Effect van NPO-gelden moeilijk te meten, aldus Rekenkamer
Hij stond met een ongemakkelijk gevoel in de Tweede Kamer, zei president Arno Visser van de Algemene Rekenkamer vanmorgen bij de presentatie van het Verantwoordingsonderzoek. Voor het derde jaar op rij moet hij de Rijksoverheid een onvoldoende geven.
De rekenmeesters zagen zo’n 15,5 miljard euro aan onrechtmatige verplichtingen in de boeken van de ministeries: bijna 5 procent. Er is geen goede controle op die uitgaven, ze zijn in strijd met de wet of het parlement heeft er geen toestemming voor gegeven.
Coronacrisis
Deels komen de onrechtmatigheden door de coronacrisis, waarin het kabinet snelle en dure beslissingen nam. Maar dit is het derde jaar op rij dat ministeries de tolerantiegrens van 1 procent overschrijden. De overheid moet de boel weer op orde krijgen, meent de Rekenkamer.
Er kwamen ook steeds aanvullende begrotingen als er weer iets veranderde. “Dat heeft het begrotingsproces voor het parlement en de ministeries onoverzichtelijk gemaakt”, oordeelt de Rekenkamer.
Bij het ministerie van OCW kreeg de Tweede Kamer 12 supplementaire begrotingen voorgelegd. Het ging dan om geld voor sneltesten of coronasteun voor het onderwijs. Alleen het ministerie van Volksgezondheid ging daar overheen met maar liefst 14 supplementaire begrotingen.
Het ministerie van OCW blijft niet helemaal buiten schot. De Rekenkamer zag ergens op de begroting 29,6 miljoen euro aan ‘fouten en onzekerheden’. Het gaat om uitgaven aan agentschappen zoals de Dienst Uitvoering Onderwijs. Het is een klein bedrag, vergeleken met de miljarden in de zorg.
Bij de bekostiging van universiteiten en hogescholen gaat het over het algemeen goed en ook de studiefinanciering blijft ruim onder de tolerantiegrens van de rekenmeesters.
Nationaal Programma Onderwijs
Het meest gevoelige punt is waarschijnlijk het Nationaal Programma Onderwijs: in 2021 kostte dat 3 miljard euro. Het is bedoeld om de klap van de coronacrisis op te vangen. Het wetenschappelijk onderwijs kreeg 410 miljoen euro en het hbo 530 miljoen euro, bijvoorbeeld voor de halvering van het collegegeld. De Universiteit Utrecht krijgt ongeveer 37 miljoen euro voor een periode van twee jaar dat onder meer gestoken is in het bevorderen van studentenwelzijn en hulp bij het studeren. Ook zijn er meer docenten aangenomen.
“De minister heeft de doelen van het Nationaal Programma Onderwijs onvoldoende duidelijk gemaakt”, meent de Algemene Rekenkamer. “Daarom zal hij na afloop van het programma niet kunnen beoordelen of deze grote investering in het onderwijs het gewenste effect heeft gehad. We vinden het zorgelijk dat miljarden aan publiek geld worden uitgegeven aan een programma waarbij het behalen van de doelen nooit beoordeeld zal kunnen worden.”
Verder wijst de Algemene Rekenkamer op een ‘langlopende onvolkomenheid’ in de informatiebeveiliging bij DUO. Voor het vierde jaar op rij geven de rekenmeesters daar een onvoldoende voor.