Toch trots op demonstrerende UU'ers
'Resultaat protesten uitermate teleurstellend voor hoger onderwijs'
Fluitconcerten, een protest op het Malieveld en een gezamenlijke UNL-lobby richting politici. De afgelopen maanden hebben we voor- en achter de schermen alle zeilen bijgezet om de onderwijsbegroting te beïnvloeden. Want een kabinet dat zijn mond vol heeft van ‘innovatie’, zou de waarde van wetenschap moeten erkennen en dus moeten investeren in de bron van innovatie.
“Doe het niet”, klonk het dan ook op het Malieveld uit de mond van duizenden studenten en medewerkers. Die zin heeft nog dagen nagegalmd in mijn hoofd, en ik hoop ook in de hoofden van de politici die geconfronteerd werden met het protest. Het maakte indruk. Het laat zien dat we deze bezuinigingsplannen niet ‘stilletjes’ over ons heen laten komen. En het maakte mij trots om daar te protesteren met en voor UU'ers die zich zo betrokken voelen.
Afgelopen woensdag werd duidelijk wat het resultaat van onze gezamenlijke vuist was. Hoewel er werd gekopt dat de ‘bezuinigingen in het onderwijs deels geschrapt werden’, is het resultaat voor de hoger onderwijsinstellingen uitermate teleurstellend. De coalitie en oppositie kwamen tot een akkoord waarin een aantal plannen afgezwakt werd, maar een groot deel van de bezuinigingen op het hoger onderwijs en onderzoek blijven overeind. “De witte rook, betekende voor ons zwarte rook”, zoals UNL het zo mooi samenvatte.
Hoewel nog duidelijk moet worden wat dat in de praktijk precies zal betekenen, omdat we nog wachten op informatie van OCW, is er dus geen reden om de vlag uit te hangen. Of de begroting voor 2025 aan te passen. Natuurlijk is een lichtpunt dat de langstudeerboete van tafel is. Dat is echt keiharde winst voor onze studenten. Dat voornemen van de coalitie zou drempels opwerpen voor studenten die in een ander ritme studeren door bijvoorbeeld persoonlijke omstandigheden, of doordat ze zich buiten de collegebanken inzetten via bijvoorbeeld een bestuursjaar.
Ik vrees dat de gevolgen van deze bezuinigingen echter desondanks nog lang zullen na-ebben. De gevolgen van sommige maatregelen zullen onomkeerbaar zijn, ook als er in de toekomst een andere politieke wind waait die wel weer investeert in hoger onderwijs en onderzoek. Kijk bijvoorbeeld naar het feit dat er gekort wordt op de starters- en stimuleringsbeurzen voor jonge onderzoekers. Hoe aantrekkelijk is het daardoor nog om op de universiteit te werken? Dat baart mij enorme zorgen. Ik vind het onvoorstelbaar dat dit kabinet dat niet ook lijkt te zien. En is ook de reden dat wij blijven zoeken naar manieren om ons te blijven verzetten tegen deze kabinetsplannen.
De situatie waar we als universiteiten mee geconfronteerd worden, vraagt om saamhorigheid. Dat we met elkaar kijken wat we kunnen doen, en wat we ook kunnen laten. Zodat we onze kerntaken zoveel mogelijk in stand kunnen houden: het doen van geweldig onderzoek en het opleiden van studenten. Ik heb de afgelopen maanden gezien hoe er door diverse collega’s wordt gezocht naar creatieve oplossingen om de bezuinigingen het hoofd te bieden. Het doet mij goed om te zien hoe er links en rechts de schouders onder worden gezet. Dat zal ik zelf na de jaarwisseling ook weer doen.