Herkansen met een 4 mag nog zeker een jaar
Nog een jaar herkansen met een 4. Daarna kan dit cijfer worden verhoogd naar een 4,5. Mits alle opleidingen tegen die tijd voldoende tussentijdse toetsen afnemen en de U-raadsleden op één lijn zitten.
De personeelsleden in de Universiteitsraad zijn vooralsnog tegen het verhogen van het minimumcijfer van een 4,5 om een tentamen te mogen repareren. De studenten zijn principieel tegen. Dat bleek maandag tijdens de bespreking van de nieuwe onderwijsrichtlijn in de laatste U-raadvergadering van dit academische jaar. Na een lange discussie vol verwarring, besloot het universiteitsbestuur dat de oude richtlijn nog een jaar meekan.
Oneens/eens
De studenten in de U-raad willen niet dat de 4 een 4,5 wordt, omdat daar geen draagvlak voor is onder studenten van de Universiteit Utrecht. Ook de medezeggenschapsraad van de faculteit Recht, Economie, Bestuur en Organisatie (Rebo) is geen voorstander. Daarbij hebben studenten geen kans gekregen om met het universiteitsbestuur te overleggen over deze verhoging. Ook vinden de studenten de maatregel niet goed beargumenteerd.
De personeelsgeleding van de U-raad is het in de basis eens met het College van Bestuur. De medewerkers onderschrijven het uitgangspunt van een toetsingsprocedure met meerdere toetsmomenten, goede feedback op gemaakte toetsen en snelle reparatietoetsen. Faculteiten die deze procedure volgen, mogen naar de 4,5 ofwel een afgeronde 5. Dat cijfer is het gemiddelde van alle toetsen die de student dat blok voor die cursus heeft gemaakt. Maar faculteiten die deze toetsprocedure niet volgen, moeten de 4 blijven hanteren. En dat zijn er nog wel een paar, legt de personeelsgeleding uit.
Rector Bert van der Zwaan zegt blij te zijn met de inhoudelijke argumenten en legt nog eens uit waarom het College van Bestuur hecht aan dit toetsprotocol: in het verleden werden herkansingen op herkansingen gestapeld, wat leidde tot studievertraging, verminderde focus van studenten op de studie en werkdruk voor de docenten. “Dus als we aansturen op een snelle reparatie, dan zijn we het eens.”
Offday
Dat ging de studenten wat te snel. Herkansen vanaf een 4,0 moet mogelijk blijven, omdat elke student weleens een enorme offday heeft met een dramatisch cijfer tot gevolg. Dan moet je een herkansing mogen doen en een cijfer kunnen halen waar je trots op kan zijn, zegt studentraadslid Wijnand de Leeuw.
Maar, antwoordt Van der Zwaan, als je eindcijfer zo laag is dat je niet in aanmerking komt voor een aanvullende toets, dan moeten je tussentijdse toetsen ook wel heel slecht zijn gemaakt. Dan moet je gewoon het vak overdoen.
Maar niet elke opleiding heeft tussentijdse toetsen, zegt Wijnand. “Er zijn nog veel opleidingen en zeker masteropleidingen, waar er maar 1 toetsmoment is. Of misschien 2. Als mijn essay 30 procent van het cijfer bepaalt en de eindtoets 70 procent, dan is een offday verschrikkelijk.”
Verwarring
Hoewel de discussie vrij helder begon, breekt nu de verwarring uit. Het universiteitsbestuur gaat er klaarblijkelijk vanuit dat alle vakken voldoende tussentijdse toetsen kennen. De studenten weten wel beter. Wn als het universiteitsbestuur spreekt over voldoende, wat is dan eigenlijk voldoende? Is één tussentijdse toets al genoeg? Ook blijken de studenten enerzijds en de rector en de personeelsleden van de U-raad anderzijds het over verschillende toetsen te hebben. De studenten hebben het steeds over herkansingen, de anderen over aanvullende toetsen. Die twee toetsen blijken niet hetzelfde te betekenen.
Er moet nodig worden geschorst. En dat gebeurt ook.
Voorlopige consensus
Na het korte overleg binnen de eigen gelederen wordt er veel duidelijk. De universiteitsraadsleden zijn allemaal voor een brede toetsing met tussentijdse toetsen, feedback en een eindtoets. Ook vinden zij dat dit eerst universiteitsbreed goed en op eenzelfde manier geregeld moet zijn, voordat er pas weer gesproken mag worden of de 4 een 4,5 mag worden. Een en ander moet in goed overleg met faculteiten gebeuren.
Daarbij blijft er een verschil van mening tussen de medewerkers en de studenten. De medewerkers zijn voor aanvullend toetsen: het maken van een toets over een bepaald deel van de stof die in een vak is behandeld. De studenten willen een herkansing behouden, een hertentamen dat de gehele stof beslaat.
Het universiteitsbestuur is tijdens de schorsing tot het inzicht gekomen, dat de toetsingsprocedure inderdaad eerst overal dezelfde moet zijn, om een centrale richtlijn af te spreken. Tot dat is bereikt, gaat de afgeronde 5 de ijskast is.
Vervolgdiscussie
Het komende academisch jaar moet er dus nog veel worden overlegd tussen de medewerkers en de studenten van de U-raad enerzijds en het universiteitsbestuur anderzijds. De personeelsgeleding zegt desgewenst aan de zijde van de rector te staan als het gaat over aanvullende toetsen en het opkrikken van het cijfer naar een 4,5. De studenten houden vast aan de herkansing want, zeggen zij, er zijn inmiddels voldoende andere maatregelen om het studiesucces te vergroten zoals het bindend studieadvies.
Er wacht de nieuwe Universiteitsraad een schone taak voor het volgende jaar. Ten eerste moeten de raadsleden onderling het gesprek aangaan over aanvullende toetsen en herkansingen. Daarbij moet de hele raad in de gaten houden of alle opleidingen toetsen volgens de gewenste richtlijn. En tot slot moet de discussie worden gevoerd over hoeveel tussentijdse toetsen voldoende zijn. Is het gemiddelde van 1,8 toets per vak van de Rebo-faculteit - zoals het College van Bestuur had laten uitrekenen voor deze vergadering - bijvoorbeeld voldoende, of is dat toch net te weinig?
Nadat dit punt in de ijskast is gezet, wordt de rest van de onderwijsrichtlijn met enige tekstuele aanpassingen aangenomen.