Lichte groei aantal vrouwelijke hoogleraren
Nederland slaat al jarenlang een modderfiguur als het gaat om de verhouding tussen mannen en vrouwen op hoogleraarsposten. Minister Jet Bussemaker besloot vorige week 5 miljoen uit te trekken om universiteiten te stimuleren de komende jaren 100 vrouwen extra als hoogleraar aan te nemen.
De vraag is of dit procentueel veel zoden aan de dijk zet. Volgens de gegevens van de Monitor Vrouwelijke Hoogleraren 2016 bekleedden eind 2015 het aantal hoogleraren 2611 voltijds banen (fte). Daarvan was 18 procent vrouw, wat neerkomt op 470 fte. Als je daar de 100 fte van Bussemaker bij optelt, levert dat een stijging van rond de 3 procent op.
Als je de grafiek bekijkt, zijn er wel verschillen per universiteit. Zo doen Leiden en Nijmegen het relatief goed. De technische universiteiten en de universiteit van Wageningen hadden tot voor kort een volgens het Landelijk Netwerk Vrouwelijke Hoogleraren een beschamend percentage van minder dan 10 procent. Maar bij deze universiteiten is duidelijke progressie zichtbaar. Vooral Wageningen maakte in één jaar een sprong van 4 procent en zit nu op 11,9 procent. Daar steekt de Erasmus Universiteit schril bij af. Het is de enige universiteit die onder de 10 procent blijft. Dat was ook de grote frustratie van de vrouwelijke collegevoorzitter Pauline van der Meer Mohr in een afscheidsinterview met Erasmus magazine: Ik dacht, als ik maar eenmaal de baas ben van deze organisatie, dan gaan we dat fiksen. Dat varkentje was je dus niet zomaar. Ik heb echt de weerbarstigheid van de materie moeten erkennen."
De Universiteit Utrecht heeft 21,1 procent vrouwelijke hoogleraren. Daarmee staat de universiteit op een vijfde plaats. Terugkijkend op de afgelopen jaren is er weinig vooruitgang in Utrecht. Cijfers van verschillende faculteiten zijn niet openbaar.
Dit jaar wil de universiteit extra aandacht besteden aan vrouwelijke hoogleraren in het kader van het Johanna Westerdijkjaar. Johanna Westerdijk werd in Utrecht benoemd tot hoogleraar en was daarmee de eerste vrouwelijke hoogleraar van Nederland. Naast symposia, een lunch met vrouwelijke hoogleraren en een portrettengalerij, zijn er in het Westerdijkjaar ook stimuleringsmaatregelen in de maak om meer vrouwelijke hoogleraren te werven. Een voorbeeld daarvan zijn de twee Westerdijk fellowships die de bètafaculteit heeft ingesteld. Jaarlijks worden hier twee vrouwen aangesteld met als doel de weg naar het hoogleraarschap bij de bèta’s te vergemakkelijken.