UU-student in Istanbul doet verslag

‘Sinds de beving is het wegtikken van de tijd niet alledaags meer’

Turkije gemeentehuis Istanbul Mert Can Aktay
Irem ging naar het gemeentehuis in Istanbul om te helpen bij het inpakken van hulpgoederen. Foto Mert Can Aktay

Het is discutabel om van geluk te spreken wanneer je bent omringd door zoveel ellende. Desondanks ben ik dankbaar dat de steden Mersin en Tarsus waar mijn familie vandaan komt, niet geraakt zijn door de aardbevingen. Ze liggen net naast het getroffen gebied. Zelf zit ik in Istanbul en zit ik sinds het horen van het catastrofale nieuws in een waas van onmacht. Net als de mensen in de rest van Turkije en Syrië. Ik hoor, zie en voel aan alles dat het leven stil staat. Er telt nog maar één ding: de gevolgen van de aardbeving. De eerste beving gebeurde vorige week maandag vroeg in de ochtend rond vier uur en negen uur later maakte een tweede beving af wat de eerste niet was gelukt te vernietigen. Eindstand: een totaal beschadigde regio wat lijkt op een oorlogsgebied.

Niemand heeft de behoefte om diens winkel te openen. Ze zitten allemaal thuis gekluisterd aan de televisie, kijkend naarhet nieuws.

Sinds de eerste beving is het wegtikken van de tijd niet langer een alledaags iets, maar het enige wat nog telt. De klokslagen vallen als keiharde klappen op ons neer. Elke minuut doet ertoe want hoe meer tijd verstrijkt hoe kleiner de kans is om overlevenden te vinden onder het puin. Aan die wetenschap moeten wij ons allemaal overgeven. In de dagen erna vertaalt mijn onmacht zich ernaar dat ik in beweging moet blijven. Ik loop mijn huis uit en begin als een zombie door de straten en wijken van Istanbul te lopen op zoek naar een doel en betekenisgeving. De huizen in mijn wijk staan overeind maar dat had heel anders kunnen zijn. Een aantal maanden geleden voelden we in Istanbul een aardbeving die gelukkig niet zo heftig was.

Ik loop mijn gebruikelijke weg de heuvel op in de richting van de universiteitscampus. Normaliter heb ik een vast riedeltje van mensen die ik kort spreek of gedag zwaai wanneer ik de kleine kilometer richting de campus loop. Deze keer zie ik niemand en zijn de straten veel rustiger dan normaal. Ik vermoed dat niemand de behoefte heeft om diens winkel te openen. Ze zitten allemaal thuis gekluisterd aan de televisie, kijkend naar het nieuws.

Als ik eenmaal op de campus aankom, is het griezelig rustig . Zelfs de honden en katten zijn minder aanwezig dan normaal. Ik eet mijn lunch in de mensa en ga daarna in het atelier zitten om te schrijven. Schrijven lukt niet. De tijd en ik beginnen ruzie te krijgen, de klok blijft maar tikken en ik blijf ontredderd achter. 

Er worden continu berichten gedeeld van mensen die onder het puin zitten. Via sociale media schreeuwt iedereen om hulp die maar niet komt.

Aangezien de universiteit uitgestorven is en ik mijn vrienden op de universiteit nog niet heb gezien besluit ik degene te bellen die nog in Istanbul zijn. De aardbeving gebeurde tijdens de wintervakantie waardoor veel studenten bij hun familie zijn. Mijn vrienden zijn droevig en ik merk aan ze dat zij ook niet weten wat ze met zichzelf aan moeten. Ze besluiten thuis te blijven in hun eigen afgestompte staat.

Hoe rustig de universiteit ook is, het is een drukte van jewelste in alle universiteitsgroepschats waar ik in zit. Er worden continu berichten gedeeld van mensen die onder het puin zitten. Via sociale media schreeuwt iedereen om hulp die maar niet komt. Het is dystopisch dat ik precies kan zien op Google Maps in welke straten mensen hun leven niet meer zeker zijn.

De dagen die volgen blijf ik als een bezetene rondlopen en vind ik uiteindelijk twee dagen wat rust door bij het gemeentehuis te helpen met het inpakken van dozen voor de slachtoffers. Ik ben niet de enige met dat idee. Allemaal mensen uit de stad zijn gekomen om te helpen. Samen zijn we de aardbeving aan het verwerken. Dit is een collectieve pijn. Op het eind van de dag bieden taxichauffeurs aan mensen zonder kosten naar huis te rijden. Ondanks dat er geen systeem is om de dozen in te pakken en het er een chaos is, vermoed ik hier dat wij naast het helpen er voornamelijk zijn om ons niet alleen te voelen en een gevoel van gemeenschap te vinden. Het dozen inpakken heeft een sociale functie: we proberen er voor jullie te zijn.

Mijn vriendin is woedend op haar tante die niet weg wil uit haar verwoeste dorp waar 60 van haar dorpsgenoten zijn overleden.

honden turkije

Mijn vriendin stuurt foto's. Haar tante wilde niet zonder haar honden het rampgebied verlaten

De eerste drie dagen lang houd ik half contact met een vriendin waarvan haar familie hard is geraakt door de aardbeving. Ik laat elke dag kort wat horen zodat ze weet dat ik er ben zodra ze klaar is om contact op te nemen. Na drie dagen belt ze mij op en begint een anderhalf uur durend gesprek van pure frustratie en blijdschap dat we elkaar kunnen spreken. Enfin, ze is woedend op haar tante die niet weg wil uit haar verwoeste dorp. Zestig van haar dorpsgenoten zijn overleden en zij is samen met een paar anderen een van de enigen die het hebben overleefd.

“Ze weigert weg te gaan. Eerst waren het haar twee honden, ze wilden niet zonder hen weg gaan. Toen hebben we geregeld dat ze mee konden. Daarna wilde ze haar huis niet achterlaten uit angst voor dieven. Wat the fuck moeten dieven daar dan gaan stelen? Er is niks meer! Nu ze niks meer te zeggen heeft, zit ze tussen de bouwvallen thee te drinken en stuurt ze foto’s naar mij dat ze thee drinkt. Ik heb alles geprobeerd, maar ze vertikt het! Ik heb gedreigd dat ik haar daar persoonlijk kom ophalen maar dat kan ook niet. Dat  is typisch voor oude mensen. Die willen altijd blijven. “Irem, ze kan doodgaan.” “Ja, dat weet ik, het is bizar.” Op het moment van schrijven is haar tante inmiddels naar een veilige plek gebracht. Haar tante was niet de enige oudere persoon die niet weg wilden gaan. Het blijft toch je huis. Maar het neemt niet weg dat haar situatie erg penibel was, de eerste 24 uur na de beving is niemand komen helpen en zijn zij daar aan hun lot overgelaten.

Mijn vriendin deelt ook nog dat ze zich schuldig voelt omdat ze alleen denkt aan haar eigen familie. Ik probeer haar gerust te stellen door te zeggen dat als iedereen aan één iemand denkt, dan denkt iedereen aan iedereen. Maar terwijl ik dat zeg weet ik dat het niet zo werkt. Wie dacht aan deze mensen voor de aardbeving toen er veilige huizen voor hen gebouwd moest worden? Niemand. Bovendien is dit een van de meest  economisch en bestuurlijk verwaarloosde regio’s in Turkije. Daarbovenop denkt al helemaal niemand aan Noord-Syrië. Dankzij de burgeroorlog, de inmenging van Assad en het niet adequaat optreden van de VN zijn daar amper hulpkonvooien aangekomen. Ze zijn massaal in de steek gelaten. 

Iedereen die ik spreek, inclusief ikzelf, voelt zich schuldig.

Na drie dagen rondlopen houd ik het voor gezien en stort ik met mijn katten neer op de bank. Ik begin onophoudelijk te huilen en de tranen stromen over mijn wangen terwijl zij zich voegen bij de rest van de Turks, Koerdische en Syrische tranen. Een ramp  als deze kent vele facetten waaronder schuldgevoel bij mensen bij wie niks is gebeurd. Iedereen die ik spreek, inclusief ikzelf, voelt zich schuldig. Ik moet denken aan wat mijn muziekdocente tegen mij zei: “Ik ben begonnen met huilen voor alle mensen daar, als wij dat niet eens kunnen, zijn wij dan wel mensen?”

Nu de meest kritische dagen om het vinden van overlevenden achter de rug zijn begint iedereen weer langzaamaan diens leven op te pakken. We beginnen te ontwaken van het verlammende verdriet en onze initiële shock. De verslagenheid begint zich plaats te maken voor woede. We zijn boos, heel boos. Op maandag 7 februari zijn we niet alleen getroffen door een natuurramp maar hebben de actieve breuklijnen ook de kwaadaardigheid van de corruptie in de bouw van de afgelopen twintig jaar blootgelegd. Men heeft zich tijdens het bouwen van huizen en appartementen niet gehouden aan de veiligheidsvoorschriften waarvan het resultaat nu pijnlijk duidelijk is geworden. Al deze huizen waren niet ingestort als ze veilig gebouwd waren. Dat is te bewijzen omdat in de Zuid-Turkse stad Erzin nul slachtoffers zijn gevallen dankzij het strenge bouwbeleid van de burgemeester. En dat weten de mensen die hiervoor verantwoordelijk zijn ook want de een na de ander probeert het land uit te vluchten, inmiddels zijn er al meerdere aannemers (en andere betrokkenen) opgepakt en dat zal alleen maar toenemen.

De realisatie dat hetzelfde lot voor Istanbul kan gelden is des te angstaanjagender. Hoeveel doden zullen hier vallen wanneer een aardbeving komt? En die zal komen, dat weten wij allemaal. De AKP, de politieke partij van president Erdogan, is mede aan de macht gekomen door de falende reactie op de aardbeving van 1999 door de heersende regering destijds.

Sinds maandag heeft Erdogan zeven dagen van nationale rouw uitgeroepen maar deze rouw zal na zeven dagen niet over zijn en stopt niet bij de Turks-Syrische landsgrenzen.

Hopelijk zullen we in mei zien dat Erdogan en zijn gevolg de aankomende verkiezingen in mei hetzelfde lot te wachten staat. Toch kan je niet spreken van een politieke winst in een dergelijk geval. Daarvoor hebben we van te veel mensen definitief afscheid moeten nemen. Bovendien maakt het in Turkije blijkbaar niet uit wie aan de macht is. Toen én nu is er geen sprake van behoorlijk bestuur. Terwijl de lessen die elke aardbeving ons leert tamelijk simpel en hetzelfde zijn: bouw veilig en bereid adequaat voor. Helaas blijken machthebbers hardleers wanneer er geld in het spel is. Mensen hebben veel geld betaald voor hun eigen begraafplaats. Hier is geen sprake van een natuurramp maar van moord.

Sinds maandag heeft Erdogan zeven dagen van nationale rouw uitgeroepen maar deze rouw zal na zeven dagen niet over zijn en stopt niet bij de Turks-Syrische landsgrenzen. Het strekt zich uit over de rest van de wereld die online en via het nieuws, net als de meeste van ons, deelgenoot zijn van een ramp waarvan de proporties veel en veel te groot zijn voor wat in feite is gebeurt. Dat hebben al die mensen niet verdiend. Aan hen waarvan we helaas afscheid moeten nemen rest mij nog maar een ding te zeggen: Allah rahmet eylesin, nur icinde yatsinlar ve mekanlari cennet olsun. (Moge God hen genadig zijn, mogen zij rusten in vrede en mogen hun plaatsen in de hemel zijn.)

giro555 banner

Advertentie