Nederlandse universiteiten werken niet mee aan woo-verzoeken

Geen oog voor betrokkenheid Israëlische onderzoekspartners bij mensenrechtenschendingen

palestina protest foto DUB
De organisatie Solidarity with Palestina protesteerde 15 mei bij het Bestuursgebouw. Foto DUB

Activisten vermoeden al langer dat Nederlandse universiteiten zich weinig zorgen maken over de mensenrechtenschendingen waarbij veel van hun Israëlische onderzoekspartners betrokken zijn. Een aantal Woo-verzoeken lijken nu uit te wijzen dat er niet wordt nagedacht over Palestijnse rechten bij samenwerking met Israëlische partners. Dit is onacceptabel, zeggen de studenten en wetenschappers die de verzoeken schreven. Zij pleiten voor een samenwerkingsbeleid wat mensenrechten voorop stelt en samenwerkingen met systematische mensenrechtenschenders uitsluit.

Problematische onderzoekssamenwerkingen
De meest gerespecteerde internationale, Palestijnse en Israëlische mensenrechtenorganisaties zijn het er over eens dat Israël een apartheidsregime voert over Palestijnen. De rol die Israëlische universiteiten daarin spelen is dat ze sinds jaar en dag de bestuurders, managers, onderzoekers, specialisten en juristen opleiden die het runnen van een militaristische, koloniale apartheidssamenleving mogelijk maken. Ook niet onbelangrijk is dat hun internationale onderzoeksprestige de reputatie van het land op peil houdt.

Nederlandse universiteiten nemen geregeld deel aan samenwerkingsverbanden met Israëlische universiteiten maar ook met andere publieke instellingen, zoals ministeries. Veel van deze Israëlische partners spelen een centrale rol bij de stelselmatige onderdrukking van Palestijnen.

Vanaf 2014 deden Nederlandse universiteiten aan circa dertig projecten mee waarbij de Hebrew University of Jerusalem betrokken was. Zo werkte de Universiteit Leiden van 2014 tot 2017 samen met de Hebrew University aan onderzoek om zogeheten “lone wolf terrorisme” aan te pakken en voorkomen. Het is op zijn zachtst gezegd ironisch dat een universiteit die medeplichtig is aan bezetting haar expertise verstrekt op het gebied van "terorrisme bestrijden." Bedenk je ook dat Israël zo goed als alle vormen van Palestijns verzet, waaronder vreedzaam mensenrechtenactivisme, wegzet als "terorrisme" ook al is verzet tegen bezetting geoorloofd onder internationaal recht.

Daarnaast is de de CEO van Israëls grootste private wapenconcern ere-oorzitter van het College van Bestuur van de Hebrew Univerity, bezit deze universiteit verscheidene gebouwen in bezet Palestijns gebied, faciliteert ze een Israëlische militaire academie en laat Israëlische politie gebruik maken van diens daken om Palestijnen in Oost Jeruzalem te surveilleren. Dat de Hebrew University geen uitzondering is, blijkt uit uitgebreide documentatie opgesteld door de coördinatoren van de Palestijnse oproep tot een boycot van Israëlische onderwijsinstellingen (PACBI).

Nederlandse universiteiten werken ook samen met Israëlische bedrijven die winst draaien op de onderdrukking van Palestijnen. De Universiteit Utrecht werkte van 2015 tot 2019 samen met Israëlisch waterbedrijf Hagihon in een Europese onderzoeksconsortium. Het bedrijf wint water in bezet Palestijns gebied en verkoopt dit onder meer aan Israëlische kolonies. In 2014 sloot het de waterleidingen van minstens 60.000 Palestijnen af. Rond dezelfde tijd werkte de Rijksuniversiteit Groningen aan een project gecoördineerd door het Israëlische spywarebedrijf Verint Systems. Dit bedrijf hielp bijvoorbeeld de regeringen van Peru en Zuid-Sudan mensenrechtenactivisten af te luisteren, berichtte een Israëlische krant in 2018.

Woo-verzoeken
Wij als studenten en wetenschappers die zich inzetten voor mensenrechten wilden hier meer over weten: in hoeverre wordt samengewerkt met Israëlische partners aan de Nederlandse universiteiten en op welke gebieden wordt er samengewerkt? Maar ook: met welk beleid worden mensenrechten gewaarborgd en welke impact (if any) heeft dat beleid op samenwerking met Israëlische partners die innig betrokken zijn bij mensenrechtenschendingen?

Om hier achter te komen schreven we begin 2022 Woo-verzoeken aan alle Nederlandse universiteiten. Daarin riepen we op tot de vrijgave van alle documenten over samenwerkingen met Israëlische instellingen en over mensenrechtenbeleid tegenover Israël.

Daarnaast wilden we ook weten hoe universiteiten omgaan met protest uit pro-Israëlische hoek tegen discussies over Palestijnse mensenrechten op Nederlandse universiteiten, een patroon dat is vastgelegd door het European Legal Support Center (ELSC) in een rapport uit 2021. Dit komt overeen met onze ervaringen van bestuurlijke onwil en soms zelfs vijandigheid naar campusactivisme. Het ELSC bracht ook in kaart welke pro-Israël organisaties zich het meest in dit repressieve klimaat mengen. Daarom vroegen we ook uit hoe Nederlandse universiteiten zich verhouden tot organisaties zoals het CIDI, Christenen Voor Israël en StandWithUs.

Weigering onder druk
Niet geheel toevallig lekten onze Woo-verzoeken naar het Nieuw Israëlitisch Weekblad. Vervolgens beschuldigden veel pro-Israëlische organisaties The Rights Forum, die de Woo-verzoeken namens ons indiende, van antisemitisme. De Woo-verzoeken zouden het op Joodse organisaties en werknemers hebben gemunt. In werkelijkheid legden de verzoeken de nadruk op institutionele samenwerking in tegenstelling tot individuele. In de verzoeken werd het doel beschreven als het uitzoeken van "institutionele banden met Israëlische universiteiten, instituties, bedrijven en met organisaties die steun voor de staat Israël propageren." 

Onder druk van de pro-Israëlische organisaties weigerden de universiteiten onderdelen van het Woo-verzoek te behandelen die gaan over pro-Israëlische organisaties en mensenrechtenbeleid.

In april schreef een interuniversitaire adviescommissie dat de universiteiten toch het volledige verzoek in behandeling moeten nemen omdat deze beslissing in strijd is met de Wet open overheid (Woo). In de commissie zaten onder meer Robert Crince le Roy, de deken van de Nederlandse Orde van Advocaten, en Erik van den Emster, voormalig voorzitter van de Raad voor de Rechtspraak. Desondanks leggen universiteiten het advies naast zich neer. The Rights Forum stapt nu naar de rechter.

Mensenrechtenbeleid schiet tekort
Nederlandse universiteiten hebben weinig oog voor Palestijnse mensenrechten. Allereerst blijkt dit uit hun weigering om op zoek te gaan naar beleidsstukken waarin Palestijnse rechten worden besproken bij samenwerking met Israël (de vermoedelijke waarheid: die zijn er niet). Ten tweede blijkt dit uit hun weigering om te openbaren hoe ze zich verhouden tot uitgesproken pro-Israëlische organisaties. Ten slotte blijkt dit uit de honderden documenten die wél zijn vrijgegeven over onderzoekssamenwerking met Israël: er wordt nergens gerept over hoe de voorgenomen samenwerking zich verhoudt tot de rechten van Palestijnen.

75 jaar na het begin van de etnische zuivering van Palestina roepen studenten en wetenschappers in Nederland hun universiteiten op om een principieel mensenrechtenbeleid in te voeren wat samenwerking uitsluit met instellingen en bedrijven die medeplichtig zijn zulke stelselmatige mensenrechtenschendingen. Een implicatie hiervan is een academische boycot van Israël. Zolang onze universiteiten blijven samenwerken met onderdrukkers en hun handlangers, zal onze roep om rechtvaardigheid alleen maar harder worden.

 

 

Advertentie