Achter de schermen van Introductie 2000: cheffen, kingen,scoren en wildplassen
Eindelijk is het zover. We hebben het hele jaar afgeteld. Nogacht maanden tot de UIT, nog twaalf weken, nog drie dagen. In eenkantoorkamertje van krap vier bij vijf op De Uithof is deIntroductie Commissie (ICU) een jaar lang bezig geweest metregelen. Geld binnenhalen, vergunningen aanvragen, een programmaopstellen. Onnodig te zeggen dat ons kamertje af en toe decor wasvan een knap staaltje sociologisch verantwoorde groepsdynamica(lees: discussie). Juist toen heel studerend Utrecht vakantievierde, kwam voor ons de grote stress. Mag het podium voor Van DikHout op het Vredenburg staan? Komen die rugzakjes wel op tijdvanuit Hongkong in de haven aan? En elke dag waren daar detientallen telefoontjes op drie lijnen tegelijk van eerstejaars enhun moeders. 'Komt allemaal goed', stelden wij hen en onszelfgerust.
Het is vreemd om alles wat wij in de beslotenheid van dat kleinekantoortje bedacht hebben, ineens uit te zien groeien tot eengroots evenement. Een professioneel trainingsbureau heeft 'hetpersoneel' ingewerkt: 15 coaches met als taak de sfeer erin tekrijgen en te houden, 11 crewleden voor het betere sjouw- enveegwerk en 228 mentoren die de eerstejaars begeleiden. Tijdens detrainingsweek veranderen het vocabulaire en gedrag van allemedewerkers haast ongemerkt. Eerstejaars heten nu 'sjaars', regelenwordt 'cheffen' en coaches en crew stellen 'de glijlijst' (glijen=pogingen doen tot versieren) op. Op die lijst wordt systematischbijgehouden hoeveel iemand waard is om te 'scoren' (scoren =inchecken = versieren met resultaat). De waarde wordt uitgedrukt inhet aantal glazen bier dat je over je heen krijgt als je betraptwordt op zoenen in het openbaar. Omdat een eerstejaars relatiefmakkelijk te scoren is, krijg je daarvoor slechts n biertje over jeheen. Weet je een mentor te versieren, dan is dat, zeker als hij ofzij een vaste relatie heeft, goed voor minstens vijf bier. EenICU-lid blijkt 70 bier waard te zijn. Dat is nog eens 'kingen' (=de held zijn)! Alleen jammer dat wij dat pas na de UIT te horenkrijgen...
Maandag: kennismakingsdag
De spannendste dag, zowel voor de eerstejaars als voor demedewerkers. Alles en iedereen is klaar om de deelnemers op tevangen, hopen we. 's Ochtends vroeg gaat de centrale post, devraagbaak voor mentoren en mentorkindjes, open. Tegelijkertijdwordt de Stadsschouwburg klaargemaakt voor de drie openingsshiftsen op hetzelfde moment worden op het Lepelenburg tapkarren,partytenten en attracties neergezet. Om het geheel enigszins tecordineren, lopen alle medewerkers rond met portofoons. Dat oogtinteressant, maar die bakken blijken helaas niet of nauwelijks tewerken. Gelukkig hebben we onze mobieltjes, speciaal aangeschaftvoor deze week. We spreken elkaar meer door de telefoon danlife.
Om 9.00 uur komt de eerste stroom deelnemers. Met bagage. Zoveelbagage dat de vloer van de centrale post binnen anderhalf uur meteen metersdikke laag tassen is bedekt. Niet te geloven wat mensenvoor vier nachten aan tassen, matjes, luchtbedden, kleren enbeautycases nodig denken te hebben. Geen paniek. Alternatievebagagedepots zijn snel geregeld. Vier crewleden zijn vervolgensuren bezig met het versjouwen van tassen. Hun T-shirts krijgen eengeurtje dat er de rest van de week niet meer uitgaat. Echtsystematisch verloopt het allemaal niet zodat een aantaleerstejaars 's avonds meer dan een uur moet zoeken naar hunspullen.
Gelukkig gaat het met de openingen in de schouwburg prima. Demassa stroomt vlot naar binnen. Een ruwe schatting na drieopeningen leert dat er meer dan 2700 deelnemers zijn, ruim 500 meerdan afgelopen jaar. Dat succesje is binnen. En ook de opening iseen succes. Een strakke show met muziek, dans en voor wie nog nietgoed wakker is, knalvuurwerk.
Op het Lepelenburg, waar alle eerstejaars na de opening heengaanom hun rugtasjes en programmaboekjes op te halen, zorgen de coachesintussen voor entertainment. Ze doen zo gek mogelijk. Deeerstejaars zullen dan vanzelf loskomen is de filosofie hierachter.Wat braaf en schuchter staan die nog in een grote kring en slakenkreten als 'aramsamsam, aramsamsam, koeliekoeliekoelie.'
Het weer is goed, dus alles gaat goed. Denken we. Tot 's middagsde eerstejaars komen voor de beloofde slaapplaatsen. Er blijkt eentekort van minimaal tachtig plaatsen te zijn. Waar moeten we al diemensen laten? Alle mogelijke zaaltjes, sporthallen en verenigingenin het centrum worden afgebeld en even voor middernacht kunnen weuiteindelijk iedereen een plekje bieden, al is dat voor velenzonder douchegelegenheid.
Vervolgens worden we geconfronteerd met een tragisch ongeval.Een lid van het corps heeft in het weekend voor de UIT een ongelukgehad en is vandaag overleden. Verschrikkelijk voor zijn vriendenen de leden van het USC. Het pand aan het Janskerkhof zal de restvan de dag dicht zijn in verband met verenigingsrouw.
Dinsdag: informatiedag
Op het Domplein proberen alle gezelligheids-, internationale-,culturele- en sportverenigingen eerstejaars over te halen om bijhen lid te worden. Of om in ieder geval ergens lid te worden. Of omdesnoods voor de zekerheid alleen een foldertje aan te nemen. Ophet Domplein begint ook een groot groepsspel met waterpistolen. Deregels van het spel ontgaan veel mensen, maar de waterpistolen zijnmet het mooie weer een succes. Sommige eerstejaars schaffen zelfsop eigen kosten gigantische supersoakers aan om aanvallen vanandere groepjes met grof geschut te kunnen beantwoorden.
Iedereen kijkt uit naar de avond. Dan is de traditionelebiercantus waarvoor de meeste deelnemers graag drie uur in de rijstaan. De populariteit van dit zangfestijn heeft in de loop derjaren mythische vormen aangenomen want in de rij staan zeker driekeer zoveel mensen als er in Tivoli passen. Vervelend voor demensen achterin en voor het culturele podium dat aan de overkantbij Trianon amper publiek trekt. De portier van Tivoli blijftbewonderenswaardig koel, ondanks de woede van de wachtenden omdatVIPS (hoofdsponsoren, vrienden en ouders) wel mogen doorlopen. Alser achthonderd mensen binnen zijn, gaat onverbiddelijk de deurdicht. Voor degenen die binnen raken, is het feest compleet.Iedereen zit aan lange tafels en zingt mee. Binnen een kwartierstaan alle aanwezigen op de tafels en zijn ze doorweekt van hetbier. Want dat hoort bij de cantus: gooien met bier. Er zijn ergerevormen van drankmisbruik. Onze ouders en hoofdsponsors kijken vanafhet balkon aanvankelijk rustig toe, maar gieten daarna net zo hardkannen bier leeg over de menigte. Om middernacht verlaat iedereendruipend het pand. In opperbeste stemming gaan groepjes door naarde verenigingen of meteen naar bed.
Woensdag: Uithofdag
Op De Uithof wordt dit jaar door studenten een kunstwerkgebouwd. Het neerzetten van een blijvend aandenken aan de UIT heeftnogal wat voeten in de aarde gehad. In overleg met de universiteit,het hbo, stichting Uithofbeheer en talloze kunstinstanties kwam eruiteindelijk het ontwerp voor een grote zonnewijzer. Alledeelnemers kunnen een deel van het kunstwerk mozaeken (= knutselenmet stukjes tegel) en hun handtekening plaatsen op de paal in hetmidden van de zonnewijzer. Vooral voor de coaches en crewleden, diede monnikentaak kregen om het logo van de UIT in kleine steentjesna te maken, is het te hopen dat ons kunstwerk nog een tijdje magblijven staan.
In de dansfabriek is s avonds een wedstrijd waarbij vierstudentenbands strijden om een geldbedrag van drienhalfduizendgulden Het publiek maakt door middel van heel hard roepen uit wiede winnaar is.
Op de centrale post is het inmiddels probleemgevallenavond. Erkomen eerstejaars die na drie dagen nog steeds vertwijfeld de wegnaar de Oudegracht of de Dom vragen. Een meisje is gevallen en moetsnel naar de EHBO worden gebracht met een bloedende arm. In deNobelstraat vinden we na de sluiting van de centrale post nog eenstraalbezopen jongen die al twee dagen bij zijn groepje weg is. Wewachten tot de liter bessen, het bier en de mister Jacks-pizza zijnlichaam uit zijn en brengen hem dan, met zijn hoofd boven eenvuilniszak, naar zijn slaapadres.
Donderdag: Cult fiction
Vandaag is de laatste grote dag. Om de eerstejaars zo langmogelijk te houden bij de UIT, hebben we al vroeg in het jaarbesloten om een grote act op donderdag neer te zetten. Zodra heteerste geld was opgehaald, hebben we dat allemaal in eenopenluchtconcert van Van Dik Hout gestoken. Abel komt ook.Vredenburg wordt in een dag omgetoverd tot een festivalterrein,compleet me dranghekken, tapwagens, wcs en een gigantisch podium.Voor deze klus zijn professionele bouwers ingehuurd, zodat we zelfvandaag tijd hebben om wat rond te kijken bij het laserquesten ophet Neude of bij de workshops in Parnassos.
Abel en Van Dik Hout zitten voor het concert in hotel Smits.Daar brengen we de catering heen waar ze om gevraagd hebben. Op debestellijst staat onder meer: vijftien kratten bier, speciaal bier,tien kratten fris, eten (maar geen chinees of friet en ook eenmaaltijd zonder vlles voor de vegetarir), bakken dropsleutels entien zakken chips. Een meisje van de crew dat de eervolle taakheeft om bij de sterren te checken of alles naar wens is, treft debands aan bij hun drukke bezigheden: onderuitgezakt kijken de ledenvan de bands naar een pornoband. Het blijkt de optimalevoorbereiding, want vooral Van Dik Hout zorgt voor een geweldigoptreden voor de vijfduizend toeschouwers. De ingehuurde EHBOers ensecurity blijken gelukkig totaal overbodig. Met alle coaches, crew-en ICU-leden staan we vet te kingen vooraan. Heel cool, maar na hetconcert zijn het deze koningen (= mensen die kingen) die tot drieuur s nachts het hele Vredenburg mogen aanvegen.
Vrijdag: Festivaldag
Nu er eigenlijk niets meer mis kan gaan, is de grote sport onderde medewerkers elkaar te bellen met fake-problemen: Kom snel, hetgaat helemaal mis met het slingers ophangen voor het eindfeest.Omdat de stress nog niet uit de brakke hoofden is, trapt iedereener steeds weer in.
Op de Mariaplaats zitten de laatste deelnemers in het zonnetjeslaperig te kijken naar een podium, waar alle festivals van Utrechtzich presenteren. Veel eerstejaars zijn al naar huis, zeker detoekomstige verenigingsleden. De introductie van UVSV zal dezelfdenacht al om 2.00 uur van start gaan.
De mentor van het grootste overgebleven mentorgroepje (meer dandertig personen) krijgt een prijs uitgereikt voor onvolprezenmentorschap. Deze prijs gaat naar een corpslid, al vijf jaar mentoren het bekendste gezicht van de UIT. Eerder in de week heeft hetUtrechts Nieuwsblad een artikel over hem geschreven met als kop:UIT was begin van mijn alcoholisme. Met dit vervelende en uit decontext getrokken citaat waren zowel hij als wij niet blij, maargelukkig tilt hij er niet te zwaar aan en blijft enthousiast. Zijnbekroonde groepje gaat na de UIT zelfs een eigen internetsitemaken: www.hetleukstementorgroepje.nl.
Het eindfeest in de Goodtimes is toch nog drukbezocht en wie eris, gaat los (= uit je dak gaan). Het is een waardig slot waarbijhet geen doen meer is om de glijlijst bij te werken. Voor ons volgtde ontlading, zowel figuurlijk als letterlijk. Eerst wordt iemandvan de ICU buiten bekeurd wegens wildplassen. Later wordt devoorzitter van de ICU uit de Goodtimes gezet omdat hij binnen overde wildplasser heen staat te pissen. Van de verantwoordelijkeorganisatoren is niet veel meer over, maar dat hoeft ook niet meerals alles goed is gegaan de hele week.
Zaterdag: na de UIT
Het is UIT, afgelopen. Iedereen is gammel. Terwijl coaches,crewleden en mentoren nog in (hun eigen of andermans) bed liggen,beginnen wij aan het laatste heldhaftige chefwerk: het opruimen. Om12.00 uur hebben we afgesproken voor een stevig ontbijt. Terwijl wewachten op de laatkomers, helpen we en passant nog een eerstejaarsmeisje dat s nachts de slaapzaal niet meer in kon. Ze heeft dehalve nacht in haar luchtige uitgaanstenue door de stad gelopen. Wegeven haar ontbijt, halen haar bagage op en brengen haar naar hetstation. Iets na 14.00 uur komt het laatste ICU-lid verdwaasdbinnenlopen. Het is onze wildplasser. Hij heeft niet gedoucht endraagt nog steeds de ICU-kleding die hij al een week aanheeft. Degeuren van een week UIT: bier, zweet en pis. Als hij ons ziet,merkt hij verbaasd op: Waarom hebben jullie allemaal gedoucht enschone kleren aangetrokken? Het is toch nog niet afgelopen
Christie Hofmeester