Nieuws

het torentje

Een voetbalwet is nergens voor nodig

"De Engelse voetbalwet voorziet in vergaande maatregelen. Engelse hooligans met een stadionverbod moeten zich bij elke wedstrijd van hun club melden op het politiebureau. Bij buitenlandse wedstrijden kunnen zij een uitreisverbod opgelegd krijgen, waarbij hun paspoort wordt ingenomen. Ik vind dat nogal drastische maatregelen, die op gespannen voet kunnen staan met internationale verdragen waarin de bewegingsvrijheid is gegarandeerd. Die rechten mogen weliswaar beperkt worden als de openbare orde in het geding is, maar de genomen maatregel moet wel proportioneel zijn en de vraag is hoe de rechter daarover zou oordelen. Gaat het innemen van een paspoort te ver? Stel dat een voetbalsupporter op de dag dat zijn club in Frankrijk speelt, familie in Duitsland wil bezoeken. Kun je dat dan verbieden?"

In Engeland kennelijk wel.

"Dat klopt. Er zijn daar inmiddels duizenden uitreisverboden opgelegd. En hooligans die zo'n uitreisverbod aanvochten, zijn in het ongelijk gesteld. De Britse rechter vindt de maatregel kennelijk niet in strijd met de bewegingsvrijheid zoals geregeld in het Europese Verdrag voor Rechten van de Mensen en het vrije verkeer van personen binnen de EU. In Nederland is het juridisch wellicht ook mogelijk om op basis van een voetbalwet zo op te treden, maar ik ben daar geen voorstander van. We moeten waken voor zulke draconische maatregelen, terwijl de regels die we wél hebben, onvoldoende gebruikt worden."

Volgens de KNVB werken die regels niet.

"Onzin, ze worden niet altijd gehandhaafd, dát is het probleem. Er zijn binnen de huidige regelgeving voldoende middelen voorhanden om op te treden tegen supportersgeweld. De KNVB kan supporters een civielrechtelijk stadionverbod opleggen, het OM kan een strafrechtelijk stadionverbod vorderen gecombineerd met meldingsplicht, burgemeesters hebben vergaande openbare orde bevoegdheden, en door de Algemene Politie Verordening is veel verboden. Bovendien is ten tijde van Euro 2000 de wet Bestuurlijke Ophouding van kracht geworden, die het mogelijk maakt op te treden tegen groepen supporters die de openbare orde dreigen te verstoren. Als supporters vernielingen aanrichten en geweld plegen, zijn ze zowel via het strafrecht als het civiel recht aan te pakken, door boetes en celstraffen uit te delen of ze te laten opdraaien voor de kosten van de aangerichte schade. Er is op grond van het huidige recht zeer veel mogelijk. De KNVB zou de door haarzelf opgelegde stadionverboden ook beter moeten handhaven."

Maar met zulke regels voorkom je problemen zoals in Nancy toch niet?

"De problemen in de binnenstad wel, want daar had de politie kunnen optreden. Met het voorkomen dat supporters het stadion binnenkomen, ligt het wat lastiger. Zo lang er geen Europese overeenstemming is over de werking van stadionverboden, hebben we daar inderdaad een probleem. Ik ben er een groot voorstander van om nationale stadionverboden transnationaal te maken. Daaraan wordt op Europees niveau ook hard gewerkt, maar juridisch is het moeilijk realiseerbaar. De EU telt momenteel 27 lidstaten en die hebben allemaal hun eigen regelgeving ten aanzien van stadionverboden. Het is niet eenvoudig om daar één Europese regel uit te destilleren."

En een evenementenwet?

"Dat vind ik veel te ver gaan. Voor notoire voetbalvandalen kan ik me er nog iets bij voorstellen, ook al gaat het maar om een relatief kleine groep supporters, want voetbalgeweld is een enorm maatschappelijk probleem. Maar ik zie echt niet in waarom je een wet zou moeten maken voor evenementen waarbij zich zelden of nooit een openbare orde probleem voordoet. Natuurlijk kan het ook daar een keer misgaan. Absolute veiligheid en rust zijn niet te garanderen, tenzij je van Nederland een politiestaat wilt maken."

Ouders, stop met roken!

Dat is één van de opmerkelijke resultaten van een onderzoek dat psycholoog Endy den Exter Blokland de afgelopen jaren uitvoerde naar de invloed van ouders op het rookgedrag van jongeren. In het proefschrift Adolescent smoking and parenting, waarop hij volgende week promoveert, laat hij zien dat die invloed groot is, zowel waar het gaat om het eigen rookgedrag van de ouders als om de manier waarop zij met hun kinderen omgaan.

Dat er sprake is van een serieus probleem, blijkt uit het feit dat 41 procent van de twaalf- en dertienjarigen in ons land al eens een sigaret heeft opgestoken. Maar stelt Den Exter Blokland, ouders kunnen wel degelijk het nodige doen om te voorkomen dat hun kinderen dagelijkse rokers worden. Zijn voornaamste boodschap aan hen is: stop met roken en doe dat liefst zo vroeg mogelijk. Uit een onderzoek onder 2402 schoolkinderen van tien tot veertien jaar concludeerde hij namelijk dat jonge kinderen hun ouders voor wat betreft het roken in sterke mate als een rolmodel zien.

Behalve door hun eigen rookgedrag kunnen ouders ook in de opvoeding het nodige doen. Heel belangrijk is volgens de promovendus dat er in het gezin een sfeer heerst van respect en vertrouwen, want alleen in zo'n sfeer heeft de boodschap om niet te gaan roken, kans om gehoor te vinden. Dat betekent echter niet dat alles maar moet kunnen. Ouders moeten op een ondersteunende manier met hun kinderen over het rookprobleem kunnen praten, maar als ze er maar over door blijven gaan, heeft dat een averechts effect. Als afspraken niet worden nagekomen. moeten zij bovendien ook op gedoseerde wijze boos kunnen worden en adequaat kunnen straffen.

analyse

IJzige winter duurt nog wel even

Een tekort van bijna dertig miljoen in 2006 en ook nog rode cijfers in de twee volgende jaren. Zo op het eerste gezicht staat de UU er weinig rooskleurig voor. Het is dan ook niet verwonderlijk dat collegelid Hans Amman een en andermaal benadrukt dat de financiële winter die de UU een jaar of vijf geleden in zijn greep kreeg, nog niet voorbij is. Toch is er een verschil met de situatie toen. In het jaar 2001 werd voor het eerst in volle omvang duidelijk hoe enorm veel geld er structureel nodig was voor het onderhoud van de zes jaar daarvoor door het Rijk aan de UU overgedragen huisvesting. De enige manier om zoveel geld op de begroting vrij te maken, was een draconische bezuiniging van 15 procent op het onderzoek en zelfs van 20 procent op de diensten. Gevolg was een lange reeks reorganisaties, die inmiddels vrijwel allemaal zijn afgerond.

Vijf jaar later liggen de zaken anders. Weliswaar hebben alle onderdelen de broekriem fors moeten aanhalen en is in veel faculteiten 'het eind van het elastiek bereikt', maar het tekort waarmee de UU dit jaar geconfronteerd wordt, staat daar los van. Dat is deels het gevolg van incidentele tegenvallers en wordt verder vooral veroorzaakt door de al even eenmalige kosten van de reorganisaties, waarvoor vorig jaar in de begroting trouwens al werd gewaarschuwd. Van een structureel exploitatietekort is nu echter geen sprake. Om die reden kan het college dan ook schrijven dat de faculteiten niet bang hoeven te zijn voor nieuwe bezuinigingen. En dat is een heel ander geluid dan vijf jaar geleden.

In de financiële commissie van de Universiteitsraad kon zelfs Amman het niet laten om enig optimisme te tonen. Weliswaar vormt de tekortschietende financiële controle nog een groot probleem, maar zie hij: "Het vliegwiel begint langzaam op gang te komen. Ik verwacht over twee of drie jaar een omslag." Maar meteen daarna temperde hij al te veel hoop. "Er zijn nog zoveel onzekerheden, er kunnen nog zoveel meer tegenvallers naar boven komen." Denk vooral niet dat we er al zijn, was zijn waarschuwing aan de raadsleden. Er mag dan misschien op termijn lente op komst zijn, voorlopig ligt er nog volop sneeuw en het eerste kievitsei is nog in geen velden of wegen te zien.

even kort

Wat houdt dat verdrag in?

"Utrecht is één van de 150 leden die zijn aangesloten bij Eurocities, een groep steden die elk meer dan 250.000 inwoners heeft. De jaarlijkse conferentie ging dit keer over de manier waarop je als lokale overheid je burgers kunt betrekken bij de kenniseconomie, een onderwerp dat ik erg belangrijk vind. We hebben hierover drie dagen gedebatteerd en gepraat en aan het einde van de conferentie hebben alle steden een verdrag ondertekend waarin de rechten van burgers staan omschreven omtrent de kenniseconomie. Iedereen heeft te maken met de kenniseconomie en dus moet het ook toegankelijk zijn voor iedereen. We hebben onder meer het recht op online participatie en informatie ondertekent. "

Moet er voor zo'n onderwerp echt een verdrag aan te pas komen?

"Je zou kunnen zeggen dat het anno 2006 nog niet nodig is, maar ik denk dat je er snel bij moet zijn om problemen te voorkomen. Over tien jaar is het wél een probleem als er nog steeds burgers zijn die onbekend zijn met internet. Er wordt op den duur steeds meer gedigitaliseerd, neem bijvoorbeeld de introductie van DigiD in plaats van het oude sofinummer. Als je burgers nu leert hoe ze bepaalde informatie kunnen vinden, blijf je ze betrekken bij de maatschappij. Op dit moment heeft de gemeente al een informatieve website, zijn we actief met publieksdienstverlening en stimuleren we het leren omgaan met ICT op basis- en middelbare scholen. Als je de burgers goed informeert, krijg je bovendien ook een groter draagvlak voor bepaalde investeringen die de gemeente doet op het gebied van kenniseconomie."

Zijn er nog concrete plannen uit de conferentie gekomen?

"Echt concrete plannen heb ik nog niet geformuleerd, ik heb eerst nog overleg met verschillende wethouders die iets zouden kunnen betekenen. De conferentie was vooral bedoeld om ideeën uit te wisselen met andere steden en om op die manier de blik te verruimen. Kenniseconomie is natuurlijk een vrij breed begrip. Maar je zou het bijvoorbeeld concreet kunnen maken door te laten zien wat er binnen een stad gebeurt. Neem bijvoorbeeld De Uithof, dat is een plek waar heel veel wordt ontwikkeld. Het zou leuk zijn als bepaalde vondsten zichtbaarder worden voor een groot publiek. Dat kan bijvoorbeeld door studenten een cultureel project op poten te laten zetten, waar de gemeente weer bepaalde subsidies voor heeft. Op die manier maak je ook kennis zichtbaar."

hoe kan dat nou?

Joop van Lenthe, rolstoelgebruiker en medewerker, hoe komt u op dit moment het Kruytgebouw binnen?

"Ten eerste moet ik via de goedereningang aan de achterkant binnenkomen. Mijn vrouw, die mij regelmatig haalt en brengt, moet mij vervolgens over een soort helling heen helpen. In m'n eentje is dat bijna niet te doen, dat is ronduit gevaarlijk. En buiten dat moeten we dan langs stikstofcilinders wat niet echt veilig is."

Zijn er geen parkeerplaatsen voor gehandicapten?

"Die zijn er wel, maar ze zijn moeilijk te bereiken. Ik moet aan de achterkant worden afgezet of opgehaald, maar het is nauwelijks te vinden voor bijvoorbeeld de regiotaxi waar ik vaak gebruik van maak. Laatst had iemand van het Kruytgebouw een ambulance nodig, maar de ziekenauto kon de weg niet vinden. Dat kan toch niet! Collegevoorzitter Van Rooy zou eigenlijk een keer moeten proberen om hier met de taxi te komen."

Projectmanager FBU Bouw&Techniek, Teun Lam, een bekend probleem?

"Hier moet natuurlijk een oplossing voor komen. Wij hebben de klacht inmiddels neergelegd bij Vastgoed en Campusontwikkeling, die gaan over het terrein en de gebouwen."

Dries Berendsen, directeur Vastgoed en Campusontwikkeling, gaat die oplossing er komen?

"Die klacht heeft mij nog niet bereikt, maar het is uiteraard zaak dat het er een oplossing komt. Ik heb de planning niet in m'n hoofd, maar over een paar maanden zou het gebouw toegankelijker moeten zijn. Je zou eigenlijk Ruut van Rossen even moeten benaderen, die heeft meer zicht op het uiteindelijke plaatje."

Heb jij de oplossing, Ruut?

"De bereikbaarheid is inderdaad een groot probleem. Als de verbouwingen van het Kruytgebouw en het Centrum Gebouw Noord zijn afgerond is er wel een parkeermogelijkheid voor mensen in een rolstoel. Tussen deze twee gebouwen zijn namelijk drie invalide parkeerplaatsen beschikbaar die via nieuwe bestrating een verbinding krijgen met het Kruytgebouw. Wanneer dit precies wordt gerealiseerd weet ik niet, maar het gaat gebeuren. Deze man zou daar bijvoorbeeld een plek op kentekennummer kunnen krijgen."

forum

Nakijktijd

MMV

tatort

De B&A-Boys ruiken bloed

In Zaal 1 spelen de B&A-boys donderdagavond tegen de Flat Boys in de interne zaalvoetbalcompetitie van Olympos. Wat staat er op het spel; de Flatboys willen zich handhaven in de competitie, de B&A-boys hebben hun blik naar boven gericht.

De B&A-boys zijn een team van studenten Fysische Geografie. 'B & A' staat voor Bassie en Adriaan. Adriaan is acrobaat en Bassie zit vol kattenkwaad. Dit zaalvoetbalteam is een eerbetoon. De veldspelers hebben Bassie's rood-gele sokken, terwijl keeper Jelle de eer heeft Adriaans zijden blouse te dragen. Het Adriaanhemd was altijd al goed voor foute feesten en partijen, nu dus ook voor het betere keeperswerk.

Er hangt een zweetlucht in de zaal. Sportschoenen piepen op het kunststof. Uit het Olympossportcafé klinkt popmuziek. Jan Smit, Marco Borsato. Op een bank naast het veld zit een mooi meisje in haar eentje, een verdwaalde spelersvrouw. Ze draagt een strakke spijkerbroek en hoge hakken. Ze staart apathisch voor zich uit.

Twee banken verderop zitten de wisselspelers van de B&A-boys. Vanaf de zijlijn lijken ze het spel nog intenser mee te maken dan op het veld. "Niet op één lijn! Niet op één lijn!"

"Storm! In de punt!"

Er zit iets in de man, een oerinstinct, dat sluimert onder de oppervlakte. Het is iets dat in de antieke tijd kwam opspelen tijdens de jacht en tijdens veldslagen, nu zit het diep weggeborgen. Biefstukjes liggen gekoeld in de schappen van de AH, oorlogen worden uitgevochten met precisiebombardementen. De enige keer dat het nog opspeelt, is tijdens een spannende voetbalwedstrijd; 88ste minuut, gelijke stand en jouw speler krijgt de bal vrij voor de keeper. Het gevoel komt uit je tenen. Het is een blinde wens, een compromisloze ambitie om te overleven, om te winnen. Het is eten of gegeten worden.

Kees illustreert het. Hij ziet er vriendelijk uit, in zijn Bassie-pak en met zijn staartje boven op zijn hoofd, maar als een speler is doorgebroken, haalt hij hem met een vliegende tackle onderuit.

De spelers op de reservebanken veren op. "Godverdomme man! Pas op!" roept de spits van de tegenpartij, die een treffende gelijkenis toont met de bad guy uit Beverly Hills Cop. De scheidsrechter tempert de gemoederen.

Even later wordt Kees, doorgebroken op de vijandelijke helft, zelf neergehaald. Nog voordat hij de grond raakt, appelleert hij al naar de scheids. Die wil van niks weten. Clownesk gedrag.

Het spel gaat verder. Wissel. Richard gaat het veld in. Zijn sokken hangen op half elf, zijn kraagje staat omhoog; wannabe Eric Cantona. Maar dan zonder de karatetrappen naar supporters. Richard vervult de rol van pinch-hitter; binnen vijf minuten geef hij de assist voor de gelijkmaker en zet daarna zelf de B&A-Boys op voorsprong. 3-2.

De jongens van Bassie en Adriaan ruiken bloed.

'Ik hou mijn laptop goed uit het zicht'

Sinds januari zijn er al 34 aangiftes van inbraak gedaan bij de politie afkomstig van bewoners van het IBB-complex. En dat is veel. De dieven blijken vooral geïnteresseerd in laptops, iPods en andere makkelijk te pakken apparatuur als een digitale camera. In slechts 15 procent van de gevallen gaat het om echte inbraak, bij 85 procent om insluipingen waarbij geen braaksporen worden gevonden.

Wijkchef Oost, Alfred Jansen, vond het hoge aantal insluipingen verdacht en trok daarom aan de bel bij de gemeente en woningcorporatie SSH. Na overleg werd besloten alle bewoners een mail met tips te sturen om de kans op insluipingen te verkleinen. "Want", zegt preventiecoördinator Henny van Driesum, "insluipingen zijn zó makkelijk te voorkomen." Daarnaast wordt er extra gesurveilleerd in de wijk en waarschuwt het Snel Interventie Team (SIT) van de politie voor insluipers.

Deze donderdagmorgen ligt het IBB-complex er verlaten bij. Het SIT dat vandaag bestaat uit Willie van Doorn-van Rijswijk en Klaas Edens gaat vandaag voor de derde keer langs de deuren van het IBB-complex met een voorlichtingsbrief. Twee weken geleden waren ze er voor het eerst. Van Doorn: "Maar veel studenten zijn niet thuis, dus dan gooien we de brieven door de brievenbus. Hopelijk nemen ze de inhoud serieus."

Farmaciestudente Annelies Wedema (20) vindt het wel een goede actie. "Vorige maand is de portemonnee van mijn huisgenootje gestolen. Ze ging die avond uit en liet haar raam op een kiertje staan. De inbreker kon vrij makkelijk binnenkomen. Sinds die keer ben ik wel voorzichtiger geworden. Ik probeer m'n laptop goed uit het zich te houden en vraag eigenlijk altijd wie er voor de deur staat. Het valt me nu trouwens wel vaker op dat de gezamenlijke voordeur geregeld openstaat. Deze preventieve actie zal waarschijnlijk wat meer bewustzijn creëren."

Ook de wooneenheid van Diergeneeskundestudente Damay Asjee (27) was niet veilig voor insluipers. "Afgelopen zondagnacht was mijn huisgenoot het slachtoffer. Terwijl hij lag te slapen, is iemand via het balkon aan de achterkant zijn kamer ingeslopen. Z'n portemonnee is leeggehaald, en vervolgens heeft de insluiper zo ongeveer onze hele voedselvoorraad meegenomen uit de keuken. Zelfs onze aanmaaklimonade is meegenomen! Wij denken zelf dat het een junk moet zijn geweest."

Klaas Edens benadrukt bij elk bezoek aan de bewoners dat ze hun eigen kamerdeur altijd op slot moeten doen. "Je moet je kamerdeur eigenlijk beschouwen als je eigen huisdeur. Als die op slot zit kunnen insluipers niet verder komen dan die kamer of -als ze elders het huis zijn binnengeslopen -dan kunnen ze die kamer niet in. En als er geen inbraaksporen zijn, is het extra triest voor jullie, want de verzekering betaalt in zo'n geval niet uit. Dus mijn advies is om je deur altijd af te sluiten, zelfs als je even gaat douchen of in de gezamenlijke huiskamer gaat zitten. Dat klinkt misschien overdreven, maar zo voorkom je veel ellende."

De meeste bewoners knikken begrijpend, op een enkeling na die het tijdstip van 10 uur nog iets te vroeg vindt. Het team wijst de bewoners er onder meer op dat ramen en (balkon)deuren altijd gesloten moeten zijn als ze een kamer verlaten. Ook geven ze de tip om waardevolle spullen nooit in het zicht te laten staan. Van Doorn: "Je ziet vaak dat studenten heel nonchalant zijn en dat kan in zo'n situatie verkeerd uitpakken. Ze luisteren amper via de intercom wie er voor de deur staat en laten zo iedereen naar binnen. Het is natuurlijk ook zo dat hier op de gemiddelde etage vijftien mensen wonen, en niet iedereen elkaars vrienden en kennissen kent, vandaar dat studentenhuizen geliefd zijn bij insluipers."

Uit de gezamenlijke huiskamer van student Theater- Film en Televisiewetenschappen Erik Ankoné (21) en Economiestudente Pauline Hilkens (21) zijn al twee dvd-spelers ontvreemd. Erik: "Het is goed om alert te zijn, maar ik vind het af en toe echt nodig om m'n raam eens open te doen. Zeker in de zomer is het hier echt een sauna." Pauline: "Het zou misschien goed zijn om alle huisgenoten een keer bij elkaar te roepen om dit te bespreken, maar het is heel moeilijk om iedereen bij elkaar te krijgen. De brieven zullen we in elk geval in alle postvakjes stoppen."

Hoog Jomandagehalte in meerjarenbegroting

Voor wie had verwacht dat de universiteit na het 'financiële rampjaar 2005' met zijn tekort van bijna veertig miljoen euro snel weer uit het dal zou klimmen, zal de recent verschenen begroting 2007 een domper betekenen. Allereerst wordt verwacht dat ook het jaar 2006 zal worden afgesloten met een fors tekort, dit keer van om en nabij de dertig miljoen. Daar komt bij dat de hoop van het college van bestuur - dit voorjaar geuit in de Kadernota - dat de UU de rode cijfers al in 2007 achter zich zou kunnen laten, te optimistisch is geweest. In de nieuwe begroting wordt zowel voor 2007 als voor 2008 een klein tekort voorzien. Pas in 2009 mag worden gehoopt op een miniem plusje.

De tegenvallende cijfers worden veroorzaakt door een combinatie van factoren. In de eerste plaats blijken de vaak ingrijpende reorganisaties bij verschillende faculteiten en diensten meer tijd te vergen dan vooraf was gehoopt. Daar komt bij dat zich dit kalenderjaar de nodige tegenvallers hebben voorgedaan, die de resultaten verder onder druk hebben gezet. Het hoeft dan ook geen betoog dat de stemming in de verschillende commissies van de Universiteitsraad, waar de begroting vorige week werd besproken, niet erg vrolijk was. Jaap Wilting sprak van een somber beeld, waarbij hij met name wees op het feit dat veel faculteiten er ook in 2007 niet in zullen slagen om de tering naar de nering te zetten. "Buiten beleven we de warmste herfst sinds tijden", aldus het raadslid, "maar binnen zijn we op weg naar een ijskoude winter."

Met die beeldspraak borduurde Wilting voort op wat collegelid Hans Amman in mei 2006 in dit blad zei. "Ik zat hier nog geen week of ik las in jullie blad dat na jaren van zwaar weer een financiële lente op komst is. Nou, vergeet het maar. We zitten nog dik in de sneeuw." Deze week herinnerde hij aan die profetische woorden. "De winter die ik toen voorspelde, komt in deze begroting helder naar boven. Het is alleen nog iets kouder dan ik verwacht had."

Amman wond er geen doekjes om dat de extra kou mede wordt veroorzaakt door de eerder genoemde tegenvallers. Die waren volgens hem eerder boven water gekomen als de administratie beter op orde was geweest. Als voorbeeld noemde hij de universitaire telefooncentrale, waarop naar nu pas is gebleken, nooit is afgeschreven, zodat de noodzakelijke vervanging de universiteit binnenkort met een onvoorziene kostenpost van twee miljoen euro zal opzadelen. "Bijzonder onhandig", aldus Amman, "gewoon slecht boekhouden."

Een ander zorgenkind vormt de faculteit Bètawetenschappen, waar onlangs een gat van ruim anderhalf miljoen euro in de administratie van derde geldstroomprojecten werd aangetroffen. In de vergadering van de faculteitsraad was directeur Eugène Bernard daar maandag al even duidelijk over. "Via een paar eenvoudige tools had ik binnen een uur drie miljoen aan extra kosten ontdekt plus nog eens een tegoed van anderhalf miljoen, waarvan niemand iets wist. Schandelijk dat dat niet eerder boven water is gekomen. Men heeft zitten slapen."

In de financiële commissie van de Universiteitsraad herhaalde Amman zijn belofte dat snel werk gemaakt zal worden van een betere controle op de administratie van faculteiten en diensten. Als eerste stap in die richting worden alle onderdelen voortaan verplicht om elke drie maanden te rapporteren, maar zei hij, "in feite moeten we toe naar een maandafsluiting. Elke maand de thermometer erin, zien hoe we ervoor staan met de mogelijkheid om waar nodig bij te sturen."

Zover is het echter nog niet en het collegelid waarschuwde dan ook voor misplaatst optimisme. "In de meerjarenraming voor 2009 wordt weliswaar een positief resultaat voorzien, maar ik zou me maar niet te veel op die cijfers verlaten. De onzekerheden waarmee we geconfronteerd worden, zijn zo groot dat elke voorspelling voor 2008 en verder een hoog Jomanda-gehalte heeft. Het enige dat ik durf te zeggen, is dat de voorspelling van een klein tekort voor 2007 tamelijk realistisch is."

Hoewel de financiële commissie niet gelukkig was met zoveel onzekerheid, werden de woorden van Amman verder met instemming begroet. Namens de commissie verklaarde Wil Hildebrand dat een ruime meerderheid de U-raad aanstaande maandag zal adviseren om met de begroting in te stemmen.

[JW1]de administratie veroorzaakt zelf geen tekorten......

Hoger onderwijs telt 65 grootverdieners

Hoogleraren verdienen in één jaar zelden meer dan twee ton, tenzij ze ontslagen worden. In 2005 kreeg een Utrechtse hoogleraar met een jaarinkomen van 91 duizend euro een ontslagvergoeding van 558 duizend euro: ongeveer zes jaarsalarissen. Soortgelijke gevallen doen zich voor aan de universiteiten van Groningen en Delft. Zo'n royale afscheidsgroet is ook weggelegd voor sommige beleidsmedewerkers. Bij de Hogeschool van Amsterdam kreeg een instituutsdirecteur meer dan vijf jaarsalarissen als ontslagvergoeding mee.

Dat blijkt uit een overzicht van topsalarissen in de publieke en semi- publieke sector dat het ministerie van binnenlandse zaken naar de Tweede Kamer heeft gestuurd. Sinds maart van dit jaar moeten organisaties publiek gefinancierde salarissen openbaar maken als die het gemiddelde ministerssalaris van 158 duizend euro overstijgen.

In totaal verdienden 37 bestuurders en beleidsmakers van de universiteiten 158 duizend euro of meer, inclusief hun pensioenlasten, maar exclusief eventuele ontslagvergoedingen. Ook vijftien professoren en één docent overstegen het ministerssalaris. In het hbo staat de teller op twaalf.

Bij de academische ziekenhuizen toucheerden ruim zeshonderd specialisten meer dan anderhalve ton. Een Maastrichtse specialist spande de kroon met een salaris van 261 duizend euro.

Een commissie onder leiding van voormalig VVD-leider Hans Dijkstal komt in het voorjaar van 2007 met een advies over de normering van topinkomens in de publiek gefinancierde sector.

(HOP)