Schaapskleren

De wilde natuur op onze tafel

Wolf, foto pixabay

Er was eens een wolf in het land. En zoals dat soms gaat bij grote boze wolven liep ook deze op het verkeerde moment op de verkeerde plaats, en moest dit met de dood bekopen.

Hij lag bij ons in De Uithof op tafel en we verkregen de benodigde beelden om te helpen bepalen ‘hoe dit toch zo was gekomen’. Nee, geen stenen in de buik of zes-van-de-zeven geitjes en al helemaal geen oma met Roodkapje. Over wat er wel te zien was, gaat dit verhaal niet.

Een verrassing kan het niet zijn, een dode wolf. Waar het ene beest ruimte in begint te nemen, gaat de ander zich roeren. Het moest er een keer van komen. Bijvoorbeeld omdat je er met de auto tegenaan rijdt, of omdat je er klaar mee bent dat er schapen doodgebeten worden en iemand ergens nog wel een jachtgeweer heeft staan. Of allebei.

Hoe dan ook. Zo’n wolf is vanwege zijn omvang wel indrukwekkend. Hij bracht De Wilde Natuur heel erg dichtbij, zo voor ons op tafel. Veel wilder dan dit gaat het niet worden in Nederland. Het boezemde ontzag in.

Vroeg of laat loopt ieder dierenartsenmens een keer aan tegen de waarde van een dier, of wordt daarover bevraagd, en in de kliniek is dat niet anders. We knuffelen de een, maar eten de ander. We berijden de een, al jagend op de ander. We betalen een vermogen voor de een, en vinden de kiloknaller nog te duur voor de ander. Het is een rare wereld. We maken een hightech MRI-scan van de een, vergassen de (soms gezonde) ander. Er zijn dit jaar al 6 miljoen vogels geruimd vanwege de vogelgriep, een heel aanzienlijk deel preventief wat betekent dat ze niet ziek waren.

Zes-mil-joen. Ik ben dierenradioloog, maar weet: daar stond een dierenarts bij van de NVWA, om het toezicht te bewaren. Ik zocht er wat achtergrondinformatie over op, online, en zag bekende gezichten van de studie. Waar ik na afstuderen rechtsaf ging op mijn pad om ooit mee te zoeken naar de doodsoorzaak van een wolf, volgde de ander een pad, wat hem bracht naar zijn rol als Toezicht Houdend Dierenarts bij het ruimen van miljoenen vogels. En het is allebei belangrijk, moet allebei gebeuren. Met een dierenarts als kundig getuige, of als degene die de euthanasie uitvoert.

In mijn tijd in Engeland zag ik ooit een rode kater, op het eind van diens leven. Na een behandeltraject was de dag van de euthanasie aangekomen en in plaats van weer de mevrouw (die verzorgster bleek) was er nu de eigenaar: een hele lieve, maar verdrietige, oude meneer, slecht ter been. Hij vertelde me verhalen over het leven met de kater, hoe hij hem altijd mee had genomen overal, op al zijn reizen, de hele wereld rond. Tussen ons in lag een stil hoopje ellende. De kater was op meer plekken geweest dan ik ooit zal komen, en de verhalen gaven hem glans.

Wolven zijn nu een beetje als de beren in Noord-Amerika las ik ergens: “Het zijn wilde dieren; geen duivels, maar ook geen heiligen”. Staande naast die wolf voelde ik me wat betrapt. Wild is er om in Het Wild te laten. Misschien wreef hij me in dát er wellicht gewoon geen ruimte voor hem is, voor de Wilde Natuur in Nederland, wat haalden we ons wel niet in ons hoofd?

Toen ik de dood van de kater bevestigde aan de oude meneer waren we er allebei stil van. Het was zijn allerlaatste huisdier geweest, hij vond zichzelf te oud nu en zijn besluit stond vast. Ik euthanaseerde daar die middag niet alleen die kat, zo voelde ik dat tenminste. 

Het is een rare wereld. Een dode, wilde boodschapper uit de natuur, zes miljoen kippen, die rode kater. Ik voel me soms een wolf-in-schaapskleren.

Advertentie