Nieuws

Goedkopere kamers voor vrijwilligers

Inge Schimmelpennink, 18, eerstejaars Pedagogiek:

"Ik woon nu nog in Apeldoorn bij mijn ouders. Daar heb ik het prima naar mijn zin, maar ik wil wel op kamers, dat hoort ook bij het student-zijn. Als het mogelijk zou zijn om met vrijwilligerswerk een kamer voor zo weinig geld te krijgen, zou ik dat zeker doen. Maar niet alleen vanwege die korting, ook omdat je met dat werk iets goeds kan doen, mensen kan helpen. Bovendien kan vrijwilligerswerk perfect aansluiten op de studie. Ik zou bijvoorbeeld iets met kinderen kunnen doen; heb ik ook nog eens extra profijt van het vrijwilligerswerk."

Geert Willem van der Horst, 25, bezig met zijn scriptie voor Planologie:

"Samen met een oud-huisgenoot woon ik in een appartement van de sociale woningbouw. Voor tachtig vierkante meter met z'n tweeën betaal ik, inclusief, niet meer dan 200 euro per maand. Voor mij is dit voorstel dus niet zo interessant. Als ik nog eerstejaars zou zijn, zou ik eerst uitrekenen hoe rendabel dit is. 230 euro korting voor 40 uur vrijwilligerswerk per maand: dat is nog geen 6 euro per uur. Nee, dat is een te ongunstige deal. Ik zou dan eerder een goede bijbaan vinden. Dan kun je altijd nog kijken of je daarnaast vrijwilligerswerk wilt doen."

Bram Alblas, 21, tweedejaars Theologie:

"Ik woon op kamers in Den Haag, maar ben op zoek naar ruimte in Utrecht. Als de mogelijkheid in Utrecht zou worden aangeboden om met vrijwilligerswerk een goedkopere kamer te krijgen, zou ik dat wel doen. Ik doe al vrijwilligerswerk: ik speel basgitaar tijdens kerkdiensten in een Rotterdamse kerk. Wellicht kan ik die korting met dat werk krijgen? Overigens bestaat een dergelijk project ook al in Utrecht: HOC Ruimzicht doet iets vergelijkbaars voor Utrechtse studenten. Al is dat hoofdzakelijk toegespitst op theologiestudenten. Misschien moet ik me daar maar eens gaan inschrijven."

Zie ook onze poll op www.ublad.uu.nl

Fitnessen bij het zwembad

De oud-gedienden aan de universiteit zullen het nog wel weten.: ooit stond op de plek van Sportcentrum Olympos een aantal opblaassporthalletjes waarin zo'n beetje alle universitaire sportactiviteiten plaatsvonden. De aanblik van die rij legergroene halve bollen leverde het complex de naam 'De Rups' op. De hal die elke winter over het zwembad De Krommerijn wordt opgetrokken kon altijd worden beschouwd als een aftands relict van die op zich al zo grauwe jaren tachtig en negentig. Maar ook deze bol gaat nu verdwijnen.

Als alles volgens plan verloopt passeren over twee jaar studenten en medewerkers aan de Weg naar de Wetenschap een modern zwemcentrum met sport- en recreatiemogelijkheden. Sportcentrum Olympos richt op het terrein een voorpost van haar accommodatie in De Uithof in.

Directeur Jules Vereecken diende enige tijd geleden bij de gemeente een verzoek in om bij het vernieuwde zwembad 1000 vierkante meter te mogen exploiteren met onder meer een fitnessruimte en een danszaal. Het plan van Olympos werd uiteindelijk, naast dat van een luxueus wellnesscentre, gehonoreerd. "Ik vond altijd al dat de universiteit meer met dat zwembad zou moeten doen", legt Vereecken uit. "Als je op de kaart kijkt dan hoort dat terrein meer bij De Uithof dan bij de stad."

En om een uitbreiding van de fitnesscapaciteit zit het sportcentrum sinds jaar en dag verlegen. "Het is nu al behoorlijk vol, terwijl het aantal studenten aan de universiteit en de hogeschool nog steeds stijgt. Ook zijn er de afgelopen jaren veel meer studenten in De Uithof komen wonen. Bovendien sporten medewerkers van de universiteit en hogeschool in vergelijking met andere instellingen in het land erg weinig. Als maar een klein percentage van het grote aantal medewerkers ons weet te vinden, is meer ruimte al de moeite waard."

Toch heeft de sportdirecteur zich wel even afgevraagd of hij met de nieuwe faciliteiten bij het zwembad niet zijn eigen concurrentie organiseert. Olympos kon immers kort voor de zomer na jaren gesteggel eindelijk beginnen met de eigen nieuwbouw op De Uithof. De aanleg van vier sportzalen en extra kantoren maakt het mogelijk dat de huidige fitnessruimte - na de oplevering van de nieuwbouw volgend najaar - wordt uitgebreid. "Daarmee creëren we dus ook al flink wat capaciteit. We hadden daarom liever gezien dat deze twee projecten wat verder uit elkaar hadden plaatsgevonden."

Met het oog op deze situatie besloot Vereecken een deel van de toegewezen ruimte bij het zwembad aan een kinderopvangcentrum onder te verhuren. "Maar ik kon deze kans niet laten liggen. Het zwembad is ideaal gelegen. Veel studenten en medewerkers fietsen er twee keer per dag langs en over een tijdje stopt de nieuw aan te leggen HOV-tram voor de deur. Bovendien zou ik niet willen dat er een concurrent kwam te zitten."

Vereecken zegt te mikken op een wisselwerking met Olympos in De Uithof. "Als je straks bij het zwembad sport, hoor je ook welke sporten je allemaal in het sportcentrum in De Uithof kunt doen, en dat we ook nog sporten aanbieden als duiken en zweefvliegen. Omgekeerd hopen we meer studenten aan het zwemmen te krijgen. In andere studentensteden is zwemmen een van de populairste sporten. Hier niet. Maar met een gerenoveerd zwembad kan dat veranderen."

Het gebouw dat Olympos gaat huren komt aan de noordzijde van het zwembad, aan de kant van de Weg tot de Wetenschap. Studenten die gewend waren in de zomer op een handdoekje op de zonneweide te liggen en lekker buiten te zwemmen, kunnen ook in de toekomst nog bij het zwembad terecht. De zonneweide wordt wel een stukje kleiner, maar de overkapping van het zwembad zal in de warme maanden worden verwijderd zodat het toch nog ee echt buitenbad lijkt.

Eén bal verwijderd van goud

In de finale stak Homan, die op haar twaalfde als gevolg van een auto-ongeluk een been kwijtraakte, de diva van het rolstoeltennis Esther Vergeer naar de kroon. "Zo vreselijk close. Matchpoint. Eén bal van de gouden medaille. En dan gaat het mis." De studente maakt telefonisch vanaf het Zomerpaleis van de Chinese keizers duidelijk dat het verdriet groot was. "Simpelweg tranen en nog eens tranen."

Een dag later waren er weer tranen. Nu van geluk. Samen met dubbelpartner Sharon Walraven versloeg Homan Vergeer en Jiske Griffioen in het dubbelspel. "Ik had toch een gouden medaille te pakken. Dat was erg gaaf. Iedereen vond ook dat ik het zo verdiend had. Maar de teleurstelling over die eerste finale zal nog wel even blijven hangen."

Via het gastenboek op haar website en via de mail zijn inmiddels ook enkele felicitaties van docenten van haar opleiding binnengekomen. "Superleuk. Eind volgende week ga ik weer aan de studie. Al zal ik wel even een omslag moeten maken."

Naast de twee medailles voor Homan was er brons op de 100 meter rugslag voor zwemster Chantal Boonacker, promovendus bij het Julius Centrum. Ook Economiestudent Nico Blok wist een bronzen medaille te bemachtigen. De tafeltennisser verkondigde na zijn prestatie in De Volkskrant nu graag Sportman van het Jaar van de stad Utrecht te willen worden.

Studenten als ambassadeurs van het klimaat

'De longen van de aarde? De longen van Brazilië zul je bedoelen'. De westerse kritiek op de voortschrijdende ontbossing van de Amazonewouden leidt terplekke tot heel wat cynisme, ondervonden IJmert Muilwijk en Suzanne Maas afgelopen zomer. De twee brachten met vijf andere klimaatambassadeurs van ontwikkelingsorganisatie ICCO en tv-ster Victoria Koblenko twee weken in het gebied door. "De mensen daar ergeren zich vaak aan de westerse hypocrisie", zegt studente Milieuwetenschappen Suzanne (22). "Maar denk maar niet dat de ontbossing hen koud laat. Eén van de meest treffende uitspraken die ik hoorde was: 'people are not knocking down the forest because they're evil'. Dat is eigenlijk een heel hoopgevende quote. Masterstudent Sustainable Development IJmert (24): "Het is geen onwil, het is onmacht."

Suzanne en IJmert werden deze zomer op het strand van Noordwijk door minister Koenders geïnstalleerd als ambassadeurs van het ICCO-programma Fair Climate. Het uitgangspunt daarvan is dat klimaatverandering moet worden tegengegaan, zonder de economische ontwikkeling van landen te beperken. Volgens IJmert heeft ICCO daarmee het grootste dilemma van deze tijd te pakken. "Niemand wil landen het recht ontzeggen zich te ontwikkelen. Maar als ze dat op dezelfde manier doen als wij dat de afgelopen eeuwen in het westen hebben gedaan, hebben we vier planeten nodig. Zelf raakte ik echt doordrongen van die directe link tussen de twee grote thema's armoede en milieu, toen ik werkte voor een kleine ontwikkelingsorganisatie in Malawi. Voor de productie van cashewnoten werden ook veel bomen gekapt."

Tijdens de studiereis naar Brazilië stonden de twee studenten aan de rand van nog nasmeulende percelen en zagen ze vanuit de lucht de scherpe scheiding tussen kale bouwgrond en de overgebleven bossen. "Een heel triest gezicht", aldus Suzanne. "Voor de verbouw van soja is het kennelijk goedkoper om een nieuw stuk bos af te branden, dan om een braakliggend terrein in gebruik te nemen. Nederland zou zich daar als grote soja-importeur ook voor verantwoordelijk moeten voelen."

Maar daarnaast waren er ook hoopgevende beelden, bijvoorbeeld op het gebied van de agro-bosbouw. "Als boeren in hun levensonderhoud kunnen voorzien door vruchten en oliën te verkopen, dan heeft het bos zijn waarde als het er nog staat. En niet als het weg is", zegt IJmert.

Inspirerend vond hij het bezoek aan een indianenreservaat, waarbij onder meer gesproken werd over milieuvriendelijke energiebronnen voor de bevolking. "Wij hebben het steeds over duurzame ontwikkeling, maar zij kennen dat in feite al eeuwen. Niet meer nemen dan nodig. En als je een keer te veel neemt, geef je het terug. Daar heb je echt een 'economie van het genoeg'. Dat bezoek heeft mij ondersteunt in de manier waarop ik zelf graag in het leven sta." Glimlachend: "Eigenlijk zouden we allemaal indianen moeten zijn."

De alternatieven voor grootschalige houtkap zullen de zeven klimaatambassadeurs binnenkort ter sprake brengen tijdens een 'terugkoppeling' met minister Koenders. Dan zullen ze ook hameren op de westerse plicht tot het betalen van compensatie. IJmert: "Je zou kunnen stellen dat elke wereldburger een maximale hoeveelheid CO-uitstoot heeft. Wij zitten daar in de westerse wereld flink boven. Als wij vinden dat elke wereldburger het recht heeft op eenzelfde welvaartsniveau, dan zijn wij verplicht milieuvriendelijke productiemethoden in de ontwikkelingslanden te financieren. Dat is bovendien in ons eigen belang. Doen we het niet, dan gaat het ongelooflijk mis."

Na de inwerkperiode en de studiereis naar Brazilië, begint nu voor de twee studenten het grote werk. Ze zullen voorlichting geven over de problematiek en milieusparende alternatieven promoten. Suzanne en IJmert spreken daarvoor elk hun eigen netwerk aan. "Ik zal me vooral richten op studenten", zegt Suzanne. "Bijvoorbeeld van mijn studievereniging Storm. Verder ben ik betrokken bij het universitaire milieuplatform MUS en heb ik contacten bij de landelijke studentenorganisatie voor duurzame ontwikkeling LHUMP. Ook zal ik colleges gaan geven over dit onderwerp bij ontwikkelingsgeografie."

IJmert richt zijn pijlen op de politiek. "Ik ben landelijk voorzitter van de jongeren van de ChristenUnie. Daardoor heb ik ook wat lijntjes lopen met leden van de Tweede Kamer. Als er een debat is dat gaat over armoedebestrijding en milieu, dan probeer ik onze punten naar voren te brengen. En dan willen ze eigenlijk altijd wel even naar je luisteren."

Meer info: www.fairclimate.nl

Drie biertjes meer per maand

'Live' tot twee uur 's nachts

Effectiever cameratoezicht werd een onderwerp van discussie na de mishandeling van de 19-jarige Jonas Melsert; hij werd op een woensdagnacht in augustus in elkaar geslagen. Gemeentewoordvoerder Derksen wijst erop dat de zaak Melsert geen directe link met de uitbreiding heeft: "De gemeenteraad had al om de uitbreiding gevraagd. Bovendien zou de illusie kunnen ontstaan dat de mishandeling voorkomen had kunnen worden met deze uitbreiding."

'We houden het vol door uit te kijken naar de avond'

Verbroedering bij lekkere Iftar maaltijd

Het is druk in het authentiek Ottomaanse restaurant La Cuisine Ottoman. Al vanaf zeven uur stromen de studenten binnen, maar tot 1 minuut over acht wordt er niks gegeten of gedronken. "De laatste minuten tellen we altijd af. Maar de ramadan gaat eigenlijk niet over eten, het gaat om het besef dat we het goed hebben. Deze maand brengt veel gezelligheid mee, dat vind ik veel belangrijker dan het vasten. We houden het vol door uit te kijken naar de avond, wanneer we samen met vrienden en familie gaan eten," vertelt Merve Uyar (20) hogeschoolstudent en commissielid.

Ook haar vriendin Hulya Erdogan (22) gaat het vooral om deze gezelligheid. "Op zulke avonden kan je veel nieuwe mensen ontmoeten". De Utrechtse studente is nog geen lid van Bosporus maar is wel van plan dit te worden. Volgens secretaris Hacer Ersoy is dit de gewenste uitkomst van de avond. "Verbroedering en ledenwerving zijn de redenen waarom we dit jaar weer een gezamenlijke Iftar hebben georganiseerd. Een avond als deze brengt mensen samen en levert nieuwe vrienden en leden op," aldus de 22-jarige Farmacie studente.

Terwijl er Turkse muziek op de achtergrond speelt, zijn alle studenten zo druk aan het praten dat ze bijna vergeten om hun typisch ottomaanse linzensoep op te eten. "Natuurlijk hebben we wel honger, maar ons lichaam is onderhand gewend aan het vasten, bovendien is het niet goed om nu snel te eten", verklaart Hulya.

Het enige dat deze avond ontbreekt, zijn de autochtone studenten. Dat valt Merve ook op. "Het is jammer dat er geen autochtone studenten aanwezig zijn. Maar ja soort zoekt soort toch?" Dat is volgens de bestuursleden ook één van de redenen waarom Bosporus is opgericht. "De Turkse en Nederlandse cultuur verschillen op sommige vlakken van elkaar en vooral tijdens de ramadan is het fijn als je elkaar begrijpt." Hoewel Hacer het jammer vindt dat er vanavond niet meer Nederlandse studenten zijn. "Wij staan open voor iedere student, Surinaams, Marokkaans, Nederlands maakt niet uit. Iedereen is welkom. Daarom zou het leuk zijn geweest als er meer mensen van andere culturen waren geweest."

Hulya en Merve praten hierover verder terwijl ze aan het hoofdmaal beginnen. "Het is jammer dat we zo langs elkaar heen leven in Nederland, begint Merve. " We zouden veel van elkaars cultuur kunnen leren en het gezellig met elkaar kunnen hebben", maakt Hulya af.

Wanneer het bord vol zoete baklava al bijna leeg is gesnoept, zijn Hulya en Merve het er over eens. "Misschien moeten we in de toekomst gaan samenwerken met Nederlandse studentenverenigingen en samen activiteiten opzetten. Dat zou geweldig en van essentieel belang voor onze samenleving zijn."

Drie reacties op de miljoenennota

Voorzitter Sijbolt Noorda van universiteitenvereniging VSNU hekelt de daling van de onderwijsuitgaven per student. Hij noemt het "wrang" dat de universiteiten nog geen half jaar geleden ambitieuze inspanningsafspraken hebben gemaakt met de minister van OCW en desalniettemin volgend jaar minder geld krijgen. De VSNU is wel verheugd dat er aardgasbaten beschikbaar blijven voor onderzoek, maar betreurt het gebrek aan structurele financiering. Nederland investeert bij lange na geen drie procent van het BNP, wat volgens de Lissabon-doelstellingen in 2010 zou moeten gebeuren.

De studentenorganisaties reageren teleurgesteld op de onderwijsbegroting. Minister Plasterk heeft prachtige plannen met het hoger onderwijs, maar het mag vooral niet te veel kosten. LSVb-voorzitter Lisa Westerveld rekent voor dat het budget voor uitvalbestrijding per student neerkomt op een slordige 38 euro per student. En daarmee kom je er volgens haar niet. "Alleen met échte investeringen gaat de kwaliteit van het onderwijs omhoog. Van dit geld kan iedere student jaarlijks misschien een uurtje naar de studieadviseur."

Ook Merel van Wanrooij van het ISO is nauwelijks onder de indruk van het hogeronderwijsbudget. Zij noemt de sector "een ondergeschoven kindje" dat niet de prioriteit krijgt dat het verdient. "Meevallers uit de studiefinanciering gaan naar de kinderopvang en extra investeringen voor leraren worden betaald door verhoging van het collegegeld", stelt ze. Flinke verbeteringen in het hoger onderwijs zullen dus wel op zich laten wachten. En dat vindt ze jammer: "Plasterk moet alle zeilen bijzetten om het hoger onderwijs op peil te houden."

Kamermarkt is moeilijk voor buitenlandse student

Internationale studenten in Rotterdam wonen noodgedwongen in toercaravans, bericht Erasmus Magazine deze week. In andere steden spelen vergelijkbare problemen. "Een meisje mailde dat ze al drie weken in een auto sliep", vertelt Bob de Greef van de Groninger Studentenbond. Circa zeventig buitenlandse studenten uit Wageningen zijn gehuisvest in Hoenderloo, dertig kilometer verderop, met zes personen per drie slaapkamers. En ook in Utrecht verblijven op dit moment nog mensen op de camping of in Bed & Breakfasts. USF Studentenbelangen en het Erasmus Student Network hebben inmiddels contact gehad met verschillende studenten, maar zeggen geen zicht te hebben over de omvang van de problematiek. Internationaliseringsmedewerker van de universiteit Femke van der Geest weet ook dat voor sommigen nog geen goede oplossing is gevonden, maar ze is niet ontevreden over de wijze waarop de toewijzing van kamers is verlopen. "Studenten konden dit jaar voor het eerst zelf online een kamer van de SSH uitkiezen. Ze krijgen niet langer een kamer toegewezen. Dat lijkt redelijk goed te zijn gegaan. Maar als een student laat is met aanmelden dan kan hij misgrijpen. We zeggen tegen die student dat hij ook kan reageren op het reguliere aanbod van de SSH en op het particuliere woningaanbod. Maar dat vindt verder buiten ons gezichtsveld plaats."

Volgens woordvoerder Karin Smeets voldoet de SSH aan de vraag die universiteit en hogescholen hadden neergelegd. "Wij huisvesten nu 900 studenten, van wie 600 van de universiteit. Er hebben zich bij ons nog zo'n 25 studenten aangemeld die op de bonnefooi naar Utrecht waren gekomen."

Toch weten alle betrokkenen dat het lastig is om goedkope kamers te regelen voor internationale studenten. Remco de Maaijer, directeur van Kences, het samenwerkingsverband van studentenhuisvesters: "Ze moeten gemeubileerd zijn, studenten moeten ze binnen een dag kunnen betrekken en je weet nooit hoeveel er precies nodig zullen zijn."

Volgens De Maaijer moet er snel iets gebeuren aan de omvang van het kameraanbod. "Want als we op deze manier doorgaan, trekken we te weinig buitenlandse studenten en behoort Nederland over tien jaar niet meer bij de landen met de snelst groeiende kenniseconomie. In China lachen ze hier om."

HOP/XB

wetenschap

Chemotherapie

Veni, vidi, vici

Onderzoeksfinancier NWO gaat meer kansen creëren voor onderzoek dat de grenzen van pelijke disciplines overschrijdt. Uit recent aangekondigde veranderingen in de toekenningsprocedure van de veni-, vidi- en vici-subsidies blijkt dat er brede 'domeinpanels' worden ingevoerd die onderzoeksvoorstellen zullen beoordelen die het net niet haalden in de rondes van de acht smallere 'gebieden'. Ook wordt de commissie om disciplineoverschrijdend onderzoek te beoordelen in ere hersteld. Andere veranderingen zijn dat bij de toewijzing van subsidies meer wordt gekeken naar de toepasbaarheid van onderzoeksresultaten en dat hoogleraren niet langer vooraf afspraken met hun universiteit hoeven te maken. De bedragen van de drie subsidies gaan omhoog.

Dingen en woorden

Dit is oude grond, de tijd is hier vertraagd / al zijn momenten liggen hier voorbij / te wezen, de chaos van eeuwen, gestapeld / gelaagd en tot orde geraakt.

Het gebeurt niet vaak, een hoogleraar die tijdens een oratie een gedicht van eigen hand voordraagt. Maar vorige week sprak dat vanzelf, want bij het horen van de naam Esther Jansma zullen meer mensen zeggen 'is dat niet die dichter?' dan 'is dat niet die hoogleraar dendrochronologie?' Haar onderzoek betreft de jaarlijkse groeivariatie van bomen ten behoeve van de datering van historische vondsten. Maar, word je als dichter niet als vreemde eend in de wetenschappelijk bijt beschouwd? "Nee', zei Jansma, "binnen deze universiteit kijkt niemand me peinzend aan met boven het hoofd een tekstballon: Een wetenschapper die gedichten schrijft?! Dingen en woorden mogen hier bij elkaar bestaan. Ook daarom voel ik me in Utrecht op mijn plaats."