Docenten over hun onderwijs aan professionals
‘Cursisten komen iets halen én iets brengen’
Wat Edwin Buitelaar, hoogleraar Grond- & Vastgoedontwikkeling, betreft is de interactie met het werkveld een van de voornaamste redenen waarom hij graag onderwijs aan professionals geeft. In januari start hij alweer voor de derde keer de leergang Ruimtelijke ordening in een veranderend klimaat. “Bij dit soort cursussen komen cursisten niet alleen iets halen, maar ook iets brengen”, zegt hij. “Dat geldt ook voor mij. Het is een kennisuitwisseling; tussen mij en de cursisten en de cursisten onderling. Dat is ook onderdeel van het succes. De deelnemers zijn mensen in het midden van hun carrière op veelal strategische functies. We bespreken specifieke maatschappelijke problemen, waarmee we aan de slag willen. Dat brengt mensen uit verschillende werelden samen en laat ze met elkaar communiceren. En ook ik klapper nog weleens met mijn oren. Hoor dingen van cursisten, die ik nog niet wist.”
Rechtendocent Marc Veldt geeft de cursus Juridische communicatie van overheid naar burgers. Hij herkent dit. “Met onze training is het de bedoeling, dat cursisten hun praktijkervaring meenemen en de opgedane kennis direct op de werkvloer invullen via een project. Het is dus niet alleen een kwestie van kennis halen, maar ook van toepassen. Daarom is het belangrijk dat mensen uit verschillende werkvelden, zoals in ons geval bijvoorbeeld juristen of communicatiemedewerkers, de cursus volgen. Ze helpen elkaar en denken samen na over hoe ze iets in hun eigen organisatie kunnen doorvoeren. Het is in die zin dus geen pure schrijfcursus, maar ook een beleidsmatige. De praktijkervaring die cursisten meebrengen is dan noodzakelijk. Dat heb je in het initiële onderwijs minder. Reguliere studenten hebben geen of andere werkervaring.”
Links: Edwin Buitelaar
Ook al betaalt de baas, het zijn sponzen, ze absorberen alles en waarderen alles
Dat onderwijs voor professionals wezenlijk anders is dan voor studenten die initieel onderwijs volgen, lijkt een gegeven. “De intrinsieke motivatie van professionals is anders,” zegt Anne van Ewijk, universitair docent bij Economie. “Ik merk in mijn cursus Design thinking doorgronden en toepassen dat professionals voor zichzelf komen. Ook al betaalt de baas, het zijn sponzen, ze absorberen alles en waarderen alles. De ervaring die ze hebben, is goed voor het leerproces, maar ik vind het zelf ook leuk. Alle theorieën en modellen die je bespreekt, kun je meteen toepassen op iets waar de cursisten mee bezig zijn in hun werkveld. Daarnaast ben ik een generalist en vind ik het interessant om te leren van de praktijk. In mijn tijd voor de UU, toen ik werkte als consultant of lesgaf aan een universiteit in de Verenigde Emiraten, sprak me dat al aan.”
De verschillende achtergronden die cursisten meebrengen, vindt Van Ewijk een pluspunt. “Het instapniveau is altijd hbo, maar ik heb in mijn module deelnemers afkomstig uit zowel de private als publieke sector. Mensen van de brandweer, het ministerie van Defensie, uit de bankensector, de cultuursector, het onderwijs of de zorg. Het komt allemaal voorbij. Dat die achtergronden en expertises verschillen, is voor mij geen probleem. Het leereffect is juist heel groot, omdat ik niet de enige ‘docent’ ben. Zo kan de één bijvoorbeeld beter verbanden leggen en de ander goed interviewen. Is de één theoretisch en de ander actiegericht. Iedereen leert van elkaar. Het enige wat lastig kan zijn aan werken met professionals, is dat ze door hun ervaring lang van stof kunnen zijn. Je moet dus wel op tijd bijsturen”, lacht ze.
Je doet het als docent niet alleen. We geven de modules eigenlijk altijd samen met een paar collega’s
Voor alle drie de docenten maken de uren voor onderwijs voor professionals onderdeel uit van hun onderwijsformatie. Met modules die een keer per paar jaar worden gegeven en een doorlooptijd hebben van drie tot zes maanden, is dat volgens hen goed te doen. “Je doet het ook niet alleen”, zegt geowetenschapper Buitelaar. “We geven de modules eigenlijk altijd samen met een paar collega’s. Een keer in de zoveel weken neem je dan een dagdeel voor je rekening, meestal op een vrijdag. Met gemiddeld vijftien cursisten per module, betekent dat ongeveer tien contacturen per jaar. De ontwikkeling van een cursus neemt over het algemeen meer tijd in beslag. In mijn geval vroeg een collega me om mee te doen. Hij vond dat de thema’s die wij behandelen bij elkaar moesten komen. Dat vond ik een goed idee. Dat verliep vrij vlot, maar wij hebben misschien geluk gehad. Aangevoeld waar vraag naar is. Het gaat namelijk niet altijd goed. Het is investeren in iets met het risico dat het niet lukt.”
Veldt en Van Ewijk meldden zichzelf bij de directeur van hun faculteit die onderwijs voor professionals in zijn portefeuille heeft. “Vanwege een persoonlijke interesse”, zegt Veldt. “Ik heb een achtergrond in schrijfvaardigheid en daar wil ik meer mee doen. Ik had al een proefmodule, een soort pilot, gedraaid over schrijven in klare taal voor het honoursprogramma van Rechten. Ik dacht dat het ook wat kon zijn voor professionals.” Van Ewijk: “Ik had zelf een opleiding gedaan over design thinking en de lean-methode. Dat materiaal leek mij heel waardevol voor volwassenonderwijs. Ik hoefde niet veel tijd te besteden aan de ontwikkeling en had zelf al marktonderzoek gedaan. Daarbij vroeg ik me af wat de UU anders kon doen dan andere partijen op de markt. Hoe kon ik de cursus onderscheidend maken? Het antwoord was de link naar de wetenschappelijke literatuur.”
Want daar zit volgens Van Ewijk duidelijk de toegevoegde waarde van het volgen van een cursus bij de universiteit: de wetenschappelijke onderbouwing van de praktijk. “Via deze cursussen kan de UU nieuwe wetenschappelijke inzichten delen”, vindt ze. “Dat is onderdeel van de impact die de UU kan maken. Iets publiceren in een wetenschappelijk tijdschrift, dat lezen de mensen in de praktijk niet. En als het vertaald wordt naar de media, verdwijnt soms de nuance. Juist in het onderwijs voor professionals kun je die nuance aan de praktijk linken. Ik vind dat een manier van wetenschapscommunicatie.”
Ons onderwijs voor professionals is een handreiking naar de maatschappij. Laten zien wat we doen en hoe dat aansluit op de praktijk
Volgens Buitelaar zijn onderdelen van de Universiteit Utrecht misschien wat laat wakker geworden, maar staat het onderwijs voor professionals nu hoog op de agenda. “Je moet als universiteit een rol spelen in een leven lang leren. Niet in de laatste plaats omdat het een handreiking is naar de maatschappij. We laten zien wat we doen en hoe dat aansluit op de praktijk. De meerwaarde zit ‘m niet in een kant en klaar receptenboekje, maar in leren nadenken over grote, maar heel concrete vraagstukken.”
De UU staat niet heel bekend als grootleverancier van onderwijs voor professionals, denkt van Ewijk. De toegevoegde waarde van een cursus op universitair niveau is niet voor iedereen vanzelfsprekend. Volgens Van Ewijk is daar nog werk aan de winkel. “Universiteiten maken over het algemeen geen gebruik van een professioneel marketingteam. Ze zien het als een morele taak om onderwijs voor professionals aan te bieden, maar lijken het vooral niet actief te willen verkopen”, lacht ze. “Ze vinden het misschien niet ethisch en als het een succes wordt, is het bovendien nog best lastig te regelen. Daarnaast promoten de meeste docenten, hoe welwillend ook, de cursussen via hun eigen netwerk op LinkedIn, maar blijft het daarbij. Ze vinden het heel leuk om hun expertise over te brengen, maar netwerken? Nee, dat liever niet. Wat dat betreft, is er dus nog een wereld te winnen.”
Links: Hanne ten Berge
Training voor docenten: ‘Als docent moet je zien waar de vragen van cursisten zitten’
Sinds 2018 kunnen docenten van de UU een training volgen waarin Hanne ten Berge en haar collega’s van Onderwijsadvies & Training antwoord geven op verschillende vragen. Hoe begeleid je een groep professionals? Wat heeft een groep nodig? Wat doe je als docent anders? Ten Berge is sinds 2002 onderwijskundig adviseur en docenttrainer aan de Universiteit Utrecht. Ze stond aan de basis van de training over didactiek voor onderwijs voor professionals.
“De meeste docenten die lesgeven aan professionals geven al jaren les in het initiële universitair onderwijs. Ze hebben dus ervaring. Toch moet je als docent over een aantal zaken nadenken. Het feit dat professionals kennis en ervaring hebben, maakt van hen namelijk een andere doelgroep. Naast wat jij als docent te melden hebt, zullen ook de cursisten wat te vertellen hebben. Die waardevolle kennis en ervaring in de groep wil je gebruiken.
“Daarnaast moet je als docent een connectie maken met de specifieke werkpraktijk. Deze mensen nemen niet voor niets deel aan deze cursus. Ze willen wat ze leren meteen kunnen inzetten. Je wilt cursisten de mogelijkheid bieden om vraagstukken in te brengen en de kennis die ze vergaren te laten toepassen in hun werksituatie. Je moet als docent dus zien waar de vragen zitten. Daarbij is afstemming nodig en dat kan betekenen dat je het onderwijsaanbod samen ontwikkelt met het werkveld.
“Een veilige leeromgeving is daarbij belangrijk. Deze groep realiseert zich gaandeweg misschien dat het dingen anders moet doen. Als docent moet je dat in goede banen leiden. Soms willen mensen te veel alleen vertellen wat ze weten. Stevige mensen met status in hun organisatie. Kun je deze mensen kritisch naar zichzelf laten kijken? Kun je ze laten meebewegen? Ook daar moet je als docent op in kunnen spelen. En voor docenten die daar wel wat hulp bij kunnen gebruiken, zijn wij er.”
In samenwerking met het programma Onderwijs voor Professionals van de Universiteit Utrecht heeft DUB het themamagazine Lang zullen we leren! gemaakt, dat in verschillende gebouwen te vinden is. Het magazine gaat in november ook mee met Illuster, het blad van alumni. Alle verhalen uit het magazine staan ook online en de komende twee maanden zullen we een aantal van deze verhalen uitlichten op onze website. Ook zullen er de komende weken nog een paar extra verhalen over onderwijs voor professionals uitsluitend online worden gepubliceerd. Alle verhalen zijn via deze link te vinden.
Reacties
We stellen prijs op relevante en respectvolle reacties. Reageren op DUB kan door in te loggen op de site. Dat kan door een DUB-account aan te maken of met je Solis-ID. Reacties die niet voldoen aan onze spelregels worden verwijderd. Lees eerst ons reactiebeleid voordat u reageert.