'Een van de beste onderzoekinstituten van Europa', aldus het lovende oordeel dat een internationale visitatiecommissie uitsprak over Natuur- & Sterrenkunde in Utrecht. Het was de eerste keer dat zo'n onderzoeksbeoordeling werd verricht in opdracht van een college van bestuur en niet van universiteitskoepel VSNU.
Het onderzoek is outstanding en de faculteit herbergt vele wetenschapsbeoefenaren van wereldformaat. Het hoogst scoren theoretische fysica van Nobelprijswinnaar prof.dr. G. 't Hooft en het marien en atmosferisch onderzoek van Spinoza-laureaat prof.dr. H. Oerlemans. Vette pluim krijgt ook de onderzoeksondersteuning, onder meer geleverd door de werkplaats Fysica.
Hoewel van zeer goede kwaliteit, ziet de visitatiecommissie het minste perspectief voor het programma 'Human Perception' van prof.dr. J. Koenderink. Nadrukkelijke aanbeveling van de commissie, onder leiding van de Parijse hoogleraar E. Brézin, is om jonge onderzoekers een belangrijke rol te laten spelen bij het richtinggeven aan toekomstig onderzoek.
In deze visitatie is dus alleen het Utrechtse onderzoek beoordeeld, waarbij er niet alleen is gekeken naar past performances, maar vooral ook naar de toekomst: welk onderzoek kan beter afgebouwd worden, waar liggen nieuwe kansen? Van afbouwen hoeft in het Utrechtse, gelet op de kwaliteit, geen sprake te zijn, vindt de compleet uit buitenlandse peers bestaande commissie.
Internationale positionering, daar was het om te doen met deze nieuw vorm van visitaties, die VSNU, KNAW en NWO vlot hebben laten trekken door de zogeheten 'commissie Van Bemmel' — vernoemd naar rector magnificus van de Erasmus Universiteit Rotterdam. "Nederland is speler op het internationale vlak", aldus Van Bemmel. "In een top-20 van Europese universiteiten staan er zeven uit Nederland. We moeten dus beter op die internationale kaart zichtbaar worden en daar kunnen dit soort visitaties aan bijdragen."
Rector Gispen is blij met deze nieuwe vorm van beoordelen, omdat die "meer bestuurlijke mogelijkheden" biedt. Het college kan immers zelf aangeven welke discipline of welk thema het geëvalueerd wil zien, en krijgt bij het rapport een management letter. "Bovendien is dit minder gedoe voor de onderzoekers. Een onderzoek als dit vindt maar eens in de zes jaar plaats, en doet vervolgens ook dienst als instrument bij bijvoorbeeld subsidie-aanvragen."
Weliswaar heeft de faculteit een imposante zelfstudie geleverd ter voorbereiding van de visitatie maar, zegt voormalig decaan B. de Wit: "We hebben dan ook niet alleen een beoordeling, maar tevens een instrument waarmee we richting kunnen geven aan toekomstig onderzoek." Biologie en farmacie zijn genoemd als volgende Utrechtse onderdelen voor een dergelijke visitatie.
AH