Pissig vanwege het regeerakkoord
Afgelopen week was het prachtig weer: de zomer was even terug. De campus zag er vrolijk uit, met al die mensen die genoten van de late najaarszon. Maar gek genoeg vertaalde zich dat niet in een even zonnige sfeer binnenshuis.
Ik had toevalligerwijs te maken met veel gedoe. Ik was dus niet erg vrolijk op het moment dat het regeerakkoord bekend werd. En ik werd er ook niet veel vrolijker van, want bij het lezen bleek al snel dat er voor het hoger onderwijs geen visionaire gedachten op te halen waren. Bij eerste lezing leek het nog wel mee te vallen - al word je niet echt enthousiast. Maar een beetje dieper gravend werd ik steeds pessimistischer. Dat had vooral te maken met korte cryptische zinnetjes zoals de volgende: 'in deze kabinetsperiode wordt de bekostigingssystematiek voor het hoger onderwijs herzien, met daarbij specifieke aandacht voor technische opleidingen'.
Het lijkt zo simpel, maar achter dit soort strofes gaat een wereld aan belangenstrijd schuil. Hier vragen namelijk de best gefinancierde universitaire opleidingen van Nederland om nog meer geld, zoals ze zelf zeggen vanwege de toestroom van studenten en de zeer hoge werkdruk. En dat voor opleidingen waar de verhouding docent-student ergens schommelt rond 1:5 of 1:10. Vergelijk dit met opleidingen aan de algemene universiteiten waar 1:30 of zelfs 1:40 voorkomt!
Lees nu bovenstaande strofe opnieuw. Hier wordt met droge ogen opgeschreven dat juist die opleidingen, die al jaren kraken onder werkdruk, de technische opleidingen moeten gaan subsidiëren. Want er is namelijk geen extra geld: het “herzien van de bekostigingssystematiek” gaat door herverdeling binnen een gesloten som! En wat is de legitimatie? Je voelt ‘m al aankomen: technische opleidingen zijn essentieel voor de economie, voor de regio, voor de toekomst van de wereld, afhankelijk van wie je spreekt.
Het regeerakkoord zit vol met dit soort zinnetjes, en is wat het hoger onderwijs betreft een oefening in maken van kruideniersafspraken zonder visie op de toekomst. Geen woord namelijk over de essentiële betekenis van de sociale wetenschappen voor de inrichting van onze toekomstige maatschappij. Geen woord over de rol van de geesteswetenschappen om te komen tot duurzame vormen van burgerschap, of van samenleven in een multiculturele samenleving. Geen woord over het belang van onderzoek naar de verdeling van welvaart en migratie.
En als het dan toch gaat om financiering, ook niets over de bèta-opleidingen die slechter gefinancierd worden dan de technische opleidingen maar worstelen met dezelfde problematiek van verhoogde instroom van studenten. En al helemaal niets over het feit dat de opleidingen in de geesteswetenschappen of sociale wetenschappen al vele jaren worstelen met enorme aantallen studenten, ver voordat de technische opleidingen ook maar gehoord hadden van dit fenomeen. Hier wordt een hele grote groep docenten en studenten die al jaren uiterst legitieme klachten heeft over de werkdruk, de enorme aantallen studenten en hun uiterst magere financiering, totaal genegeerd en gemarginaliseerd. Hier wordt echt alleen geluisterd naar matige argumenten en lastig te bewijzen economische belangen van de grootste schreeuwers.
Buiten scheen de zon, maar naarmate ik hier langer over nadacht, werd ik steeds pissiger.