'Geef mij een onafhankelijke voorzitter voor de faculteitsraad'
In een politieke omgeving is het handig om een voorzitter te hebben die het moeizame politieke proces in goede banen leidt. Iemand die zelf niet op de voorgrond staat, zijn eigen mening voor zich houdt, botsende belangen kanaliseert, harde discussies faciliteert én ervoor zorgt dat een divers palet aan opvattingen gehoord worden: een technisch voorzitter dus.
Bij een aantal faculteitsraden op de Universiteit Utrecht is iets raars aan de hand. De voorzitter is niet een onafhankelijk persoon, maar wordt gekozen – als ware het een paus – uit eigen kring. De voorzitter is meestal een personeelslid, de vicevoorzitter vaak een student-lid. Dit zijn dus gekozen leden die als voorzitter ervoor moet zorgen dat het geluid van de gehele raad wordt vertegenwoordigd bij de vergadering en dat iedereen op een evenredige wijze aan het woord komt. Dat is lastig wanneer de voorzitter uit één van de geledingen komt.
Stel de personeelsgeleding heeft een andere blik op zaken dan de studentengeleding. Dan is het een moeilijke taak om als raad tot een standpunt te komen. Uiteindelijk komen de twee geledingen tot een compromis, maar wat als de voorzitter een sterke, afwijkende mening heeft? Het kan dan lastig zijn als voorzitter om het overeengekomen standpunt over te brengen aan het bestuur. En wanneer kan je als voorzitter je persoonlijke, niet door de rest van de raad gedragen mening in een vergadering met het bestuur verkondigen? Hetzelfde verhaal gaat natuurlijk op als de voorzitter een student is. Hoe wenselijk is zo’n situatie?
Bij het aanstellen van een voorzitter heb je als faculteitsraad bij de Universiteit Utrecht vooralsnog twee opties. Je kan een voorzitter kiezen uit de studenten- of personeelsgeleding van de raad of een technisch voorzitter aanstellen, een voorzitter die neutraal is en dus geen lid is van de studenten- of personeelsgeleding.
Als je bekijkt wat de rol van een voorzitter is, is het wenselijker om een technisch voorzitter aan te stellen. De belangen van studenten en personeel verschillen soms immers. Ook kunnen studenten en medewerkers het onderling oneens zijn. Het is daardoor soms lastig te bepalen wat er nu eigenlijk uit de discussie is gekomen en hoe dat overkomt op het faculteitsbestuur dat mee vergadert. En dat is het moment dat je als raad behoefte hebt aan een neutrale voorzitter.
Een aantal raden heeft al een technisch voorzitter: denk bijvoorbeeld aan de Universiteitsraad, de faculteitsraad van Sociale Wetenschappen en de faculteitsraad van Geesteswetenschappen. Ik heb een aantal vergaderingen met de U-raad bijgewoond en heb gezien hoe prettig het is als er een technisch voorzitter is: iemand die buiten de discussie staat, geen kant kiest en ervoor zorgt dat de vergadering ordelijk verloopt.
Mijn eigen faculteitsraad van Geowetenschappen heeft die niet en dat heb ik het afgelopen jaar wel gemist, omdat ik merkte als raadslid dat je standpunt verdedigen als lid van de faculteitsraad en de vergadering voorzitten een lastige combinatie is. Ik heb daarom voorgesteld om volgend jaar een technisch voorzitter aan te stellen. Daarmee los je in één klap een heleboel problemen op, bespaar je jezelf en de rest van de raad frustraties en ergernissen en hoef je je niet druk te maken of er wel of niet sprake is van belangenverstrengeling. Ik hoop dat mijn voorstel wordt overgenomen.