Op de universiteit leer je niet hoe het moet

Sommige studenten klagen dat ze bij de studie niet leren hoe het zit of hoe ze een tekstje voor de website moeten schrijven. Volgens Lea ter Meulen hebben deze studenten niet de goede verwachtingen.

De studente Communicatie- en Informatiewetenschappen zuchtte diep. “Ik zit nu in mijn derde jaar, en ik heb nog stééds niet geleerd hoe ik gewoon een leuk tekstje moet schrijven voor op een website. Ongelofelijk. Ik heb laatst zelfs een vak statistiek moeten doen. Statistiek! Alsof bedrijven daarop zitten te wachten, geblaat over effectgroottes en p-waarden.”

“Ik weet precies wat je bedoelt,” antwoordde ik. “Ik studeer Taalwetenschap, en ik spreek geen enkele taal meer dan toen ik begon. Niet één!”

De studente knikte ernstig. “Ongelofelijk,” herhaalde ze.

“Een vriendin van me studeert psychologie,” vervolgde ik, “maar is zelf nog steeds zo neurotisch als een garnaal.”

“En dat noemen ze dan hoger onderwijs,” schamperde de studente.

– “En een andere vriend doet economie. Nou, je zou zijn huishoudboekje moeten zien... Complete chaos.”

“Pfff.”

– “Weet je, ik ken zelfs iemand die Bewegingswetenschappen studeert... En die zit de hele dag stil!”

“Belá... Wacht. Wat?”

Pijnlijk maar waar: kennelijk is het niet iedereen even duidelijk wat universitair onderwijs nu eigenlijk inhoudt. Misschien moet er voortaan een briefje in de informatiepakketten voor aanstormende eerstejaars worden gestopt, een caveat, in grote rode letters: “LET OP! Op een universiteit leer je niet per se Hoe Het Moet. Tuurlijk, in de jaren die je hier doorbrengt leer je ook beter lezen, schrijven, redeneren, presenteren, argumenteren en, vooruit, procrastineren. Maar doorgaans is Hoe Het Moet bij ons ondergeschikt aan het grotere, mysterieuze Hoe Het Zit. Niet dat je daar altijd achter zult komen, trouwens; na een college zit je soms met meer vragen dan ervoor. Na je hele studie misschien ook. Daar moet je wel een beetje van houden... Je bent gewaarschuwd.”

Nu is het gekke: bij mijn weten is er al een tijdje niet zoveel meer veranderd aan de beginselen van studeren aan een universiteit. Je zou dus zeggen dat de verwachtingen erover realistisch mogen zijn. Maar wat de laatste tijd wél veranderd is, is ons collectieve idee dat iedereen het beste uit zichzelf moet halen. En “het beste” op het gebied van opleidingen, dat is natuurlijk per definitie de universiteit. Er wordt gefronst als je – zoals twee van mijn jaargenoten – het gymnasium met goede punten afrondt en vervolgens naar de Pabo gaat. Eeuwig zonde, joh!

Wat ik écht eeuwig zonde vind, is dat iedereen die er ook maar enigszins toe in staat lijkt koste wat kost een graad moet halen – en hoeveel begaafde basisschoolleraren, verpleegkundigen, misschien zelfs patissiers onze maatschappij moet missen door die hogerop-hype.

De studente Communicatie- en Informatiewetenschappen heeft nooit een waarschuwend briefje gehad. Ze had de cijfers om naar de universiteit te kunnen, en dan was je gek als je het niet deed, was haar verteld. Over een paar maanden zou ze haar bachelordiploma krijgen. Ze zuchtte opnieuw diep, pakte haar iPhone uit haar zak, en googlede “cursus zakelijk schrijven”.

Advertentie