Universiteit houdt opnieuw geld over
Zoals het er nu uitziet, kan de UU in 2014 een financieel overschot van 30 miljoen euro tegemoet zien. Volgens het universiteitsbestuur hebben veel faculteiten moeite om binnen dit begrotingsjaar vacatures te vervullen.
In een extra bijeenkomst van de financiële commissie van de universiteitsraad over de nieuwe kwartaalcijfers vroegen raadsleden collegelid Anton Pijpers deze week om uitleg over het te verwachten exploitatiesaldo van 31.9 miljoen. Vorig jaar bedroeg het overschot immers ook al meer dan 44 miljoen euro. Te veel, vonden de universiteitsraadsleden toen.
Pijpers benadrukte dat het verwachte resultaat in de eerste plaats het gevolg is van “prudent financieel beleid” en “een compliment waard”. Dat er in 2014 opnieuw een grote ‘plus’ wordt geboekt is volgens hem voor een groot deel het gevolg van een extra toegekende rijksbijdrage van zo’n 10 miljoen waar niet op was gerekend en te laag ingeschatte inkomsten uit collegegelden (2.4 miljoen).
Daarnaast dreigen de faculteiten een behoorlijke som geld over te houden: naar verwachting in totaal 6.8 miljoen. De afgelopen weken voerde Pijpers gesprekken met de faculteitsdecanen. “Daarbij was steeds ons verhaal: zorg dat je doet wat je hebt voorgenomen.”
Het grote vertrouwen in de financiële stabiliteit binnen de organisatie zorgt ervoor dat het college van bestuur financieel “scherper aan de wind kan varen”, aldus Pijpers. De universiteit hoeft volgens hem minder financiële zekerheidsmarges in te bouwen en kan meer middelen direct ten goede laten komen aan de universitaire onderdelen.
Pijpers verwijst daarmee onder meer naar het extra huisvestingsbudget van 5 miljoen dat de faculteiten vanaf volgend jaar kunnen verdelen. Het universiteitsbestuur kwam daarmee tegemoet aan wensen van de universiteitsraad. Ook is er ruimte om te investeren in onderwijs, onderzoek en ict.
Tegelijk ziet Pijpers dat de faculteiten die extra middelen maar moeilijk “weg kunnen zetten”. De nieuwe strategische thema’s krijgen veel geld om hoogleraren aan te stellen en apparatuur aan te schaffen, maar hebben tijd nodig om die middelen ook daadwerkelijk te besteden. Zo is de gewenste kandidaat voor een hoogleraarspost soms niet of pas later beschikbaar. Ook zijn er opleidingen die zitten te springen om docenten, maar er niet in slagen om deze binnen de begrotingsperiode te werven en aan te stellen. “Dat is allemaal iets vertraagd, maar daar komt nu duidelijk beweging in.”
Pijpers zegt ervan uit te gaan dat het overschot over 2015 aanmerkelijker kleiner zal zijn. Enkele faculteiten hebben al aangegeven minder positief te zijn over de financiële vooruitzichten voor de komende jaren dan over dit jaar.