Tweede Kamer ziet flexstuderen wel zitten

Vlak voor de kerstvakantie kreeg de Tweede Kamer een evaluatie toegestuurd van een experiment met flexstuderen. Dat is een systeem waarin studenten per jaar minder vakken volgen en dan ook minder collegegeld betalen.

Dit zou prettig kunnen zijn voor bijvoorbeeld topsporters, mantelzorgers, ondernemers en studenten met een functiebeperking, is de gedachte erachter. Het hoger onderwijs zou er toegankelijker van worden.

Het nieuwe kabinet kan een wetsvoorstel indienen om flexstuderen formeel mogelijk te maken, schreef oud-minister Ingrid van Engelshoven in een begeleidende brief bij het evaluatierapport.

Positief, welwillend
Daar is in de Tweede Kamer veel sympathie voor, blijkt uit een verzameling schriftelijke vragen over de evaluatie. VVD en D66 zijn ronduit positief, net als oppositiepartij PvdA. De ChristenUnie is “welwillend”. Het CDA heeft deze keer geen vragen gesteld, maar was in het verleden ook enthousiast.

De kleine fractie Volt klinkt wat neutraler: die wil vooral weten of het huidige experiment bij vijf instellingen, waaronder de UU. wel uitgebreid genoeg is om een wetswijziging op te baseren. 

Alleen SP en GroenLinks zijn ronduit kritisch. Ze maken zich bijvoorbeeld zorgen over de samenhang van opleidingen, als studenten meer vrijheid krijgen om de vakken te kiezen waar ze zin in hebben.

Vermarkting
“Curricula zijn er niet voor niets”, merkt de SP op. GroenLinks ziet dat gevaar ook: “Een opleiding doen is geen optelsom van losse pakketjes aan vakken, maar een samenhangend geheel.

De SP ziet flexstuderen als “een beweging naar vermarkting” in het hoger onderwijs. “Instellingen worden voor hun inkomsten afhankelijk van het aantal studiepunten dat wordt behaald voor ingeschreven vakken, in plaats van inschrijving en diplomering aan een opleiding.”

GroenLinks heeft er moeite mee “dat de discussie nu primair gevoerd lijkt te worden op basis van financiële argumenten”. De partij maakt zich zorgen “dat juist over de lange termijn effecten van flexstuderen op het onderwijs als gemeenschap nog vrij weinig bekend is”.

Het verschil in opvatting tussen GroenLinks en PvdA is opvallend. De twee fracties proberen zoveel mogelijk als één blok te opereren. Maar de PvdA zat in de regering toen het experiment met flexstuderen werd gestart en was altijd al voorstander.

Mening Dijkgraaf nog onbekend
De vorige minister van Onderwijs, Ingrid van Engelshoven, was ook positief. Het is nog niet bekend hoe haar opvolger en partijgenoot Robbert Dijkgraaf erover denkt. Hij moet de vragen nog beantwoorden.