UU-centrum voor elektronenmicroscopie geopend

Vier faculteiten verenigd om samen fundamenteel onderzoek te doen

elektronenmicroscoop Screenshot video UU
Foto's: video Universiteit Utrecht

“Gaan mensen na het 43ste brandalarm nog naar buiten?”, grapt Peter Blok, die vanuit Vastgoed & Campus  verantwoordelijk was voor de opdracht voor de bouw van het Life Sciences cluster in het David de Wiedgebouw. Hoewel vrijwel alle aanwezigen hier hartelijk om lachen, zet het ook de toon van de opening: opluchting. Het gebouw waarvan de eerste paal officieel werd geslagen in september 2019,  is af -de microscopen zijn verhuisd en het onderzoek kan weer volle kracht vooruit..

Het zijn niet alleen de elektronenmicroscopen, die tussen de 1 en 5 miljoen euro per stuk kosten, die deze opening bijzonder maken. Het gaat allereerst om het feit dat ze nu bij elkaar te vinden zijn, waardoor microscopie van verschillende wetenschappen gecombineerd wordt. Daarnaast is de aanbouw de optimale omgeving voor de gevoelige apparaten. Wat aan de buitenkant niet te zien is, is dat het op vier blokken van elk 35 ton beton gebouwd is. Elk van deze blokken staat op veren, om trillingen van buitenaf tegen te houden. Ook is er ruimte vrijgehouden voor nog betere microscopen die nog ontwikkeld moeten worden. Een toekomst waar de UU nu volgens de toespraak van collegevoorzitter Anton Pijpers deze vrijdag helemaal klaar voor is.

elektronenmicroscoop foto: Robert Oosterbroek UU

Opening Elektronenmicroscopie Centrum. Foto: Robert Oosterbroek, Universiteit Utrecht

”De kern is fundamenteel onderzoek. We hebben vier faculteiten zien te bundelen. De projecten binnen het centrum slaan op maatschappelijke vraagstukken en sluiten zo volledig aan bij de doelstellingen van onze universiteit.” De vraagstukken die door de faculteiten Bètawetenschappen, Geowetenschappen, Diergeneeskunde en Geneeskunde behandeld worden, variëren van vruchtbaarheid tot platentektoniek en duurzame katalyse tot virussen. Of, zoals door Geowetenschappen benadrukt, van planeet tot atoom.

Hoewel de vier faculteiten al enigszins samenwerkten, was dit meer op materieel niveau dan inhoudelijk. Geowetenschappen heeft bijvoorbeeld gebruik gemaakt van de microscopen van het UMC. Maar nu moet het nieuwe centrum zorgen voor inhoudelijke samenwerkingen. Dit regelen ze bijvoorbeeld door verschillende interne seminars, maar ook door simpele middelen zoals een gezellige koffiehoek waar men elkaar letterlijk tegenkomt. Decaan Bètawetenschappen Isabel Arends spreekt de hoop uit dat het ook een gastcentrum wordt voor onderzoekers in heel Nederland.

elektronenmicroscoop Screenshot video UU

Onder de term onderzoekers vallen veel mensen, elk niveau doet mee. Er wordt onderwijs gegeven aan zowel bachelor- als masterstudenten in de vorm van practica. Zij kunnen ook kiezen hun bachelor- of masterthesis bij een van de betrokken onderzoeksgroepen te schrijven. Marijn van Huis, directeur van het Elektronenmicroscopie Centrum, legt uit dat er op meerdere plekken groei mogelijk is. “Op het gebied van onderzoek biedt het kansen omdat je met deze mooie faciliteiten onderzoeksvoorstellen kan binnenhalen waardoor er nieuwe posities voor bijvoorbeeld PhD’ers of postdocs vrij komen. Omdat het centrum zoveel verschillende technieken in huis heeft, kunnen de onderzoekers die van elkaar leren.” Als voorbeeld noemt hij invriestechnieken (cryo-EM) die ontwikkeld zijn voor biologische monsters. “Deze kunnen worden gebruikt voor stralingsgevoelige zachte materie in de materiaalwetenschappen.”

elektronenmicroscoop Screenshot video UU

Welk nieuw onderzoek er mogelijk is in het centrum, is nog niet helemaal duidelijk. Het hangt ook af van wat de samenwerkingen zullen brengen. Er wordt wel veel gespeculeerd. Veel van de aanwezige onderzoekers geven aan dat ze meer met kunstmatige intelligentie en wiskundigen willen samenwerken. Zo kunnen ze zelf nieuwe beeldverwerkingstechnieken maken die nu gekocht worden van de leveranciers van de microscopen. Anderen hebben concretere plannen, zoals het kunnen kleuren van afbeeldingen, elektronenmicroscopie werkt niet met licht en is dus vaak zwart-wit, en het kunnen werken buiten het vacuüm van de elektronenmicroscoop, dus in de aanwezigheid van een gas of vloeistof, waarbij bijvoorbeeld nanodeeltjes in hun ‘echte’ chemische omgeving afgebeeld kunnen worden.

Minister Dijkgraaf, die als UU-alumnus spreekt van een plaatsvervangende trots, noemt deze onwetendheid ook het mooist. “Wetenschap is een blikopener. Wat je precies gaat doen? Als je dat wist, heb je geen onderzoek meer nodig. Daarom is dit centrum ook een metafoor voor de hele wetenschap.”

Advertentie