‘Does it spark joy?’

Het is besloten, we gaan flexwerken. Nou was het bestaan in de kliniek al behoorlijk ‘flex’, maar het betekent nu echt dat het eigen bureau en de kast leeg gemaakt moeten worden . Het is weggooien of mee naar huis nemen; een vaste, eigen werkplek is niet meer van deze tijd. Oude spullen weggooien gaat een beetje tegen mijn dna in, maar grote stapels achterstallig onderhoud wegbrengen naar de kliko voelde al snel wel lekker. Ik hoorde tijdens het opruimen soms Marie Kondo meedenken, de Japanse opruimgoeroe. ‘Does it spark joy?’ Zo ja dan mocht het mee naar huis. Het werd een middag vol afscheid, voor dit spullenmens. Mijn bureautje is opgedoekt.

Voor mij persoonlijk is het geen probleem, ik was maar weinig op mijn kamer, maar ik vermoed dat het minder makkelijk zal zijn voor collega’s in de kliniek. Wat doen ze met hun spullen als ze gevraagd worden om even mee te komen kijken bij een patiënt? Gaan ze die laptop dan iedere keer in een kluisje opbergen? Of doen ze dat één keer, misschien twee, vragen de derde keer de collega tegenover om even op te letten, maar dan komen de vierde, vijfde en zesde keer op een ochtend, nog voor de koffie. Zouden al die onbeheerd achtergelaten laptops ook de insluipers weer doen langskomen? En wie gaat dan zo’n gestolen laptop betalen? De clinicus die beneden een hond staat te reanimeren? Ik hoop dat er een potje voor is straks.

Een bureautje kan ook een vluchtheuvel zijn. De druk op de vloer kan best hoog oplopen. Er gebeurt van alles. Een eigenaar is overstuur, er is een tijdsdruk, er gaan misschien wel dieren dood en terwijl je je afvraagt wat je gaat doen kijken vier studenten je vragend aan wat zij nu zouden moeten doen. Dat kan best pittig zijn. En dan is het heel fijn om je bij tijd en wijle even terug te kunnen trekken achter je bureautje, waar je even uit kunt zoomen, tot jezelf kunt komen. Kunt bedaren na een lastig gesprek met een eigenaar of na een gesprek met een lastige eigenaar. Een soms broodnodige retraite, waarna je met vernieuwde energie al die leuke dieren, eigenaren en studenten gaat bedienen.

Maar ik zie ook kansen. Ik stel me voor dat je met de komende flexplekken ook door de hele organisatie kunt gaan werken, zelfs in een ander gebouw, aanschuiven op de flexplek als gast-collega. Dat je een dag je kampement opslaat bij een ander departement, tussen een andere groep, of misschien te midden van een andere laag van de organisatie. Of zouden sommige bureaus zwaarder zijn dan andere en niet verschoven zijn naar een flexruimte? In het klinische departement zijn jullie in ieder geval welkom. Leuk idee om de hele faculteit tegen te kunnen komen bij de koffiemachine.

Misschien kan er voor de overprikkelde collega één klein bureautje bewaard worden. Dit bureautje, in een klein hoekje, met een mooie, Japanse varen om achter te schuilen. Met in een laatje een doosje tissues en een noise cancelling koptelefoon, om even weg te kunnen glijden uit het hier en nu. Met wellicht een gast-collega die ongevraagd even een warme choco voor je bleke snoetje haalt. Een vluchtheuvel als laadpaal.

Advertentie