De financiële drempels voor studenten op weg naar Cambridge
Studeren aan een prestigieuze universiteit: het was het soort avontuur waarvan ik altijd had gedroomd en tegelijkertijd nooit van had durven dromen. De blijdschap was daarom groot toen ik kort na mijn aanmelding een bericht ontving dat ik voorwaardelijk was toegelaten tot de master Criminological Research aan Cambridge University. Een programma van 12 maanden.
De meeste voorwaarden waren vrij simpel: diploma insturen, een taaltoets afleggen, en mijn paspoort inscannen. Uiteindelijk bleef er één voorwaarde over. Voordat ik met de studie mag beginnen, moet ik aantonen dat ik het kan betalen. De kosten van een éénjarig programma: meer dan 42.500 pond. Omgerekend een bedrag van bijna 50.000 euro. Toen begon de zoektocht naar studiebeurzen in het post-Brexit-corona-tijdperk.
Een master in Engeland, wat kost dat?
Vóór de Brexit studeerden Nederlandse studenten in het VK tegen hetzelfde tarief als Britse studenten, het zogenaamde home fee. Dat bedraagt maximaal 9.250 pond bedraagt. Dat was dus al ongeveer vijf keer het Nederlandse collegegeld, maar door de Brexit gaan de meeste Nederlandse studenten nu het overseas fee betalen. Dat kan oplopen tot bijna 60.000 pond voor masters in (dier)geneeskunde, maar ligt voor de meeste programma’s tussen de 20.000 en 30.000 pond. Bovendien mogen EU-studenten sinds de Brexit ook geen studielening meer afsluiten in het VK.
Er is overigens wel een uitzondering op de regel. Studenten uit de EU die reeds in het Verenigd Koninkrijk studeren of vóór 31 juli aan een studie beginnen, behouden het recht op het verlaagde collegegeld.
Voor mijn master die 12 maanden duurt, moet ik dus naast het collegegeld van bijna 30.500 euro ook nog in mijn levensonderhoud voorzien. London, Oxford en Cambridge spannen de kroon met een maandelijkse kostenpost van ongeveer 1.600 euro, terwijl dat in andere regio’s rond de 1.000 euro per maand ligt. En er zijn ook nog extra kosten zoals het aanschaffen van een visum (grofweg 400 euro), reiskosten, en andere administratiekosten. Afijn: een jaartje leven en studeren aan Cambridge gaat zo’n 50.000 euro kosten. Hoe kom ik aan dat geld?
Gratis geld en lenen
Uiteraard kan Ome Duo een duit in het zakje doen: Nederlandse studenten mogen ook lenen voor een studie in het buitenland. Een maximale studielening van DUO bedraagt – inclusief het maximale collegegeldkrediet – zo’n 20.000 euro per jaar. Dit komt dan wel bovenop de gemiddelde studieschuld van 13.700 euro.
Een beurs kan uitkomst bieden. Wie even op internet zoekt, ziet dat er veel keuze is, uiteenlopend van vrij algemene toeslagen tot programma’s met heel specifieke eisen. Zo is daar het VSB-Fonds (maximaal 7000 euro), de Fundatie van de Vrijevrouwe van Renswoude (maximaal 4000), de Schuurman-Schimmel Van Outerenstichting (maximaal 4500 euro), en het Mullerfonds (maximaal 3000 euro). Ook zijn er renteloze leningen te krijgen, zoals verstrekt door het Vreedefonds. Dat zijn trouwens de meest standaard opties, maar er zijn ook talloze vreemde nichebeurzen: het Catharina Halkes Fonds (alleen voor onderzoek in de feministische theologie), de NIA studiebeurs (voor onderzoek gerelateerd aan Griekenland) of de Dr. L.A. Buma Stichting (alleen voor studenten met Friese voorouders).
Toch is zo’n beurs niet zomaar bemachtigd; er gaat een selectie aan vooraf die meestal bestaat uit een motivatiebrief, begroting, aanbevelingen en cijferlijst. Soms moeten je plannen ook aansluiten bij de doelstelling van het fonds. Zo is het VSB-Fonds op zoek naar studenten die maatschappelijk betrokken zijn, dus daarbij zijn activiteiten zoals vrijwilligerswerk extra belangrijk. Je moet eigenlijk het complete plaatje zijn: én goede cijfers hebben én nog een boel extra activiteiten hebben je cv hebben staan.
Wie geluk heeft, heeft ook wat spaargeld om mee naar het VK te nemen. Maar de meerderheid van de twintigers heeft minder dan 3000 euro op zijn spaarrekening, dus voor het restant ben je aangewezen op andere bronnen: een bijdrage van je ouders of sponsoring van je toekomstige universiteit of een externe partij. Op Cambridge sponsoren Bill en Melinda Gates bijvoorbeeld jaarlijks een handjevol studenten (0,6 procent van de aanmeldingen krijgt een beurs), en er zijn nog andere beurzen – met name voor minderbedeelde studenten uit ontwikkelingslanden. Als Nederlandse student delf je daar dus al gauw het onderspit.
Is dat het waard?
20.000 euro extra studieschuld incasseren, je binden aan (renteloze) leningen, terwijl je volgend jaar voor een habbekrats in Nederland studeert. Je kunt je afvragen: is dat het waard? Zeker dit jaar spelen er nog veel zaken mee: zal er online worden lesgegeven? Wat als er weer een nieuwe coronagolf komt? Zullen de kosten volgend jaar weer stijgen, of zal er toch een tegenbeweging ontstaan?
Ik heb besloten om mijn keuze om naar Cambridge te gaan, te laten afhangen van de uitslagen van de studiebeurzen. Na vijf fondsen aangeschreven te hebben, heb ik nu bijna 14.000 euro bij elkaar. Dat is een mooi begin, maar nog niet eens de helft. Ik schat mijn kansen op nog meer beursgeld goed in; ik studeerde af met honours en heb een mooie rits aan extra-curriculaire activiteiten op mijn CV. Maar toch: de concurrentie heeft dat waarschijnlijk ook.
Maar sommige studenten stellen hun studiejaar in de VK nog even uit. De 22-jarige Livian van University College Utrecht bijvoorbeeld. Hij overweegt om, ondanks zijn toelating tot de master Management aan Cambridge, de gok dit jaar nog niet te wagen. “Het sociale leven op Cambridge is zo’n groot onderdeel van de ervaring, dat zou ik niet willen missen. Dan probeer ik het liever een jaar later nog eens zodat ik zeker weet dat ik de full experience heb. Voor dat immense bedrag wil je toch zo veel mogelijk waar voor je geld. Toch weet ik zeker dat het een investering is die zich later zal uitbetalen; Cambridge opent zo veel deuren voor je.”
En zo is het plan om te studeren in het Verenigd Koninkrijk voor Nederlandse studenten op losse schroeven komen te staan, en bovendien een droom die voor velen onbereikbaar is geworden door de hoge kosten – en niet alleen als het gaat om Oxford en Cambridge. Hard werken heeft me tot op de stoep bij Cambridge gebracht, maar of het me ook daadwerkelijk zal lukken om het geld bij elkaar te schrapen, zal nog moeten blijken. Het is een lange weg naar Cambridge.
Een volledige studie in het Verenigd Koninkrijk wordt dus een dure grap. Dan maar een semester op uitwisseling? Helaas, ook het Erasmusprogramma gaat op de schop. Daar waar studenten voorheen aan Engelse universiteiten een uitwisseling konden volgen tegen betaling van het collegegeld aan hun thuisuniversiteit én met een maandelijkse beurs van 360 euro, is dat nu allemaal uiterst onzeker. Het Verenigd Koninkrijk trekt zich terug uit het samenwerkingsverband, en zet in plaats daarvan het Turing Programme op waarmee Britse studenten op uitwisseling kunnen.
Student Sociale Geografie en Planologie Eric (23) was van plan om in het najaar op uitwisseling te gaan naar Leeds, maar heeft zich toch bedacht. “Ik zou eigenlijk al in september 2020 gaan, maar dat is toen een jaar verplaatst vanwege corona. Maar onder de huidige omstandigheden heb ik er eigenlijk niet zo veel zin in; als ik zo veel geld betaal, wil ik gewoon normaal alles kunnen doen, zonder enige beperkingen. Daarom heb ik besloten om volgend semester een stage te gaan doen, en dan te bekijken of het in het voorjaar misschien wel kan. Of dat dan met of zonder Erasmusbeurs zal zijn, is nog onzeker. Misschien kies ik wel een andere bestemming.”