefoon ging. De bellers kwamen uit China, Amerika en natuurlijk uit Nederland. Elke verslaggever had zo zijn eigen interesse, elk medium zijn eigen invalshoek.

“In China wilden ze weten wat de maatschappelijke relevantie was van de uitkomsten. Het onderzoek is gebaseerd op bodemmonsters uit Texas, dus Texaanse journalisten wilden vooral weten: waarom hier?”

Vellekoop en zijn mede-onderzoekers - paleoklimatologen van de UU, de VU in Amsterdam en het Koninklijk Nederlands Instituut voor Onderzoek der Zee waren op zoek naar bewijs voor de hypothese dat door de meteorietinslag en al het stof dat daarbij vrijkwam een zonsverduistering, en daarmee een sterke afkoeling onstond. Hiervoor onderzochten ze de bodemmonsters uit Texas. De meteoriet sloeg 66 miljoen jaar geleden in, in de zee waar nu Texas ligt. In de monsters vonden ze sedimenten die even oud waren als de meteorietinslag. Op basis van vetten van eencelligen die in de gesteenten bewaard waren gebleven, konden ze bepalen wat de toenmalige temperatuur van het zeewater was. Dat water bleek meteen na de inslag sterk afgekoeld te zijn. Die forse afkoeling was één van de oorzaken van het uitsterven van de dinosaurussen. Hun dood werd echter vooral veroorzaakt doordat de meteorietinslag een enorme hoeveelheid stof de atmosfeer in slingerde, die een tijdlang de zon verduisterde. Zonder licht sterft de helft van het leven op aarde. De dinosaurussen bijvoorbeeld hadden daardoor uiteindelijk niets meer te eten.

Verrassende vragen over vanzelfsprekendheden
Allemaal heel interessant, maar eencelligen, wat zijn dat eigenlijk? Het is een van de vragen waar journalisten Vellekoop mee verrasten. “Voor mij is zoiets zo vanzelfsprekend. Maar ja, het zijn geen dieren, geen planten, het zijn archaea, en wat zijn dat nou weer… Leg dat maar eens goed uit.”

Dingen die hij zelf als algemene kennis ziet, of die eigenlijk maar zijdelings met zijn onderzoek te maken hebben, moest hij in gesprekken met journalisten soms eerst uitleggen. Toch vond hij dat niet irritant. “Het was een uitdaging om steeds weer die stap terug te maken, het zo uit te leggen dat het voor een leek begrijpelijk is. Daar werd ik steeds beter in.”

Vragen over de maatschappelijke relevantie en toepasbaarheid van het onderzoek nú vond hij het minst leuk om te beantwoorden. Hij wilde vooral over het onderzoek zelf praten. “Ik doe onderzoek, omdat dat de maatschappij per definitie ten goede komt. Om onderzoek te kunnen doen dat meteen toepasbaar is, moet je eerst de fundamentele zaken onderzoeken.”

Aan de andere kant had hij er ook plezier in om meer persoonlijke vragen te beantwoorden. Want hoe is dat nou eigenlijk, dat moment dat je beseft wat voor ontdekking je in handen hebt? “Daar sta je nooit zo bij stil, het is leuk om daar eens bij na te denken. Eerst durf je het niet helemaal te geloven. Uit één monster bleek een beduidend lagere temperatuur, maar je hebt zekerheid nodig. Toen uit meerdere monsteres hetzelfde bleek, riep ik mijn collega's en één van de promotoren erbij. Yes, dacht ik, score!”

Dino's halen het nieuws, maar ander relevant onderzoek niet
Hoe fijn het ook was om na twee jaar wachten eindelijk iedereen te kunnen vertellen over zijn onderzoek, het gaf Vellekoop ook een dubbel gevoel. “Op de woorden ‘dinosaurussen’ en ‘meteorietinslag’ sloegen de media aan, en logisch ook. Maar er wordt door collega’s van mij zoveel relevant onderzoek gedaan dat níet die aandacht krijgt.”

En dat terwijl het in zijn vakgebied paleoklimatologie precies andersom is. Daar vinden ze zijn onderzoek best interessant, maar het bewijst iets wat eigenlijk al jarenlang werd aangenomen. Bovendien zijn ze veel meer geïnteresseerd in een ander tijdvak. “Vakgenoten willen bijvoorbeeld alles weten over een periode vijftien tot vijf miljoen jaar geleden, omdat het klimaat van toen heel veel lijkt op dat wat we nu hebben.”

Komende zomer rondt Vellekoop zijn promotieonderzoek af. Het lijkt er op dat er dan weer een mooie kans op zijn pad komt: hij is in gesprek met een professor van de universiteit Leuven waar hij misschien postdoc kan worden. Het artikel in PNAS en alle aandacht die daarop volgde zal hem zeker verder brengen, denkt hij. “Universiteiten en onderzoeksinstituten vinden het nu eenmaal fijn als je aandacht in de media hebt gehad.”

Hopelijk is hij straks postdoc, veel verder in de toekomst kijkt hij niet. “Je moet net de juiste kans krijgen, er moet een positie vrij komen en er moet geld zijn. Dit is een prachtige opstap, maar het blijft moeilijk een carrière in de wetenschap op te bouwen.”

Johan Vellekoop in Nederlandse media:
EenVandaag radio
De Volkskrant
Wetenschap 24

 

Advertentie