Op een industrieterrein in Nieuwegein is een garagebox ingericht als filmstudio. Tussen de knalgroene wanden neemt universitair docent Thomas Poell nog even zijn aantekeningen door. De papieren liggen op een zwartmetalen standaard. Hellichte ledlampen zijn op hem gericht. Op drie meter afstand kijkt Arvid van Kasteel even door de camera. "Je moet wel op het kruis blijven staan, Thomas."
Samen met twee andere oud-studenten Filmwetenschappen runt Van Kasteel het audiovisuele bedrijf InstarMedia. Enige tijd geleden stapten zij naar het departement Media- en Cultuurwetenschappen met een voorstel voor de opname van hoorcolleges in een 3D-omgeving. Van Kasteel, die als oud-studentbestuurslid de universitaire wegen goed kent: "Wij hadden het idee dat dit echt iets is waar studenten behoefte aan hebben. Gesprekken met studerende vrienden en bekenden bevestigden dat."
Het plan van Van Kasteel viel in goede aarde. Samen met het departement is hij met een pilot begonnen. Vandaag filmt hij twee docenten. Naast Thomas Poell komt ook André van der Velden nog aan bod.
ICT-coördinator Erna Kotkamp, ook aanwezig in de garagebox, had in het kader van het universitaire project Weblectures al positieve ervaringen opgedaan met het online aanbieden van hoorcolleges. "Die werden meestal in de collegezaal gefilmd. Met een 3D-studio kun je het er veel gelikter, secondlife-achtiger, uit laten zien. Mijn vermoeden is dat dat meer zal aanspreken."
Een evaluatie van het Weblectures-project waarbij de faculteiten Sociale Wetenschappen en Geesteswetenschappen waren betrokken, wees dit voorjaar bovendien uit dat studenten inderdaad uitermate te spreken zijn over de mogelijkheid om hoorcolleges op internet te bekijken. Kotkamp: "Voor studenten die ziek zijn, is het een uitkomst. En ook voor studenten die een Engelstalig college in het normale tempo niet goed kunnen volgen, is het een mooie oplossing. Verder zag je dat studenten vlak voor tentamens nog eens een stukje terugkeken."
Kotkamp moet echter erkennen dat de pilot ook een meer opportunistische aanleiding kent. De opleidingen Communicatie- en Informatiewetenschappen en Theater-, Film- en Televisiewetenschap zitten enorm in hun maag met de roostering van de gezamenlijke eerstejaars cursus Geschiedenis van het Medialandschap. Voor meer dan vijfhonderd studenten moet dit najaar wekelijks een hoorcollege worden ingeroosterd. Het gebrek aan een grote collegezaal in de binnenstad doet zich voelen. De faculteit Geesteswetenschappen maakt bijvoorbeeld ook noodgedwongen gebruik van een bioscoopzaal. Gezien deze situatie werd besloten twee colleges bij wijze van experiment alleen via WebCT aan te bieden.
"Het is dus ook een beetje een noodgreep", zegt Kotkamp. "Maar het is absoluut niet de bedoeling dat we dit structureel op deze manier willen gaan doen. Het waren juist onze bestuurders die wezen op het gevaar van vervlakking van het onderwijs. Face-to-face contact blijft een hoog goed. Docenten moeten de vraagtekens in de ogen van de studenten kunnen zien en kunnen reageren op onrust in de zaal. In het Weblectures-project zag je ook dat studenten gewoon naar de hoorcolleges bleven komen, terwijl ze diezelfde college op internet konden bekijken."
Ook universitair docent Thomas Poell ziet niets in het vervangen van de reguliere colleges door een online cursus. "Opnamen op internet zijn prima ter ondersteuning, maar de directe interactie tussen docent en student moet mogelijk blijven."
Hoewel hij het eindresultaat inclusief de technische toepassingen enkele dagen na zijn bezoek aan Nieuwegein nog niet heeft gezien, vraagt Poell zich af of het maken van studio-opnamen nu de beste manier is om hoorcolleges te digitaliseren. "Ik vond het vrij lastig om mijn verhaal te vertellen zonder publiek. In een volle collegezaal kun je veel meer dynamiek in je college leggen. Je werpt bijvoorbeeld een vraag op en speelt dan in op de reacties. Ik zou daarom liever videobeelden in een zaal laten maken. Maar je zou misschien ook alleen een podcast van een college aan een powerpoint kunnen plakken en op internet zetten. Ik heb zelf ook colleges van Stanford University op mijn iPod staan en dat luistert heel prettig. Het gezicht van de docent is nu ook weer niet zo belangrijk."