Primeur: faculteitsraad in het Engels
Dat de raadsleden in het Engels spraken, heeft te maken met het toetreden van de Italiaanse PhD Federico d’Ambrosio tot de faculteitsraad. De informaticus vervangt zijn collega Nina Rosa die vanwege persoonlijke omstandigheden moest terugtreden.
Raadsvoorzitter Kees van Walree stelde bij aanvang van de vergadering dat elk raadslid zich mocht uiten in het Engels óf Nederlands. In de praktijk bleek daarna dat iedereen voor het Engels koos. D’Ambrosio is de Nederlandse taal nog niet voldoende machtig om discussies te volgen.
Op zoek naar woorden
Voor zover bekend is het de eerste keer dat er tijdens een Utrechtse faculteitsraad vrijwel uitsluitend Engels was te horen. Dat niet-Nederlandstalige raadsleden soms in het Engels het woord voeren, is geen onbekend fenomeen. Maar zij zijn dan wel in staat Nederlands te verstaan en te lezen. Een vergadering vrijwel geheel in het Engels kwam waarschijnlijk niet eerder voor.
Enkele raadsleden en bestuursleden waren soms duidelijk op zoek naar woorden en uitdrukkingen en stapten af en toe toch over op het Nederlands. Zowel d’Ambrosio als Van Walree waren na afloop echter zeer tevreden.
“Ik ben blij met hoe het er hier en ook in de voorbereidende vergaderingen aan toegaat”, stelt d’ Ambrosio. “Soms begrijp ik niet helemaal wat er gezegd wordt of wat er in de stukken staat, maar dan krijg ik hulp. Volgens mij voelde iedereen zich hier prettig bij. ”
Van Walree: “Vooral technische of juridische termen leveren af en toe problemen op. Maar door de context zijn die vrij snel duidelijk. Ik denk dat een ieder goed wist te verwoorden wat diegene wilde zeggen.”
Cursus Nederlands
Het was al de afspraak dat d’Ambrosio aankomende september Rosa zou opvolgen als vertegenwoordiger van hun departement; zijn entree is slechts versneld. De faculteitsraad stelde vooruitlopend op de komst van de Italiaan dit jaar al een nota over het gebruik van Engels vast. Met de uitbreiding van het aantal niet-Nederlandstalige studenten en medewerkers was een uitspraak over de voertaal in de raad bovendien sowieso gewenst.
De nota wijst erop dat veel vergaderstukken nog in het Nederlands zijn. De faculteit kan wellicht een slag maken door die ook in het Engels beschikbaar te stellen, maar documenten van het universiteitsbestuur of van de rijksoverheid zijn vaak in het Nederlands opgesteld. Kandidaten die het Nederlands niet machtig zijn, moeten daarom de mogelijkheid krijgen om een gratis cursus Nederlands te volgen.
Volgens de nota mag een niet-Nederlandstalig lid zijn bijdragen zowel mondeling als schriftelijk in het Engels leveren. Discussies waarbij het raadslid was betrokken vinden zoveel mogelijk in het Engels plaats.
D’Ambrosio volgt op dit moment een dergelijke cursus. Maar voor hem was de mogelijkheid om in het Engels te discussiëren een voorwaarde om zich kandidaat te stellen. “Ik denk dat dat logisch is. Zo'n dertig procent van de medewerkers hier is niet-Nederlandstalig. Je wilt dat die ook kunnen meepraten over het beleid van een faculteit. Eigenlijk zouden daarom ook de stukken in het Engels te lezen moeten zijn. Maar ik snap dat je niet alles van de ene op de andere dag kunt veranderen. Zoals het nu gaat is het voorlopig prima.”