Arbeidsinspectie kritisch

UU-aanpak van werkdruk en ongewenst gedrag schiet tekort

Foto DUB

De UU heeft geen zicht op het aantal uur dat haar wetenschappelijk personeel werkt. Daarmee overtreedt de universiteit de arbowet, zo is in het rapport te lezen. 

Volgens de Arbeidsinspectie heeft de universiteit bovendien geen goed beeld van de oorzaken van het structurele overwerk en van de ervaren werkdruk. Ook kan ze niet bewijzen de problematiek op een systematische wijze aan te pakken. 

Voor het tegengaan van discriminatie op de werkvloer geldt in grote lijnen hetzelfde. Mede daardoor is het onduidelijk of de maatregelen die de universiteit neemt wel effectief zijn.

Sluit aan bij landelijk beeld
Het UU-bestuur stuurde het deelrapport van de Arbeidsinspectie vorige week naar de U-raad. Half mei verscheen al een algemeen rapport van de inspectie over het beleid van alle Nederlandse universiteiten.

De Arbeidsinspectie had de universiteiten in 2020 na klachten van protestbeweging WOinActie gevraagd plannen te maken om overmatige werkdruk en ongewenst gedrag te bestrijden. Het afgelopen jaar is gekeken of de universiteiten inderdaad aan de slag zijn gegaan. Daarvoor werden beleidsdocumenten bestudeerd, interviews gehouden en medewerkers bevraagd.

De uitkomsten van het onderzoek bij de UU sluiten vrijwel naadloos aan bij wat de Arbeidsinspectie landelijk aantrof: universiteitsmedewerkers lijden massaal onder hoge werkdruk en onder ongewenst gedrag en de instellingen slagen er maar niet in om daar werkelijk iets aan te doen.

Extreem veel werken’
Ook de resultaten uit een enquête onder 1041 UU-wetenschappers komen grofweg overeen met het landelijke beeld. 

Enkele Utrechtse uitkomsten zijn:

  • 79 procent vindt dat er “heel hard” gewerkt moet worden
  • 40 procent vindt dat er “een extreme hoeveelheid werk” verricht moet worden
  • 75 procent had de afgelopen twee jaar “meer dan incidenteel” last van stress 
  • 33 procent heeft een verhoogde kans op burn-out
  • 56 procent heeft te veel taken
  • 58 procent werkt structureel over
  • 39 procent heeft last gehad van pestgedrag
  • 31 procent is slachtoffer van ‘wetenschappelijk gerelateerd ongewenst gedrag’
  • 59 procent noemt machtsverschillen en afhankelijkheid als oorzaak van ongewenst gedrag

Hoewel de focus lag op het wetenschappelijk personeel zegt de Arbeidsinspectie ook signalen te hebben ontvangen dat andere UU-medewerkers te maken hebben met een soortgelijke problematiek.

Maatregelen tegen werkdruk
De Arbeidsinspectie erkent dat de UU tal van maatregelen heeft genomen om werkdruk en discriminatie op de werkvloer te voorkomen. De effectiviteit en het bereik daarvan wordt echter nauwelijks gemeten. Of het programma Erkennen & Waarderen al leidt tot minder nadruk op onderzoeksprestaties en meer waardering voor onderwijstaken, is ook nog lastig vast te stellen.

De inspectie vraagt zich bovendien af of de uitgebreide zorgstructuur met vertrouwenspersonen, ombudsfunctionarissen, contactpersonen et cetera niet te ingewikkeld is. Weten medewerkers wel wanneer ze bij wie moeten aankloppen?

In de enquête werd ook onderzocht of UU-medewerkers bekend zijn met de verschillende UU-maatregelen en of ze er baat bij denken te hebben. De bekendste maatregel is volgens de respondenten de vergader- en e-mailluwe week. Bijna 80 procent van de respondenten weet dat de UU enkele keren per jaar zo’n week heeft. Het minst bekend is ‘GoodHabitz’, een online platform voor trainingen op het gebied van inclusiviteit en goed leiderschap.

De meest gewaardeerde maatregel is het aanstellen van meer vaste UD’s waarvoor de UU 50 miljoen euro uittrok. Ook de Arbeidsinspectie prijst die investering in haar rapport als een maatregel die nu eens niet uitgaat van een op het individu gerichte symptoombestrijding. Van de Week van de Werkstress hebben de respondenten de laagste verwachtingen.

Aanbeveling
De UU krijgt van de Arbeidsinspectie onder meer als aanbeveling om werkdruk, discriminatie en werkdruk, oftewel ‘psychosociale arbeidsbelasting’meer aandacht te geven in de risicoanalyses die faculteiten en diensten maken voor de gezondheid en veiligheid van medewerkers. Ook zou er meer onderzoek gedaan moeten worden naar het voorkomen en beperken van werkstress binnen de organisatie.

De Arbeidsinspectie kondigt aan in 2025 zogenoemde handhavende inspecties te zullen verrichten bij de veertien universiteiten. Als de instellingen dan geen verbetering laten zien, volgen mogelijk boetes.

Reactie College van Bestuur
In een reactie op intranet (alleen met Solis-id, red.) ging collegevoorzitter Anton Pijpers vorige maand al in op de bevindingen van de Arbeidsinspectie: “Het rapport bevestigt dat het verbeteren van sociale veiligheid en het verlagen van werkdruk voortdurend onze aandacht nodig heeft”, zegt hij. “Een veilige en prettige werkomgeving is een voorwaarde om goed te kunnen werken en studeren bij de Universiteit Utrecht.”

Pijpers benoemt verschillende maatregelen die de UU heeft genomen om iets aan de problematiek te doen. Ook hij verwijst naar de miljoeneninvestering in vaste aanstellingen, maar ook naar het nieuwe beleid om scherpere keuzes te maken in welke projecten de universiteit wél wil aanpakken en welke niet.

Voor wat betreft de aanpak van ongewenst gedrag denkt hij dat daarover vooral gesprekken op de werkvloer gevoerd moet worden. Het UU-bestuur hoopt die gesprekken te kunnen bevorderen. “’Samen’ blijkt steeds weer een sleutelbegrip bij het creëren van een veilige omgeving.”

Aanpassing arboplan
Naar aanleiding van het rapport van de Arbeidsinspectie is mede op aandringen van de U-raad ook het arbojaarplan van de universiteit aangepast. In de nieuwe versie is te lezen dat er steviger wordt ingezet op de aanpak van sociaal onveilige situaties. Dit gebeurt onder meer door de inzet van teamcoaches. Ook is het de bedoeling dat er dit najaar grote dialoogsessies over het thema worden gehouden binnen de universiteit.

Hoogleraar Naomi Ellemers heeft de opdracht gekregen onderzoek te doen naar de belangrijkste maatregelen die in het arboplan zijn opgenomen. Op die manier hoopt de UU ook te kunnen bewijzen de problematiek op een doordachte en systematische wijze te lijf te gaan.

Advertentie