Student met beperking is voor hulp afhankelijk van goodwill faculteiten
Aan de Universiteit Utrecht heeft één op de tien studenten een functiebeperking. Het is een overkoepelende term voor dertig ‘groepen beperkingen’. Hieronder vallen niet alleen studenten met een fysieke beperking, maar ook ADHD, obesitas, depressie en allerlei vormen van dyslexie. Wanneer deze studenten hulp willen van de universiteit, kunnen ze daar om vragen bij de studieadviseur van hun opleiding.
Richard Horenberg onderzocht in 2017 samen met Marieke ter Hoeven die nu de master Neuroscience & Cognition volgt, hoe studenten met een functiebeperking het universitaire beleid vinden. Daarvoor ondervroegen ze 330 ervaringsdeskundigen en vroegen aan hen de UU een cijfer tussen de 1 en de 10 te geven. Met vijftien is een één op één interview gehouden om meer te weten te komen over de obstakels die zij ervaren binnen de universiteit.
De studenten gaven de UU een 6,8. Dat was voornamelijk te danken vanwege de begripvolle docenten. De score was net hoger dan de universiteit kreeg tijdens de Nationale Studenten Enquête (NSE) van 2017. Bachelorstudenten gaven de UU toen een 6,29, masterstudenten een 6. “Het is wel een voldoende, maar in vergelijking met andere universiteiten doen we het niet goed”, zegt afdelingshoofd studentbegeleiding Marieke de Bakker die het onderzoek van Richard en Marieke begeleidde. “Zeker niet bij de masters waar we op plaats 11 van de 13 eindigden.”
Het verzoek van Richard en Marieke om het onderzoek uit te voeren, kwam net na de uitslag van de NSE dus op een goed moment, zegt De Bakker. Belangrijker dan de ranking van universiteiten vindt zij dat studenten met een functiebeperking zich net zo welkom aan de universiteit moeten voelen als ieder ander. “In het kader van diversiteit en inclusie is het belangrijk dat iedereen zich bij ons thuis voelt.”
Betere voorlichting
Op vier punten kan de universiteit het volgens de ondervraagden beter doen. Zo kan de voorlichting omtrent studeren met een beperking aan de UU beter, kan de universiteit de studenten met een beperking zelf actiever benaderen, is meer aandacht nodig voor deskundigheidsbevordering van medewerkers en moeten de zogeheten contractafspraken waarin staat waar de student allemaal recht op heeft, verbeteren. Aan al deze punten wordt nu gewerkt, zegt De Bakker, hoewel het ene punt meer tijd kost om te verbeteren dan het andere.
Zo is de voorlichting aan nieuwe studenten al een beetje verbeterd. Dit dankzij het Platform Onbeperkt Studeren dat genomineerd is voor de Toegankelijkheidsprijs Utrecht waarvan de uitslag vandaag wordt verwacht (update). Het platform bestaat uit studenten met een functiebeperking en is opgericht op initiatief van Richard Horenberg. Hij heeft met met een eigen kraam van het platform op de bachelor- en master voorlichtingsdag gestaan.
“Punt is dat je als student met een beperking zelf verantwoordelijk bent om hulp te vragen als hulp gewenst is”, zegt Richard. “Op de inschrijfformulieren van de UU wordt bijvoorbeeld niet gevraagd of je een functiebeperking hebt. Je moet zelf actie ondernemen en contact zoeken met een studieadviseur. Het is fijn als studiekiezers hier al informatie over kunnen vinden op het moment dat ze zich aan het oriënteren zijn op een studie en universiteit.”
Afspraken zijn niet overal dezelfde
Maar als ze dan hier studeren, moeten studenten met een beperking rekening houden dat ze tijdens hun studie toch nog extra aan de bel moeten trekken. “Het meest schokkende resultaat van ons onderzoek is dat elke faculteit anders omgaat met studenten met een beperking. Sommige van de door ons ondervraagde studenten hadden weinig slechte verhalen, terwijl anderen in tranen waren omdat ze tegen grote obstakels aanliepen.”
Het gaat hier om de contractafspraken waarin wordt vastgelegd welke voorzieningen de student met een beperking krijgt. Richard: “Deze studenten kunnen bij een studieadviseur een beroep doen op voorzieningen of ondersteuning. Zo kunnen bijvoorbeeld studenten met dyslexie extra tijd krijgen voor een tentamen en iemand die studievertraging oploopt door zijn of haar functiebeperking extra financiële steun.”
Elke faculteit regelt deze voorzieningen op haar eigen manier, zegt Richard. “Een student met ADHD kan regelen om een tentamen in een kleinere, aparte zaal te maken om zo min mogelijk afgeleid te worden. Bij de ene faculteit is dit geen probleem, bij een andere faculteit blijkt dit een onmogelijke opgave. Dat is vreemd.”
Verschillen opheffen
Studenten die een vak of een minor bij een andere faculteit gaan volgen, moeten soms opnieuw naar de studieadviseur om contractafspraken te maken. “Dat terwijl je in het studentenbestand van Osiris kunt opnemen welke student recht heeft op welke voorzieningen. Je gaat op de naam van de student staan waarna een veld uitklapt. Hierin staat dan niet welke beperking de student heeft, maar wel op welke extra voorzieningen hij een beroep mag doen zoals bijvoorbeeld het maken van een tentamen in een kleine zaal. Niet elke faculteit voert die gegevens in waardoor een student met een beperking dan vaak zelf bij de docent aan de bel moet trekken om de voorziening geregeld te krijgen. Een ander verschil is ook dat bij sommige faculteiten de docent alles zelf moet regelen voor de student waarvoor bij andere faculteiten het onderwijssecretariaat ondersteuning biedt.”
Het Platform Onbeperkt Studeren maakt zich ook hard voor het vernieuwen van dit beleid. “Er moeten afspraken komen die voor de hele universiteit gaan gelden en die minder ruimte laten voor interpretatie van de faculteiten. Daarmee hef je de verschillen op tussen opleidingen en is het voor studenten duidelijk waar ze zich op kunnen beroepen.”
Het huidige beleid stamt nog uit 2006 en is inderdaad toe aan een update, bevestigt Marieke de Bakker. “Maar het is een heel ingewikkeld onderwerp en logistiek lastig. Samen met een werkgroep van studieadviseurs en het Platform Onbeperkt Studeren hebben we het onderzoek opgezet en naar de resultaten gekeken. Daar zijn drie onderwerpen uitgekomen waar we aan gaan werken. En het ene onderwerp is gemakkelijker dan het andere.”
Docenten, tutoren, gebouwen
Het makkelijkst is het verbeteren van de voorlichting en het bieden van een warm welkom. Dit is deels al opgepakt door het Platform Onbeperkt Studeren. De UU gaat een nieuwe brochure maken.
De begeleiding van studenten en het bevorderen van de deskundigheid is al wat moeilijker. Het gaat, zegt De Bakker, voornamelijk om docenten en tutoren. In sommige faculteiten moet de docent bijvoorbeeld de aparte ruimte regelen of zorgen dat de tentamenruimte een half uur langer gereserveerd is voor studenten die extra tentamentijd hebben. “In weer andere faculteiten doet bijvoorbeeld het onderwijssecretariaat dit. De Bètafaculteit heeft dit goed geregeld en we willen aanmoedigen dat andere faculteiten het ook zo gaan organiseren.”
Deze maatregelen sluiten aan bij het verbeteren van de intake en de voorzieningen. Dit gaat niet alleen om bijvoorbeeld het aanpassen van gebouwen. “Dat is wel één van de prioriteiten van Vastgoed & Campus”, zegt De Bakker. Ook bij nieuwbouw wordt nog nadrukkelijker gekeken of een pand wel toegankelijk is. Richard: “Uit ons onderzoek blijkt bijvoorbeeld dat de lift in het spiksplinternieuwe Koningsbergergebouw alleen te bereiken is via een zware branddeur die met de hand geopend moet worden. Iemand in een rolstoel krijgt die deur niet of nauwelijks open.”
Vervolgonderzoek
Om te zorgen dat alle studenten met eenzelfde studiebeperking bij alle opleidingen dezelfde voorziening krijgen, moeten over de contractafspraken gezamenlijke afspraken komen. “En dat is een logistiek moeilijke opgave omdat die samenhangen met het onderwijs dat decentraal is geregeld. Bij de ene faculteit kan een grote tentamenzaal een half uur langer gereserveerd blijven, maar bij een andere faculteit lukt dat niet en zit de student in een apart zaaltje. Waarom zijn die verschillen er en hoe lossen we die op?”
Het wachten is op de uitkomst van een onderzoek dat nu loopt onder bijvoorbeeld studieadviseurs, studentpsychologen, docenten, roosteraars en onderwijsdirecteuren van alle faculteiten. “Wij willen weten waar zij tegenaan lopen, zodat we onder andere ontdekken wat de oorzaak van de verschillen is en deze dan proberen op te lossen.” Deze zomer wordt het uitslag van dit onderzoek verwacht.
Wil je de video nog eens zien waar de foto uitkomt? Klik dan hier. Let wel: de situatie kan inmiddels zijn veranderd. Het Minnaertgebouw is recentelijk flink verbouwd.
Update: Het Platform Onbeperkt Studeren eindigde op de tweede plaats. Richard Horenberg nam de prijs in ontvangst. Het platform kreeg 2000 euro. Op de foto van de gemeente met alle prijswinnaars staat Richard Horenberg helemaal rechts, met naast hem Marieke de Bakker, afdelingshoofd studentbegeleiding van de UU.