Groot onderzoek naar medezeggenschap
Leden van medezeggenschapsraden van hogescholen en universiteiten krijgen vandaag een flinke lijst met vragen toegestuurd. Uit hun antwoorden moet blijken wat er beter kan aan de medezeggenschap in het hoger onderwijs.
Eind 2013 besloot minister Bussemaker dat er een speciale monitor moest komen over de stand van de medezeggenschap aan hogescholen en universiteiten. Ze wil dat bestuurders de medezeggenschap serieus nemen en dat ze hun raadsleden voldoende scholing en voorzieningen gunnen.
Aan dat laatste ontbrak het nogal eens, bleek uit eerder onderzoek van de Landelijke Studenten Vakbond en twee verenigingen van medezeggenschapsraden, SOM en LOF. Ook het Interstedelijk Studenten Overleg drong aan op een cultuuromslag.
De studentenbonden en de verenigingen van hogescholen, universiteiten en medezeggenschapsraden hebben de afgelopen maanden onderhandeld over de vragen in de monitor en de precieze formulering ervan. Veel vragen gaan over de voorzieningen voor de raadsleden. Verder moeten ze aangeven of ze tijdig geïnformeerd worden door bestuurders, of die de raad respecteren en hoe het contact is met de raad van toezicht en de opleidingscommissies. Ook wordt gevraagd naar het effect van de medezeggenschap.
Het Nijmeegse onderzoeksbureau ITS zet de antwoorden op een rij. De monitor zal worden gepresenteerd op 17 juni, de landelijke Dag van de medezeggenschap. Het onderzoek zal de drie jaar achter elkaar worden herhaald.
De instellingen kunnen hun scores wel vergelijken met het gemiddelde, maar de scores zijn vooralsnog niet herleidbaar tot individuele instellingen. Volgens bestuurslid Rosanne Broekhuizen van het ISO is naming and shaming bewust achterwege gelaten. Ze hoopt dat instellingen hun medezeggenschapcultuur op eigen initiatief verbeteren. “Mocht uit de volgende monitor blijken dat dit niet gebeurt, dan kun je andere stappen overwegen.”