Waarom is de Open Dag voor nieuwe bachelorstudenten nog online?
Dat aankomende studenten en vooral ook vaak hun ouders zich verbaasd afvragen waarom de UU de deuren op de Open Dag gesloten houdt, kan afdelingshoofd Jessica Winters zich goed voorstellen. De maatschappij is vrijwel geheel geopend en het virus blijkt steeds minder ziekmakend. Voor corona kwamen er altijd zo’n 15.000 studiekiezers per dag naar Utrecht op de Open Dagen.
Toch staat Winters, verantwoordelijk voor de nationale en internationale studentenwerving van de Universiteit Utrecht, nog vierkant achter de beslissing om de informatiebijeenkomsten ook dit jaar online aan te bieden op één dag.
“Ja, het is erg jammer dat studiekiezers nu niet terplekke kennis kunnen maken met de campus, en ik zou het liever anders zien, maar we zitten nog steeds in een pandemie. Er zijn dagelijks 70.000 besmettingen. We willen als universiteit liever niet al die duizenden bezoekers in volle collegezalen of informatiemarkten samenbrengen. Nog afgezien van de vraag of we er een vergunning voor zouden krijgen en of we zouden kunnen voldoen aan de eisen die er dan gesteld zouden worden aan de organisatie.”
Beslissing al eerder genomen
En zelfs als er helemaal geen risico meer zou zijn geweest, had de Open Dag waarschijnlijk online plaatsgevonden. Winters stelt dat de universiteit met het oog op een goede organisatie van het evenement afgelopen december al een beslissing moest nemen over de manier waarop de Open Dag zou plaatsvinden.
Op dat moment was het nog niet duidelijk hoe ziekmakend de besmettelijkere Omikron-variant was en golden er nog allerlei beperkende maatregelen. Ook andere universiteiten gaven op dat moment aan hun Open Dagen online te zullen houden. “Je kunt dan niet een maand voor het evenement de boel omgooien en de roosteraars vragen om even snel tweehonderd collegezalen te regelen.”
Volgens Winters krijgen 2800 scholieren die een Utrechtse bacheloropleiding willen gaan volgen overigens dit voorjaar wel degelijk de mogelijkheid om een kijkje te komen nemen in de universiteitsgebouwen. De UU organiseert in april en mei zogenoemde ‘campustours’ waarbij groepjes van vijftien studiekiezers onder begeleiding van twee studenten de binnenstad of het Utrecht Science Park gaan verkennen, al naar gelang de studies waar ze in interesse in hebben. Daarnaast organiseren de meeste opleidingen meeloopdagen. “In zo’n kleinschalige opzet is het goed mogelijk om studenten te ontvangen.”
Tevredenheid over online aanbod
Winters benadrukt dat veel van de bezoekers van de Open Dagen de afgelopen twee jaar behoorlijk tevreden waren over de online opzet. Ze gaven het evenement zelfs een iets hoger cijfer dan de pre-corona Open Dagen, een effect dat vooral bij bezoekers van Open Dagen voor masterstudenten optrad.
Het afdelingshoofd wijst erop dat aankomende studenten het onder meer prettig vinden dat ze informatie op een later – zelfgekozen - moment nog eens terug kunnen lezen of video’s opnieuw kunnen bekijken. “En in een online chat durven ze vaak eerder een vraag te stellen dan in een grote collegezaal. Er was veel meer interactie.”
En er zijn nog andere lessen waarvan Winters in de toekomst gebruik wil maken. “Zo is een online bijeenkomst veel duurzamer en inclusiever. Die duizenden scholieren en hun ouders hoefden nu niet naar Utrecht te reizen en voor internationale studenten en studenten met een fysieke beperking is een online bijeenkomst veel toegankelijker.”
Het afdelingshoofd bespreekt nu met faculteiten hoe die lessen in een andere opzet van de Open Dagen eruit zou kunnen zien. Maar dat ook een ‘real life’-kennismaking met de opleiding en met het studentenleven van belang is, daar twijfelt volgens haar niemand aan. “In de afgelopen twee jaar gaven bezoekers in evaluaties ook aan ‘de beleving’ te missen. Een universiteit is voor studiekiezers een grote organisatie die behoorlijk intimiderend over kan komen, dan is het goed om hier kennis te maken met studenten van je opleiding of met andere aankomende studenten.”