Nieuws

Studenten tegen bindend studieadvies

Vijf studenten uit de faculteitsraad Sociale Wetenschappen protesteren deze week bij decaan Koops tegen de invoering van een bindend studieadvies (bsa) bij psychologie. In een brief aan de decaan noemen zij het wegsturen van studenten onnodig en onwenselijk. Ook vinden zij dat de raad te laat is geïnformeerd.

Maar zelfs als deze visie te optimistisch zou zijn en er toch een zekere dwang nodig blijkt, dan nog is een bindend studieadvies alleen acceptabel als een opleiding zijn zaakjes op orde heeft. En dat is bij psychologie bepaald niet het geval, vinden de raadsleden, die wijzen op de tekortschietende studieloopbaanbegeleiding en de wel zeer marginale toetsing van het portfolio door de Utrechtse psychologen. Voordat er überhaupt over invoering van een bsa gesproken kan worden, dienen eerst deze problemen te worden aangepakt. De door het faculteitsbestuur gepresenteerde aanpak biedt daar naar hun mening onvoldoende garanties voor.

In hun brief uiten de studenten naast inhoudelijke kritiek ook teleurstelling over de gevolgde procedure. Zij verwijten het bestuur pas in een laat stadium bij de gang van zaken te zijn betrokken, waardoor zij onvoldoende hebben kunnen bijdragen aan de besluitvorming. Zij vragen hun decaan op dit punt om opheldering en willen voorts antwoord op een groot aantal vragen. Een aantal van deze vragen is inmiddels ook door twee leden van de Universiteitsraad aan het college van bestuur gesteld.

Hoewel decaan Koops de brief van zijn raadsleden woensdagochtend nog niet had gelezen, zei hij verbaasd te zijn over de teneur. "Het klopt dat er de afgelopen tijd kritiek op onze plannen is geweest, maar de reacties waren altijd tamelijk verdeeld. Mijn indruk was juist dat men geleidelijk was opgeschoven van gematigd kritisch naar gematigd positief." De decaan stelt overigens met nadruk dat bij de invoering van het bindend studieadvies de door de studenten gevraagde zorgvuldigheid in acht zal worden genomen. Aanstaande vrijdag komt de kwestie in de faculteitsraad aan de orde.

EH

Uitval

Het voornaamste argument voor de invoering van een bindend studieadvies bij psychologie is de enorme uitval. Uit cijfers over de resultaten van studenten die vanaf 1992 in Utrecht psychologie zijn gaan studeren, blijkt dat ruim eenderde van hen de universiteit zonder propedeuse heeft verlaten. Van de studenten die naar De Uithof kwamen met een hbo-propedeuse, haakt zelfs meer dan de helft zonder universitaire propedeuse af. Wie het eerste jaar wel succesvol afrondt, heeft daarmee overigens nog geen zekerheid over een succesvolle voortzetting van de studie, zo blijkt uit de cijfers. Van de lichtingen 1992-1995 haakte ondanks het bepalen van de propedeuse toch nog tussen de tien en vijftien procent af. Curieus is dat het percentage afhakers met een hbo-propedeuse in deze categorie opmerkelijk laag ligt. Kennelijk werkt het bezit van twee propedeuses zeer stimulerend op de motivatie van studenten om de studie af te maken.

Kort Nieuws

Beurs

Studenten kunnen vanaf volgend collegejaar maximaal twee jaar met een studiebeurs zitting nemen in de universiteitsraad. Het college van bestuur ging akkoord met dit compromisvoorstel van de studentengeleding. Oorspronkelijk wilde het universiteitsbestuur nog maar voor een jaar betalen. Studenten mogen zich na twee jaar nog wel herverkiesbaar stellen maar zij zullen dan alleen een beroep mogen doen op het wettelijk minimum voor afstudeersteun. Met de maatregel hoopt het universitair bestuur zoveel mogelijk studenten te betrekken bij de universitaire medezeggenschapsorganen. Bovendien gaat de relatief riante beursregeling volgens collegevoorzitter Veldhuis gepaard met 'een zekere verleiding'. Hierdoor zouden studenten zich om de verkeerde reden verkiesbaar kunnen stellen.

Huisarts

Het studentenplatform van artsenorganisatie KNMG is boos op minister Hoogervorst van Volksgezondheid. Die zei afgelopen week in de Tweede Kamer dat huisartsen niet meer in deeltijd moeten werken. Hoogervorst noemde het zonde om 300.000 euro uit te geven voor de opleiding van artsen die niet voltijd beschikbaar zijn. Het studentenplatform is het daar niet mee eens. Dat denkt dat deeltijdwerk juist een goede manier is om het vak aantrekkelijker te maken, zodat meer studenten voor een loopbaan als huisarts kiezen. Volgens de KNMG wil 86 procent van de huisartsen het liefst in deeltijd werken. Vooral vrouwen kiezen daarvoor, en momenteel maken zij bij de artsenopleidingen zeventig procent van de instroom uit.

Huursubsidie

Minister Dekker van Ruimtelijke Ordening hoeft de huursubsidie voor studenten nog niet in te voeren. GroenLinks probeerde deze week een wetswijziging door te drukken, maar daar werd geen meerderheid voor gevonden. Dekker staat niet te springen om huursubsidie voor kamerbewoners in te voeren. Met een halfslachtige belofte - meer onderzoek - en een bekend excuus - geen geld - zeurt het debat over de kamernood in elk geval door tot de begrotingsbehandeling. Eerder dit jaar riepen alle 150 leden van de Tweede Kamer de regering in een motie op om subsidie voor 'niet zelfstandige woonruimtes' mogelijk te maken. Toenmalig minister Henk Kamp legde de wens van de volksvertegenwoordiging destijds ook al naast zich neer.

'Studentes slaan in rap tempo bier naar binnen'

Mannen probleemdrinkers, vrouwen stevige drinkers

De grootste probleemdrinkers zijn nog steeds de jonge werkende danwel studerende mannen. De hoger opgeleide vrouwen zitten hen echter op de hielen en slaan significant vaker een alcoholisch drankje achterover dan andere vrouwen. In de studentenwereld lijkt daar al mee begonnen te worden.

Toch zijn studentes blijkens het onderzoek meer gaan drinken, want die categorie hoog opgeleide vrouwen omvat natuurlijk veel studentes. En die zitten volgens onderzoeker De Graaf vaker aan de alcohol door "een verlengde jeugd. Ze wonen op kamers in een losser sociaal verband. Ze gaan langer aan de boemel dan hun lager opgeleide vrouwen die eerder gaan samenwonen en een gezin stichten." De colclusie dat vrouwen met inhaalslag bezig zijn, mag volgens de onderzoeker niet worden getrokken. "Dat vraagt om vervolgonderzoek, maar het zou me niet verbazen. We hebben dat bij stress en roken ook gezien, dus waarom niet bij drank."

Barman Will van der Lee van café Vooghel aan de Burgemeester Reigerstraat staat niet te kijken van de conclusies van het Trimbosonderzoek. "Studentes drinken met de mannen mee", is zijn conclusie. Ervaringsdeskundige Van der Lee ziet in zijn etablissement al jarenlang groepjes studenten passeren. "Als ik een groepje Albert Heijn binnen heb, dan slaan die meisjes nog wel eens een rondje over of drinken alleen een zoet likeurtje. Maar studentes slaan in een rap tempo bier naar binnen."

Dat beeld lijkt bevestigd te worden door drie leden van een UVSV-jaarclub die op dinsdagavond om negen uur in een verder vrijwel verlaten café 't Lieverdje een fles rosé laten ontkurken. Volgens de vrouwen zelf valt het wel mee met hun drankgebruik. "We hebben vanavond iets te vieren", vertelt Anke Meulendijks. "Ik ben net klaar met mijn studie en we komen terug van vakantie." Meulendijks kan zich goed voorstellen dat vrouwen van haar opleidingsniveau boven de gemiddeldes uitkomen. "Je zit hier met allemaal studenten in de stad en je gaat vaker iets drinken. Die drankjes tellen wel gewoon mee." Meulendijks is niet bang voor alcoholproblemen. "Ik haal gewoon mijn punten en ik zie er geen gevaar in. Vrouwen hebben bovendien een betere controle over hun alcoholconsumptie dan mannen."

De bestuursvoorzitter van de grootste verzameling hoog opgeleide vrouwen van Utrecht merkt niets van drankproblemen bij haar leden. UVSV-preses Margo Graatsma: "Ik geloof wel dat studentes vaker een glas drinken, omdat ze minder verantwoordelijkheden hoeven te dragen. Ik vraag me af of de problemen niet beginnen als de gezelligheid van een vereniging wegvalt."

Iris Louwerens, eerstejaars en Veritaslid en barvrouw van 't Lieverdje vindt dat het onderzoek maar met een korreltje zout moet worden genomen, omdat de conclusies van het ene onderzoek vaak worden tegengesproken door conclusies van een ander onderzoek. "Ik ben wel meer gaan drinken sinds ik studeer. Vroeger ging ik alleen in het weekend uit. Nu ga ik ook op dinsdag of op woensdag een biertje doen. Ik houd heel goed in de gaten wanneer ik wel of niet teveel drink. Maar er zijn avonden zat dat ik alleen op de fris zit."

Jurgen Swart

Zwaar drinken

Het Trimbos-instituut in Utrecht, het landelijk kennisinstituut voor de gezondheidszorg, de verslavingszorg en de geestelijke zorg presenteerde deze week een onderzoek naar het alcoholgebruik in Nederland. Het rapport heet 'Bovenmatig drinken in Nederland'.

De onderzoekers concluderen dat 8% van de volwassen bevolking problemen heeft met alcohol. Alcoholmisbruik komt voor bij 400.000 mensen en alcoholverslaving bij 325.000 mensen. Het betreft vooral mannen en jongeren, maar ook jonge vrouwen met een hogere opleiding vormen een risicogroep. Huisvrouwen lopen minder kans om verslaafd te raken dan werkende vrouwen. Mensen met alcoholproblematiek hebben vaak ook te kampen met psychische problemen, zoals depressie en angststoornissen.

De meest voorkomende vorm van bovenmatig alcoholgebruik is geregeld drinken. Bij mannen is dat gemiddeld meer dan 21 glazen per week, bij vrouwen gemiddeld meer dan 14. Daarna volgen misbruik en afhankelijkheid, en tot slot zwaar drinken. Voor mannen geldt dan een norm van meer dan 50, voor vrouwen meer dan 35 glazen per week.

Zie ook: www.trimbos.nl

Half jaar voorwaardelijk voor stalker

Omdat hij al jarenlang twee medewerkers van de faculteit Diergeneeskunde stalkt, is een 51-jarige man vorige week door de Utrechtse rechtbank veroordeeld tot een half jaar voorwaardelijke celstraf. Er was tien maanden voorwaardelijk tegen hem geëist.

Onenigheid over publicaties naar aanleiding van zijn promotie-onderzoek zette de stroom ongewenste contacten in gang. Volgens een psychiater lijdt de man aan een geestesziekte, waardoor hij verminderd toerekeningsvatbaar is.

De verdachte is er van overtuigd dat het de schuld van zijn promotors is dat hij zijn werk, geld en huwelijk kwijt is. Een contactverbod dat de kort-geding-rechter de man eerder oplegde, bleek geen effect te sorteren.

Ook nu legde de rechtbank de man als bijzondere voorwaarde op dat hij zich verder van elk contact met de slachtoffers of andere universiteitsmedewerkers onthoudt. Als hij dit verbod overtreedt, kan de voorwaardelijke celstraf worden omgezet in onvoorwaardelijk.

Hanneke Slotboom

Aardige aftrap UUR-debatten

"Wanneer ik wil promoveren heb ik er niets aan dat aio's in salarisschaal 10 zitten als vervolgens blijkt dat er geen aio-plaatsen meer zijn omdat die te duur zijn geworden." Opvallend veel studenten namen tijdens het eerste van een mogelijk lange serie middagdebatten stelling tegen de bonden. Die sleepten vorige week een prachtige regeling uit de cao-onderhandelingen maar dachten daarbij niet aan de consequenties, zo stelde onder andere universiteitsraadslid Bram Stoffele. Duurdere aio's betekent minder aio's.

Dr. Paul van Ekeren, voorzitter van de faculteitsraad van scheikunde, begrijpt niets van een dergelijke slachtofferhouding te begrijpen. Aio's hebben gezien hun werkzaamheden gewoon recht op die vergoeding. "Vecht de strijd op een ander front", was zijn boodschap aan de toekomstige aio's.

Het was één van enkele vermakelijke confrontaties afgelopen dinsdag. De naar schatting dertig toeschouwers bij het UUR-debat, een initiatief waarmee de universiteitsraad het inhoudelijke debat wil aanzwengelen, konden bij de discussies over een drietal stellingen plaatsnemen op de 'voor'- of 'tegen'-tribune. Verder waren er 'Lagerhuis'-frivoliteiten zoals het staan tijdens het spreken en het aftellen aan het einde van de discussie. Voorbijgangers sloegen het tafereel in de hal verbaasd gade.

In het debat over het bindend studieadvies (bsa) namen de meeste studenten wel een vertrouwde positie in: tegen. Maar docenten en onderwijscoördinatoren lijken een momentum te voelen, nu sociale wetenschappen van het college van bestuur ermee mag beginnen. Volgens Nikki Meijers, hoofd onderwijszaken van de faculteit rechten, trekken studenten zich niets aan van een dringend advies in het eerste jaar. En veel studenten vallen vervolgens na twee jaar toch af. "Overal in de maatschappij worden mensen beoordeeld, al bij de F-jes in het voetbal gebeurt het. Waar hebben studenten die uitzonderingspositie aan te danken?"

Dat zou best nog eens een moeilijk gevecht kunnen worden dachten verschillende studenten toen het aftellen begon. Tien, negen, acht, ....

XB

Filosofiestudenten zijn te relaxed

Studenten filosofie moeten harder studeren, en hun opleidingen moet hen daartoe meer aanzetten. Het lage studierendement, en de dito instroom, zijn de voornaamste manco's bij een prima studie. Dat blijkt uit een visitatierapport van de universiteitsvereniging VSNU. Bij de Utrechtse opleiding zijn de rendements- en doorstroomcijfers het allerbedroevendst.

De beoordelaars schrokken vooral in Utrecht van de slechts vijftien procent die na een jaar zijn propedeuse heeft, maar ze kunnen geen duidelijke oorzaak aanwijzen. Mogelijk speelt slechte studievoorlichting een rol. Intensievere begeleiding en de invoering van deeltoetsen moeten de cijfers verbeteren.

In Utrecht, qua grootte de tweede faculteit van het land, is de kwaliteit van het onderwijs dik in orde.

De bevindingen van VSNU zijn voor de faculteit geen verrassing. Zoals docent en voorzitter van het opleidingsbestuur wijsbegeerte T. van den Beld stelt: "wij weten dat onze rendementscijfers het zwakke punt zijn."

De filosofiestudenten doen erg lang over hun opleiding, zo blijkt verder uit het rapport. Tweederde heeft na drie jaar nog geen propedeuse, en nog niet de helft studeert in vijf jaar af. Toch is de studie niet te zwaar. Sterker nog: er is een 'uit de hand gelopen gedoogcultuur' ontstaan rond deadlines van werkstukken.

De commissie bepleit een cultuuromslag waarbij 'bindende afspraken niet langer als illegitieme beperkingen worden gezien.' Van den Beld hoopt dat het bamasysteem het instrument zal zijn om de rendementscijfers te verhogen en om een cultuuromslag te bewerkstelligen. De eerste behaalde resultaten in dit eerste bachelorjaar stemmen hem voorzichtig optimistisch.

Toch is het rapport niet een en al kommer en kwel. De opleidingen scoren allemaal een ruime voldoende. In het lijstje met rapportcijfers staat de Rijksuniversiteit Groningen eenzaam aan de top, met een 7,8. De UU eindigde op een gedeelde zesde plaats.

HOP/CN

Studenten mogen wonen in lege kantoren

De provincie Utrecht gaat het nijpende kamertekort in Utrecht aanpakken door studenten te huisvesten in leegstaande kantoorpanden. De provincie stelt momenteel een team samen dat ervoor moet zorgen dat leegstaande panden uiterlijk in 2006 geschikt zijn voor bewoning. De gemeente Utrecht, de universiteit en de Stichting Sociale Huisvesting (SSH) zijn gevraagd voor het zogenoemde aanjaagteam.

Het aanjaagteam krijgt 82.000 euro en vanaf deze zomer twee jaar de tijd om kantoorpanden te inventariseren die in aanmerking komen als woonruimte. Het team zal zich vooral bezighouden met het zoeken naar panden en contacten leggen met eigenaren. Ook wordt gekeken naar panden die nu nog in overheidshanden zijn, vertelt Van Buren. Het team zal verder contacten leggen met eigenaren en zich richten op zaken als brandveiligheid en bouwkundige aspecten. "Er zijn heel veel zaken waar je rekening mee moet houden", aldus Van Buren.

De SSH heeft inmiddels toegezegd in het team plaats te nemen. Harry Vos van de SSH is zeer enthousiast over de plannen: "Hopelijk komt het hele team snel bij elkaar, zodat we aan de slag kunnen." Vos hoopt dat tijdens de inventarisatie studenten al gehuisvest kunnen worden in kantoorpanden. "Het is onzin om daarmee te wachten tot het onderzoek in 2005 is afgerond." Hij verwacht dat er jaarlijks enkele honderden studenten gehuisvest kunnen worden in leegstaande kantoorpanden. "Het zou een perfecte oplossing zijn voor alle studenten die jaarlijks op zoek gaan naar een kamer."

FB

'Dat ze zo slim is, daar had ik geen idee van.'

 

Moeder en dochter: samen aan de studie, samen één scriptie

 

Samen met je moeder een studie volgen, dat is opmerkelijk, maar Chrisje ging een stap verder. Zij werkte met haar moeder Nelly Soeterbeek aan hetzelfde afstudeeronderzoek. Vorige week vrijdag kregen ze hun bul voor algemene sociale wetenschappen (asw).

 

Moeder Soeterbeek en dochter Chrisje hebben anderhalf jaar lang gewerkt aan hun onderzoek. Niet fulltime, want Soeterbeek heeft nog een kunst- en antiekzaak en Chrisje was druk met haar studie kunstgeschiedenis. Beiden voelden ze zich bij asw 'een vreemde eend in de bijt'. Soeterbeek (51) stroomde in omdat ze haar studie sociologie wilde afmaken, waarvoor ze in 1976 haar kandidaatsexamen had gehaald. En Chrisje (23) kwam net van het University College. Naast kunstgeschiedenis wilde ze afstuderen bij sociale wetenschappen. Toen besloten ze om samen 'iets leuks' te doen.

Voor de kersverse afgestudeerden was het logisch om samen een onderzoek te doen naar hun gezamenlijke interesse. Ze vormden een goed duo op de Utrechtse scholengemeenschappen, waar zij hun vragenlijsten aan de scholieren voorlegden: Soeterbeek straalde gezag uit en Chrisje stond dichter bij de doelgroep. Hun samenwerking verliep voorspoedig tot de analysefase. De dochter deed de statistische verwerking van het materiaal, terwijl de moeder de uitkomsten uitschreef. Soeterbeek had het er moeilijk mee. Ze ontbeerde voldoende kennis over statistiek en moest daarom telkens haar dochter om uitleg vragen. "Mam, snap je dat nou echt niet? Nee, zei ik dan", zegt Soeterbeek. Ze ging zich alsnog verdiepen in methoden en statistiek. Met succes, want begeleider Van Wel roemt het hoge niveau van hun analyse.

De laatste maanden was het scheiden van zaken en privé lastig. Chrisje: "Naast het afronden van het onderzoek had ik ook mijn laatste vakken kunstgeschiedenis. 'Even thuis eten', dacht ik dan. Daar kreeg ik vervolgens een portie statistiek op mijn bord. Mijn vader en mijn zusje waren op het laatste helemaal murw."

Soeterbeek heeft niet de opvoeder gespeeld binnen hun samenwerking. "Nee, met haar ben ik wel uitopgevoed." Maar toch, ze klinkt als een moeder als ze antwoord op de vraag wat ze ontdekt heeft aan haar dochter: "Dat ze zó slim is, daar had ik geen idee van."

CN

 

Wanneer is een onvoldoende een voldoende?

Dat leek helder, maar was het niet. De commissie maakte namelijk niet duidelijk hoe de afronding in zijn werk moest gaan. Met als gevolg dat de verwarring er in het eerste bama-jaar niet minder op werd, zo bleek althans in de faculteit Letteren. Tijdens een discussie in de faculteitsraad legde een docente uit hoe de nieuwe richtlijn door sommige van haar collega’s is geïnterpreteerd. “Omdat een 6,3 wordt afgerond naar een 6,5, besloten zij dat een 5,3 dus een 5,5 kon worden. Maar omdat volgens de bama-richtlijn geen 5,5 mag worden gegeven, werd die weer afgerond naar een 6. Het is op die manier voorgekomen dat studenten met een 5,3 toch een voldoende kregen.”

De mond van decaan Bertens viel open. “Zijn er echt docenten die een onvoldoende naar een voldoende hebben afgerond? Dat vind ik heel betreurenswaardig.” Gelukkig voor Bertens had het directeurenoverleg het probleem ook gesignaleerd. Om aan de onduidelijkheid een einde te maken is besloten de officiële bama-richtlijn voorlopig te negeren en niet af te ronden. Letterenstudenten krijgen voortaan een eindcijfer mét decimalen achter de komma. Daarbij geldt de regel: 5,5 en alles wat daarboven ligt is voldoende; alles onder 5,5 is onvoldoende. “Heel goed dat er nu duidelijkheid is”, knikte Bertens instemmend, “wij moeten vooral niet de indruk wekken dat wij bij Letteren niet kunnen rekenen.”

EH

Afronden

Navraag leert dat Aardwetenschappen studenten op een vergelijkbare manier beoordeelt als Letteren. De meeste andere Utrechtse opleidingen volgen de officiële bama-richtlijn en ronden het cijfer voor een vak tot en met de 6 af naar een geheel getal, waarbij 5,5 de harde grens vormt tussen onvoldoende en voldoende. De faculteiten Farmacie, Godgeleerdheid en Ruimtelijke Wetenschappen kennen die harde grens niet en laten hun docenten vrij om een cijfer tussen 5 en 6 naar eigen inzicht af te ronden. Een uitzondering vormt Natuur- en Sterrenkunde, waar pas 5,75 of hoger als voldoende geldt. Studenten met een eindcijfer tussen 5,25 en 5,74 (afgerond 5,5) krijgen een extra opdracht, waarvan het resultaat bepaalt of zij het vak wel of niet hebben gehaald.

Rechtenstudenten willen meer zetels

De studenten in de faculteitsraad Rechten gaan niet akkoord met een evenredige verdeling van de studentzetels in de nieuwe clusterraad van REBO (Recht, Economie, Bestuurs- & Organisatiewetenschap). Zij eisen als vertegenwoordigers van de grootste groep studenten vijf van de negen zetels op.

"Het zwaartepunt van de besluitvorming ligt straks bij de drie subfaculteitsraden", aldus Dorresteijn. "In onze visie krijgt de clusterraad maar een beperkt aantal taken. Als dat zo is, dan moet je op dat niveau ook geen parlementje willen spelen en om evenredige vertegenwoordiging vragen. Het lijkt me juist verstandig als de rechtenstudenten net als de studenten economie en B&O genoegen nemen met drie zetels. Dat laat duidelijk uitkomen dat de nieuwe clusterraad maar een beperkte taak krijgt."

Enkele personeelsleden in de raad steunden de decaan, maar de studenten waren niet onder de indruk. "Wij zijn met 3400 studenten, B&O heeft er krap 400. Dan zou het wel erg vreemd zijn als we straks allebei drie raadszetels krijgen", zei student-woordvoerder Karakaya. Zelfs een tussenvoorstel om akkoord te gaan met een verhouding 4:3:2 ging hem niet ver genoeg. "Op basis van de aantallen studenten willen wij een verhouding 5:2:2."

De studenten werden bijgevallen door raadslid Jongbloed, die het bestuur een handzaam compromis gaf. "Als we bij de studenten nu eens kiezen voor evenredige vertegenwoordiging en bij het personeel voor een verhouding 3:3:3, dan hebben we een mooie tussenoplossing, waarin we aan alle argumenten recht doen."

Hoewel van verschillende kanten instemmend werd gereageerd op het voorstel van Jongbloed, moeten de studenten nog even op duidelijkheid wachten. Definitief uitsluitsel volgt pas als een commissie uit de drie REBO-onderdelen zich over de kwestie heeft gebogen.

EH