Werkdruk: 'We hebben geen tijd om ziek te worden'

Tijdens de opening van het Academisch Jaar demonstreerde vakbond VAWO tegen de hoge werkdruk van docenten

Werknemers van de Universiteit Utrecht hebben regelmatig te kampen met werkdruk. De oorzaken zijn niet gemakkelijk aan te wijzen, vandaar dat een faculteitsraadslid van Geesteswetenschappen om een onderzoek heeft gevraagd.

Geen tijd om te lunchen, geen tijd om een vrije dag op te nemen,  geen tijd om ziek te worden en wekelijks meer uren maken dan waar je voor aangenomen bent. Werkdruk is een regelmatig terugkerend onderwerp op diverse agenda’s van faculteits- en dienstraden. Ook vakbond FNV heeft het onderwerp opgepikt en het afgelopen jaar diverse bijeenkomsten gehouden bij de UU over werkdruk die redelijk bezocht werden.

Dat de werkdruk hoog is bij de Universiteit Utrecht bleek al uit de medewerkersmonitor van 2013 (pdf). Een derde van degenen die de monitor invulden, vindt de werkdruk te hoog en 8 procent veel te hoog. Vooral het wetenschappelijk personeel ervaart een hoge tot te hoge werkdruk.

Het College van Bestuur beloofde maatregelen te nemen om de werkdruk tegen te gaan, zoals rector Bert van der Zwaan beloofde in zijn Diesrede van 2014. Zo heeft het afgelopen jaar een projectgroep gezocht naar overbodig te verklaren regels en is er de afgelopen jaren flink geïnvesteerd in het aannemen van nieuwe docenten.

Maar helpen doet dat niet overal, weet Universiteitraadslid en docent Diederick Raven. “Bij de faculteit Sociale Wetenschappen hebben we meer docenten gekregen. Maar eerlijk gezegd merk ik daar bij Culturele Antropologie niet heel veel van. In mijn groep hebben we er twee docent-onderzoekers bij gekregen. Beiden kregen meteen hun eigen vak en – geheel terecht overigens – ook onderzoekstijd. In managementtermen heeft dat gezorgd voor verdunning, maar feitelijk verlichten zij maar een heel klein beetje het werk van de docenten die er al zitten. We hebben er dus maar een beetje extra werkkracht bij gekregen.”

Bij de faculteit Geesteswetenschappen en met name bij het departement Talen, Literatuur & Communicatie rijst het werk de pan uit. Zoals bij universitair docent Hanny den Ouden. “Wij draaien standaard meer uren dan waarvoor we zijn aangenomen. We krijgen het werk anders gewoon niet gedaan. Het zijn vooral de uren die we voor onderwijs krijgen, die mijn inziens krap zijn ingedeeld. Het lukt niet om in de gestelde tijd je colleges voor te bereiden, college te geven, tentamens te maken en deze na te kijken bijvoorbeeld. Ziek worden kunnen we niet, want er is niemand om je te vervangen.”

Ze herkent de observatie van Raven. “Bij het departement Media en Cultuurwetenschappen zijn 17 tot 20 fulltimers aangenomen, maar zij geven vaak andere cursussen dan de docenten die er al zitten.” Tijdens de afgelopen faculteitsraad van Geesteswetenschappen waar zij lid van is, vroeg ze het bestuur naar een onderzoek naar de oorzaken van werkdruk binnen de faculteit. “Wanneer we de oorzaken weten, kunnen we ook concrete maatregelen nemen om de werkdruk tegen te gaan.”

Enkele oorzaken


-De werkdruk is sluipenderwijs hoger geworden
“Beetje bij beetje heb je er met de jaren als docent steeds meer taken bijgekregen”, zegt Raven. Nu moet ik mijn master bijvoorbeeld in het Engels doceren. Nu is mijn Engels best goed, maar het kost me meer tijd dan een programma in het Nederlands opzetten – het Engels blijft toch mijn tweede taal. Het is dus niet terecht om voor Engelse cursussen net zo veel tijd te rekenen als Nederlandse cursussen. Ze kosten namelijk méér tijd.”

Hanny den Ouden: “Of het feit dat er bij Geesteswetenschappen nu een derde beoordelaar moet zijn voor scripties die lager dan een 7 scoren.”

- Toegenomen automatisering
Een veelgehoorde klacht die de werklast vergroot is de toegenomen automatisering binnen de universiteit. Taken die voorheen werden uitgevoerd door het secretariaat, komen nu op het bordje van de docent terecht. Het invoeren van tentamencijfers is er één van. Bij een van de FNV-bijeenkomsten leverde dat een bevreemdende conversatie op tussen een docent en een boventallig verklaarde secretaresse. Het extra werk waar de docent over klaagde, behoorde vroeger tot de taak van de secretaresse.

- Toegenomen regelgeving
Ook de toegenomen regelgeving is één van de oorzaken van een grotere werklast voor werknemers. Dat bleek ook in juni 2015 toen DUB opriep om de grootste ergernissen in te sturen die de werklast verhogen. Dit jaar deed een projectgroep onderzoek naar de regelgeving met de uitkomst dat veel regels niet te schrappen zijn, omdat die wettelijk verplicht zijn gesteld. In de faculteitsraad van Recht, Economie, Bestuur & Organisatie is ‘de deregulering’ een standaard gespreksonderwerp. De faculteit staat nu op het punt om onnodige regels één voor één aan te pakken.

-Nieuwe ambities
Universitair docent Gert Folkers van Scheikunde die de werkdrukdiscussie ook voert als lid van de Universiteitsraad, kijkt alvast vooruit. Hij vreest dat de ambities van het nieuwe Strategisch Plan de werkdruk nog verder kunnen opstuwen.

Enkele oplossingen

Zijn de oorzaken van werkdruk al moeilijk aan te wijzen, het zoeken naar oplossingen is een zo mogelijk nog grotere opgave.

-Haalbaar ambitieniveau
Folkers heeft een modus gevonden om met de werkdruk om te gaan. “Er zijn periodes dat ik het heel druk heb met onderwijs en dan staat mijn onderzoek stil, maar daar kan ik weer aan werken als ik minder onderwijs hoef te geven. Ik hou daardoor wel veel vakantiedagen over.”

Het geheim is om een haalbaar ambitieniveau voor ogen te houden, zegt hij. “Zo schrijf ik bijvoorbeeld mee aan onderzoeksprojecten van de hoogleraren om grants binnen te halen. Daar ben ik tevreden mee, maar nog belangrijker is het dat mijn leidinggevende daar tevreden mee is. En ik mag mijn vakantiedagen opsparen voor een sabbatical.”

-Welwillende leidinggevend
Een welwillende leidinggevende lijkt cruciaal, zo weet Raven. “Bij het organiseren van je werk, hoort dat je tegen bepaalde taken nee kan zeggen, als je het daardoor te druk krijgt. Maar er zijn leidinggevenden die vinden dat het jouw probleem is als je vanwege tijdgebrek niet al je taken naar behoren kan uitvoeren. Bij zo’n leidinggevende hoef je niet aan te komen met werkdruk.”

-Realistisch takenpakket
UU’er Ronald Oosting die namens de FNV in het Lokaal Overleg zit, het overlegorgaan tussen vakbonden en werkgever, gelooft in een realistisch takenpakket voor werknemers. “Ik vraag me af of de cursussen en workshops die aan de UU worden gegeven om te leren omgaan met werkdruk, helpen. Als je echt te veel werk op je bordje hebt liggen, wordt dat door een cursus niet minder.”

Werkdruk als onderhandelaspect nieuwe cao
Ondertussen speelt werkdruk nu ook een rol in de onlangs vastgelopen onderhandelingen tussen werkgever en werknemersorganisaties over een nieuwe cao. Alle vakbonden hebben het onderwerp werkdruk opgepikt en vragen de universiteiten om maatregelen te nemen. Ze gaan of overwegen een onderzoek te doen onder hun leden naar het verschijnsel waarover ze zoveel klachten krijgen.

Marco Veloo is vakbondsconsulent van de FNV aan de UU, naast zijn baan als OBP’er bij Diergeneeskunde. Tijdens gesprekken met werknemers hoort hij regelmatig dat werkdruk hen parten speelt bij de uitoefening van hun werk. “Sommige mensen lopen daardoor vast in hun werk. Werknemers met een tijdelijke aanstelling snappen niet waarom ze weg moeten terwijl ze het zo druk hebben. Wie moet dan dat werk doen?, vragen ze zich af.”

Veloo zegt dat de faculteiten vooral het afgelopen jaar hebben geïnvesteerd in extra personeel. “Daardoor merken werknemers dat misschien nog niet. Het aanpakken van de werkdruk is wat lang blijven liggen, lijkt het. Daarom zou het goed zijn als er opnieuw een enquête komt over werkdruk. Dan weten we gelijk of de genomen maatregelen werken of niet. Daarna moet de universiteit – wat mij betreft - met concrete maatregelen komen die ook toetsbaar zijn.”

Mede-FNV’er Ronald Oosting van het Lokaal Overleg is het met hem eens. Hoewel er in 2017 weer een nieuwe medewerkersmonitor komt voor alle UU’ers, is het volgens hem goed om ook nu een enquête te houden. “Want dan kun je meten of de maatregelingen die tot nog toe zijn genomen, verlichting brengen. Ik ben bovendien benieuwd hoe OBP’ers de werkdruk ervaren. Je hoort meestal de docenten klagen, terwijl ik denk dat het werk voor het OBP ook is toegenomen.”

Advertentie