Boswell-Bèta en Babel:het nieuwe James Boswell Instituut

Het James Boswell Instituut mag dan officieel per 1 januari niet meer bestaan, de cursussen krijgen een vervolg bij Boswell-Bèta en Instituut Babel. De lessen zijn in handen van vele vertrouwde JBI-docenten. Taalcursussen worden voor studenten wat duurder.

De transitie van het door de universiteit afgestoten James Boswell Instituut naar Instituut Babel en Boswell-Bèta gaat geleidelijk. Bewust, zeggen de directeuren van de twee ondernemingen. De cursussen blijven dezelfde en worden grotendeels door dezelfde docenten op dezelfde locatie gegeven. Maar inderdaad: per 1 september officieel onder twee nieuwe namen.

Docenten gaan zelfstandig
Marc Gebuis (foto links)  zegde zijn baan op bij Utrecht Summer School om directeur te worden  van instituut Babel dat al langer taal en communicatiecurssussen verzorgt. “Daar komen de taalactiviteiten van het Boswell bij.” Bètadocenten Bertho Driever, Hendrik Asper en Nick Blom zijn de oprichters van Boswell-Bèta, dat het onderwijs in de vakken wiskunde, natuurkunde, scheikunde en biologie gaat verzorgen.

De docenten die de taal- en bètacursussen geven, zijn meestal vertrouwde JBI-gezichten. Babeldirecteur Gebuis: “Zes of zeven medewerkers – docenten en ondersteuning - komen in dienst van Babel. Daarnaast hebben we een bekende groep flexibele krachten.”

Ook voor de Bètavakken blijft veel bij het oude. Bertho Driever: “Alle docenten die mee wilden zijn overgestapt. Een deel onder contract, een deel is freelancer geworden en twee docenten worden vanuit de UU gedetacheerd. Ook stappen twee administratieve krachten over naar Boswell-Bèta. Het leuke is dat het dezelfde ploeg mensen blijft (foto rechts). De organisatorische taken zijn verdeeld over de drie oprichters zodat onze voornaamste taak nog steeds het lesgeven is."

Het ziet er naar uit dat de twee bedrijven ook gewoon in hetzelfde gebouw op het terrein van Univeristy College kunnen blijven zitten. “De universiteit wil het pand aan ons verhuren”, zegt Gebuis. Babel gebruikt nu officieel de westelijke, Boswell-Bèta de oostelijke deur van het symmetrische pand. Driever: “Dit is natuurlijk een mooie plek om een cursus te volgen.”

Cursuskorting
Voorlopig blijft dus alles bij het oude wat betreft de cursussen. Wat verandert zijn de kortingen voor studenten van de UU als ze bij het taleninstituut een cursus gaan volgen. Gebuis: “Het James Boswell Instituut kreeg subsidie van de universiteit waarvan kortingen voor medewerkers en studenten werden betaald. Nu het taleninstituut een zelfstandige onderneming is en de bijdrage van de universiteit vervalt, moeten alle cursisten hetzelfde betalen. Maar doordat Babel een goedkoper draaiende organisatie is dan het JBI, zijn de basistarieven lager dan voorheen.”

Babel heeft verder een deal met de UU. "Zij zijn prefered supplier. Onze cursussen zoals Academisch Engels of Legal English zijn natuurlijk heel goed afgestemd op wat de universiteit nodig heeft. De UU blijft dus een grote afnemer van ons, hoewel er aan de overeenkomst geen verplichtingen zitten.”

Aan de bètakant blijven alle cursuskosten gelijk. Ook wordt de inhoudelijke samenwerking met de Bètafaculteit en met name het Freudenthal Instituut in stand gehouden, zegt Bèta-Boswell directeur Driever.  “Zo hebben we een gezamenlijke examencommissie die de kwaliteit van onze examens beoordeeld.”

Grotere markt
Zowel Babel als Boswell-Bèta ziet de toekomst zonnig in. Nu het twee zelfstandige ondernemingen zijn, kunnen de directeuren ook nieuwe avonturen aangaan. Zo heeft Babel een samenwerkingsovereenkomst gesloten met Nyenrode Business Universiteit voor zakelijke en intensieve taalcursussen. Gebuis: “Zakenmensen kunnen zich op het kasteel een week onderdompelen in de taal.”

Ook de bèta’s kijken inmiddels verder dan de universiteit. Driever: “Het JBI richtte zich voornamelijk op vwo’ers die bijvoorbeeld wis- of natuurkunde misten om aan hun universitaire studie te mogen beginnen. Maar ook jongeren die van de havo of het mbo naar het hbo gaan, hebben vaak baat bij een betere aansluiting. We werken nu bijvoorbeeld samen met de Hogeschool Utrecht op het gebied van wiskunde.”

Advertentie