Het is een nieuwe en aan de UU omstreden traditie: sinds het jaar 2000 legt de regering iedere derde woensdag van mei verantwoording af. Morgen is het weer zover. Hoger onderwijs en wetenschap komen ook aan bod (scroll voor de scepsis in Utrecht naar het bericht op deze site van 18 mei).
De regering verwacht dat de onderwijskwaliteit zal stijgen en dat studenten minder vaak zullen afhaken, dankzij afspraken met universiteiten en hogescholen. De reputatie van Nederlandse wetenschappelijke instellingen wordt sterker, dankzij onderzoekssubsidies. Nederland wordt ook aantrekkelijker voor buitenlandse kenniswerkers doordat het kabinet allerlei procedures en eisen heeft versoepeld. Bovendien wordt de economie steeds innovatiever, bijvoorbeeld dankzij innovatievouchers. Kortom, het kabinet ligt op koers.
“Nou, ik heb helemaal geen koers kunnen ontdekken”, smaalt VVD’er Halbe Zijlstra. “Het is afwachten of de uitval van studenten inderdaad afneemt; het kabinet moet zich niet rijk rekenen met een paar afspraken. En die reputaties van wetenschappelijke instellingen? Daar staat geen enkele onderbouwing bij. Plasterk is de minister van feesten, partijen en poolexpedities, maar in de wetenschap blijft het verontrustend stil. De maatregelen die het kabinet genomen heeft, staan bovendien op losse schroeven door het begrotingstekort dat eraan komt. En het beleid rond de kenniswerkers is door het vorige kabinet in gang gezet.”
Op de linker flank hangt ook de Socialistische Partij de vlag nog niet uit. Kamerlid Jasper van Dijk: “De cijfers zijn zeer betrekkelijk, want ze zijn verouderd. Alles is anders geworden door de crisis. Deze gegevens zijn afkomstig van het ministerie zelf, en daarmee is het de slager die zijn eigen vlees keurt. De onafhankelijke beoordeling van de Rekenkamer moet nog komen.”
De Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen vindt, net als de SP, dat een onafhankelijke blik op de prestaties “de voorkeur” zou verdienen. De brief is “misschien iets te optimistisch”. Nederlandse wetenschappers hebben wel een forse productie en de impact van hun werk is ook hoog, maar daar staat tegenover “dat Nederland een relatief klein aantal wetenschappers heeft: weinig gepromoveerden en zeer weinig vrouwelijke wetenschappers”. Ook blijft de Akademie bezorgt over het budget per student, dat gedaald is.
Maar de HBO-raad ziet het zonniger in. “Het zijn geen holle frasen”, zegt een woordvoerder. “We nemen het rendement en de uitval onder handen; er komen bijvoorbeeld intake-gesprekken en de begeleiding van studenten wordt intensiever. Er komt meer aandacht voor onderzoek aan de hogescholen. Tegelijkertijd wordt het instroomniveau verbeterd: er komen hogere eisen in de eindexamens, beter onderwijs in het mbo, enzovoorts. Dus we liggen zeker op koers, mede dankzij het kabinet. We hopen wel dat Plasterk in de voorjaarsnota zijn beloften houdt en niet op het hbo gaat bezuinigen.”
De studenten van de Landelijke Studenten Vakbond blijven voorlopig sceptisch. “Of de kwaliteit hoger wordt, valt nog te bezien. De meerjarenafspraken zijn er net, dus het is een beetje makkelijk om te roepen dat het beleid op koers ligt. Bovendien is het crisis en moet iedereen inleveren. Dat heeft Plasterk zelf erkend.”
De universiteitenvereniging VSNU kan zich “goed in de brief vinden”, zegt een woordvoerder. Nadere toelichting geeft ze niet, want de vereniging wil eerst de onderliggende stukken bestuderen.
HOP